Fysiek ingrijpen doe je als leraar liever niet. Maar in sommige situaties moet je wel. De vraag wat je dan wel en niet mag doen, is niet te vangen in een protocol. Hierbij geven we je wel wat tips en handvatten. Ook stond er een artikel over fysiek ingrijpen in het Onderwijsblad van oktober 2018, dat lees je hier terug.
Grijp in als de veiligheid van jou, je collega’s of leerlingen in het geding is. Nietsdoen kan verwijtbaar zijn.
Gebruik geen onnodig geweld, maar slechts die mate die nodig is om de situatie te herstellen en alleen als er geen andere mogelijkheid is om te de-escaleren.
Probeer altijd het kind achter het gedrag te zien. Zo maak je de situatie minder persoonlijk.
Blijf rustig, al zal dat niet altijd meevallen, en blijf communiceren.
Stel als school geen protocol op om dat vervolgens in een la te leggen en er nooit meer naar om te kijken. Laat het thema vaker per jaar terugkeren.
Maak ouders ook deelgenoot van het beleid rond fysiek ingrijpen. Dat schept veel duidelijkheid in het geval van een incident. Stel ouders meteen na een incident op de hoogte en geef aan dat ze altijd bij je terecht kunnen voor nadere uitleg.
Spreek af wie bekwaam is fysiek te handelen. Anderen kunnen een andere rol pakken, zoals het tijdelijk overnemen van de klas.
Laat de docent in kwestie een incidentenformulier invullen en bespreek het incident binnen het team zodat iedereen er van kan leren.
Let er bij de groepsindeling op dat niet te veel complexe en licht ontvlambare leerlingen in één klas komen.
Als je docenten bepaalde technieken aanleert, train die dan vaker per jaar zodat de grepen goed ingesleten raken.