Alle

Slob: desnoods geld weghalen bij samenwerkingsverband

Onderwijsminister Arie Slob wil het mogelijk maken om vanaf volgend jaar geld weg te halen bij samenwerkingsverbanden voor passend onderwijs die te veel reserves op de plank houden. “Het moet maar een keer afgelopen zijn”, zei hij vanmiddag tijdens het debat over de onderwijsbegroting.

Tekst Arno Kersten - Redactie Onderwijsblad - - 6 Minuten om te lezen

slob_begrotingsdebat

Beeld: Livestream Tweede Kamer

Het gros van de 152 organisaties heeft veel meer geld op de plank dan nodig om risico's op te vangen, bleek uit een lijst die het Onderwijsblad vorige week publiceerde. Opgeteld gaat het om ruim 180 miljoen euro. Minister Slob heeft sinds kort bovengrenzen voor alle onderwijsinstellingen ingevoerd, maar die kan hij niet zomaar afdwingen. Vlak voor het debat stuurde de minister een stand van zaken naar de Kamer. Volgende maand wacht een pittig evaluatiedebat over passend onderwijs, maar daar wilde Slob niet op wachten.

“Ik vraag alle samenwerkingsverbanden per direct plannen te maken om doelgericht het geld uit te geven aan zorg aan kinderen. En ik vertel ze nu al: als die plannen er niet komen of onvoldoende zijn, dan gaat dat geld vanaf volgend jaar - ik zal kijken hoe ik dat op een goede manier kan doen - weggehaald worden zodat het ingezet kan worden waar de noden het hoogst zijn”, aldus Slob. Hij wees erop dat samenwerkingsverbanden de afgelopen jaren herhaaldelijk zijn gewaarschuwd. “Onverkort zien we dat er nog heel veel reserves zijn. Dat je ietwat reserve hebt, dat snappen we. Maar zoveel en dat ze er soms ook fors boven de signaleringswaarden zitten, dat snappen we niet.”

We weten nu dat heel veel samenwerkingsverbanden de signaleringswaarden overschrijden

Dinsdag, tijdens het eerste deel van het debat, gaven veel partijen in de Tweede Kamer al aan zo snel mogelijk te willen afrekenen met bovenmatige reserves bij samenwerkingsverbanden. “We weten nu dat heel veel samenwerkingsverbanden die signaleringswaarden overschrijden”, aldus GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld, die een beroep deed op de regeringscoalitie. “Ik ben maar duidelijk: D66 wil per direct een strenge bovengrens aan de spaarreserves van de samenwerkingsverbanden, bij voorkeur nul”, aldus Kamerlid Paul van Meenen. “Het CDA kan dit niet meer accepteren, want het is echt niet goed”, zei Michel Rog, die zijn laatste begrotingsdebat voert en na de verkiezingen de Tweede Kamer verlaat. “We snappen de aanwezigheid van doelreserves en bestemmingsreserves. Maar ergens valt het mes.”

Zendtijd

Het debat over de laatste onderwijsbegroting van het huidige kabinet leverde een waaier op aan politieke bespiegelingen: van kritische reflecties op de afgelopen regeerperiode en tien jaar “neo-liberale” kabinetten-Rutte tot aan vrijmoedige toekomstvisies met gratis zendtijd voor het eigen verkiezingsprogramma.

Een van de ideeën had D66 dinsdagochtend al aan een landelijk ochtendblad gegund: kunnen we middelbare scholen in coronatijd ruimte en houvast bieden door de eindexamens over twee maanden te spreiden en de schoolexamens zwaarder te laten wegen? Tijdens het debat hoefde Van Meenen er dan ook weinig woorden meer aan vuil te maken.

Dat moet dan wel snel geregeld worden, maande VVD-Kamerlid Rudmer Heerema. Scholen en leerlingen moeten tijdig weten waar ze aan toe zijn. Vorig voorjaar verkeerden leerlingen op het voortgezet speciaal onderwijs een poos in onzekerheid door politiek getouwtrek over hún examinering. Om zo’n ongewenste situatie in het voortgezet onderwijs te voorkomen wapperde Van Meenen met een mogelijke motie, maar hij wilde eerst de reactie van minister Arie Slob afwachten.

Die reageerde vanmiddag dat er achter de schermen gewerkt wordt aan verschillende examen-scenario’s. Over twee of drie weken volgt daarover duidelijkheid, aldus de minister.

Haast

Zo waren er meer onderwerpen waar de Tweede Kamer haast mee wilde maken, zoals de lerarenbeurs. De bezuiniging op het lerarenbeurs-budget, waardoor duizenden leraren nul op het rekest kregen, viel de Tweede Kamer afgelopen zomer rauw op het dak. Ook al maakte minister Slob begin dit jaar bekend het geld te verschuiven naar zij-instromers en opleidingsplaatsen voor assistenten, een andere wens van de Kamer in de strijd tegen het lerarentekort. Volgens de op Prinsjesdag gepresenteerde onderwijsbegroting blijkt die ingreep structureel. Extra lastig: op tafel ligt de begroting voor volgend jaar, terwijl het probleem zich dit jaar al voordoet.

Het CDA verklaarde zonodig met een amendement een doorbraak te willen forceren. Net als de SP, PvdA en GroenLinks, die met een kasschuif geld binnen de begroting naar voren wilden halen. “Eerlijk gezegd ben ik niet dolblij met de dekking, want het is toch een beetje een sigaar uit eigen doos", erkende SP-Kamerlid Peter Kwint. "Maar belangrijker vind ik het dat er nu gewoon een oplossing komt.”

Even om verwachtingen te managen: het zegt nog niet dat het uiteindelijk ook gehonoreerd gaat worden

Die route ontraadde Slob. Zijn ambtenaren hebben de wens van de Tweede Kamer om afgewezen lerarenbeurs-aanvragen alsnog te honoreren doorgegeven aan collega-minister Hoekstra van Financiën met het oog op de komende najaarsnota begin december. Daarin sleutelt het kabinet een allerlaatste keer aan het budget voor het huidige kalenderjaar. “Even om verwachtingen te managen: het zegt nog niet dat het uiteindelijk ook gehonoreerd gaat worden.” Bovendien zijn er nog wel wat voetangels. Zo wordt het dan wel erg kort dag om het geld nog dit jaar uit te keren. Bovendien is dezelfde bezuiniging voor de volgende jaren dan nog niet van tafel.

Lichtpuntjes

Slob greep het laatste begrotingsdebat aan om een korte balans op te maken van de strijd tegen het lerarentekort en de “lichtpuntjes” te etaleren die hij signaleert, zoals meer aanwas van zij-instromers en een groei van de pabo-instroom. “Ik formuleer het maar met een verkleinwoord, omdat het vraagstuk nog steeds heel groot is.”

Waarom worden de dagelijkse tekorten nog steeds niet bijgehouden door het ministerie, wilde Kwint weten? Hij herinnerde de minister maar weer eens aan zijn aangenomen motie over een landelijke registratie. Die reageerde dat hij zich eerst op de situatie in de grote steden richt, waar de problemen het grootst zijn. Later deze maand moet dat een beeld opleveren, op basis van informatie die bij scholen is opgevraagd. Dat gebeurt “niet dagelijks maar wel over een wat kortere periode”, aldus Slob, die een landelijke inventarisatie als een volgende stap voorspiegelde.

Eén ding wil ik u allen daarbij wel meegeven: laat u alstublieft de kwaliteitsafspraken daarbij ongemoeid

Een volgend kabinet zal waarschijnlijk aan de slag gaan met een nieuwe - of oude - vorm van studiefinanciering in het hoger onderwijs. Het leenstelsel, in 2015 met veel bombarie ingevoerd, werd tijdens het debat al virtueel ten grave gedragen. Het politieke draagvlak is webgeëbd: de partijen die aan de wieg ervan stonden willen er dolgraag weer vanaf. “Eén ding wil ik u allen daarbij wel meegeven: laat u alstublieft de kwaliteitsafspraken daarbij ongemoeid”, sprak minister Ingrid van Engelshoven. “U mag niet tornen aan de zekerheid die instellingen nu hebben.”

Werkdruk

De minister zei oog te hebben voor de hoge werkdruk en het grote aantal flexcontracten bij universiteiten. PvdA-Kamerlid Kirsten van den Hul pleitte ervoor om doelgericht werkdrukgeld naar de instellingen te sturen, net zoals in het basisonderwijs gebeurd is. Daar ging Van Engelshoven niet in mee. Er loopt een onderzoek naar de toereikendheid van de financiering in het hoger onderwijs, dat begin volgend jaar klaar moet zijn.

Volgens de minister moet de remedie komen uit een meer voorspelbare bekostiging, al zal dat vooral een opdracht zijn voor haar opvolger. “Stabielere bekostiging zorgt voor meer zekerheid bij de instellingen, zodat ook betere contracten kunnen worden gegeven aan docenten en onderzoekers. Dat draagt weer bij aan de strijd tegen de hoge werkdruk. Door de bekostiging stabieler te maken wil ik daarvoor de weg vrijmaken. Ik vind dan ook dat de instellingen daarin ook stappen moeten zetten.”

Over de ingediende moties wordt dinsdag 27 oktober gestemd. Amendementen en de onderwijsbegroting zelf komen in december in stemming. Het tweede deel van het debat (donderdag) is terug te lezen en terug te kijken hier en hier via de website van de Tweede Kamer. Je kunt het eerste deel van afgelopen dinsdag terugkijken of teruglezen.