Alle

Inflatie veroorzaakt armoede in onderwijs, thuis en in de klas

Veertig procent van het onderwijspersoneel zegt in financiële problemen te komen wanneer er pas in het voorjaar - bij nieuwe cao’s - een loonsverhoging komt. Dat blijkt uit een AOb-enquête onder ruim 1700 leraren en ondersteuners. Meer dan de helft van het onderwijspersoneel ziet armoede onder hun leerlingen en studenten: 'geen lunch en kapotte schoenen'.

Tekst Joëlle Poortvliet - redactie Onderwijsblad - - 4 Minuten om te lezen

typetank inflatie

Beeld: Typetank

Als het gaat om de eigen portemonnee raken vooral leraren en ondersteuners in de laagste salarisschalen al snel in de problemen. Een leraarondersteuner reageert op een open vraag in de AOb-enquête: ‘Mijn inkomsten dekken mijn vaste lasten niet meer. Ik los niet meer af op de hypotheek en betaal alleen nog maar de rente. Financiële problemen worden doorgeschoven naar de toekomst.’

Wat onderwijspersoneel merkt van de inflatie is uiteraard wat het gros van de Nederlanders ondervindt. Snel duurder wordende boodschappen bijvoorbeeld: ‘Waar je voorheen een redelijke winkelwagen met boodschappen had voor 70 á 80 euro heb je nu een mandje met boodschappen voor dat bedrag’, schrijft een respondent.

Voor een deel van het personeel is de energierekeningen in korte tijd verdrie- of verviervoudigd. En ook de benzine- of dieseltank - die voor sommigen wel gevuld móet worden om op het werk te komen - drukt zwaar op de maandelijkse lasten: ‘Ik moet per maand zeker vier keer tanken, terwijl mijn reiskostenvergoeding voor de hele maand slechts één keer tanken dekt. Alleen al aan woon-werkverkeer leg ik er zelf momenteel bijna 300 euro op toe’, schrijft een leraar in het voortgezet onderwijs (vo).

Somber

Bij wie al pech heeft, door ziekte bijvoorbeeld, komen de stijgende kosten harder aan. Een collega-docent in het vo schrijft: “Ik ben alleenverdiener, mijn vrouw heeft door multiple sclerose (ms) geen inkomsten. Tot op heden was dat nog net te doen. Maar met deze inflatie gaan we in de financiële problemen komen.”

Ook leraren en ondersteuners die in oude en nog niet verduurzaamde huizen wonen, worden extra hard geraakt. Net als alleenstaanden en jonge gezinnen die hoge kosten maken voor levensonderhoud. Een leraar uit het basisonderwijs schrijft: 'Ik moet steeds lenen om de maand door te komen bij onverwachte uitgaven. Denk aan autopech of een nieuwe fiets voor ons kind.'

Kou

De consequenties van de inflatie zijn soms schrijnend. 'De kachel blijft uit, we zitten in de kou en gaan vroeg naar bed met elektrische deken', laat een basisschoolleraar weten. Een zwangere docent uit het voortgezet onderwijs schrijft: 'Ik heb moeite met het kopen van luiers. De verwarming gaat niet aan en onze cv-ketel moet binnenkort vervangen worden, maar we kunnen niet genoeg sparen om dit te bekostigen.'

Er wordt vooral bezuinigd op verse producten, 'leuke dingen doen' en nieuw schoeisel, blijkt uit de reacties. Dat merken respondenten ook wanneer zij voor de klas staan. In dezelfde enquête maakt onderwijspersoneel massaal melding van kinderen die zonder ontbijt – of leerlingen op de middelbare school: zonder broodtrommel – naar school komen.

Leraren en ondersteuners merken dat er in de gezinnen geen geld meer is voor bijvoorbeeld licenties voor schoolprogramma’s, een laptop of boeken. De RTL-Nieuws-redactie maakte op basis van de AOb-enquête het bericht 'Geen lunch, kapotte schoenen: docenten zien gevolgen inflatie bij leerlingen.'

Dit is nog ernstiger dan we hadden voorzien

Zichtbaar

AOb-voorzitter Tamar van Gelder. “Je schrikt je rot. Dit is nog ernstiger dan we hadden voorzien. Dat zoveel leraren en ondersteuners in de problemen raken, of het risico daarop lopen. En dat ze al zo vaak armoede terugzien op school. Er is altijd onzichtbare armoede geweest in de klas, maar die wordt nu zichtbaar en breidt zich rap uit. Dat is heel pijnlijk. We kunnen helaas niet meer doen dan een hele harde shout-out naar de politiek: zie hoe groot dit probleem nu is!'

Ruim 1700 mensen die werken in het onderwijs reageerden de afgelopen veertien dagen op de enquête over de gevolgen van inflatie. Ruim 70 procent van hen is leraar, een kwart is ondersteunend en de overigen directie of anders. Van de respondenten werkt 57 procent in het primair onderwijs, 28 procent in het voortgezet onderwijs, 8 procent in het mbo en de overigen in het hoger onderwijs of elders.

Gestegen kosten levensonderhoud

81 procent merkt de inflatie al ‘sterk’ in de eigen portemonnee, 31 procent daarvan: ‘zeer sterk’

Angst voor financiële problemen

83 procent is bang om in de financiële problemen te komen. 52 procent een beetje en 31 procent ‘behoorlijk’.

Armoede onder kinderen en jongeren

54 procent van de respondenten ziet nu al dat leerlingen worden getroffen. 42 procent zegt onvoldoende zicht te hebben op de financiële situatie bij leerlingen thuis, of van hun studenten.

Loonsverhoging

40 procent heeft loonsverhoging nodig voordat de nieuwe cao's worden afgesloten in het voorjaar van 2023. Deze groep verwacht anders voor die tijd geldproblemen te krijgen.

Actiebereidheid

De actiebereidheid is groot: 87 procent van de respondenten wil in actie komen voor compensatiemaatregelen op korte termijn door het kabinet.

Van Gelder: “De AOb sluit aan bij acties die de FNV voert. Dit is een maatschappij-breed probleem. Wel zie je, zoals altijd, dat problemen in de maatschappij al heel snel de klas in rollen.”