Cao-inzet voortgezet onderwijs: meer salaris en lesreductie
Een flinke salaristoename, een volwaardige dertiende maand, een forse lesreductie en beter hanteerbare groepen. Dat zijn de hoofdpunten uit de cao-inzet die de AOb de afgelopen weken afstemde met zijn leden.
Als het aan de AOb ligt, gaat het salaris voor personeel in het voortgezet onderwijs in 2018 met 3,5 procent omhoog. AOb-vicevoorzitter Ben Hoogenboom rekent voor: "Volgens ramingen stijgen de lonen in de marktsectoren komend jaar met grofweg 2,25 procent. Wij vinden dat daar in onze sector de komende jaren steeds 1,25 procent bij moet om de averij die de sector opliep door de jarenlange nullijn te compenseren. Op die manier wordt het ook voor studiekiezers weer aantrekkelijker om naar een lerarenopleiding te gaan."
Daarbij wil Hoogenboom een laatste stap zetten naar een volwaardige dertiende maand.
Beperking lestaak
Om de werkdruk te beknotten wil de AOb met de vertegenwoordiger van de schoolbesturen, de VO-raad, tot afspraken komen voor een beperking van de lestaak. Nu heeft een leraar 25 lesuren en dat moeten er twintig worden. Op die manier krijgt een docent meer tijd om de les voor te bereiden en zijn vak bij te houden. Volgens Hoogenboom bestaat er veel draagvlak voor die maatregel. "Er is pakweg twee jaar geleden al een motie over aangenomen in de Tweede Kamer."
Maar met alleen minder lessen ben je er niet. Hoogenboom: "Ook de groepen moeten kleiner. Reguliere groepen van 25 scholieren of meer moeten worden opgesplitst en starters moeten de optie krijgen om minder lessen te draaien om te kunnen wennen aan het werk dat ze uitvoeren."
Uiteraard wil de AOb nadere afspraken maken over de inperking van het aantal onbevoegd gegeven lessen.
Scholing
Verder moet het individueel scholingsbudget omhoog naar 700 euro, ook voor ondersteunend personeel. Deeltijders met een kleine aanstelling (minder dan 50 procent) moeten minimaal 40 klokuren per jaar krijgen voor professionalisering. Onderwijspersoneel moet die naar eigen inzicht inzetten en de werkgever moet garant staan voor vervanging.
De ondersteunende functies zijn wat de AOb betreft aan herwaardering toe. Bij dat traject moeten dan meteen loopbaanpaden worden ontwikkeld. Uitzendkrachten krijgen in de inzet van de bond recht op pensioenopbouw.
Lege regeerakkoord
De ambitieuze agenda van de cao-tafel staat haaks op het voor het voortgezet onderwijs lege regeerakkoord. "VVD, CDA, D66 en ChristenUnie zeggen niets over de lerarentekorten in vakken als wiskunde en Duits. Blijkbaar zien ze geen noodzaak tot investeren in de aantrekkelijkheid van het beroep. Je moet toch vaststellen dat de coalitiepartijen totaal geen oog hebben voor de ernst van de problemen in onze arbeidsmarkt", aldus Hoogenboom.
De volledige inzet van de AOb voor de cao-onderhandelingen in het voortgezet onderwijs kun je via deze link als PDF-bestand te downloaden.