De normjaartaak bedraagt 1659 uur.
De werknemer die direct betrokken is bij het primaire proces én die benoemd is in een functie met carrièrepatroon 9 of hoger, heeft bij een normbetrekking een werkweek van 40 uur.
De werknemer kan op 200 dagen per jaar worden ingezet voor het verrichten van werkzaamheden. In overleg tussen werkgever en werknemer kan hiervan worden afgeweken. Onder werkzaamheden in de eerste volzin worden niet bedoeld werkzaamheden die de werknemer verricht in het kader van de 59 uren voor scholing en professionalisering.
Conform artikel 3.3 lid 1 is de inzet bij een volledige baan als volgt:
Voor de werknemer die deel uitmaakt van een onderwijsteam (direct betrokken bij het primair proces en benoemd in een functie met carrièrepatroon 7 of hoger) geldt een inzetbaarheidskader. Dit inzetbaarheidskader houdt bij een normbetrekking in dat de normjaartaak van 1659 uur als volgt is:
1200 uur voor die werkzaamheden die verband houden met de uitvoering van het onderwijs en de direct daaruit voortkomende werkzaamheden.
459 uur voor die werkzaamheden die verband houden met de organisatie en ontwikkeling van het onderwijs, waaronder professionalisering, overleg, afstemming en coördinatie.
Wat valt er onder de 1200 uur?
Ingeroosterde groepsgebonden contactactiviteiten ten behoeve van de realisatie van de begeleide onderwijstijd (groepslessen) en de daarbij behorende voorbereiding en nazorg, stagebegeleiding (bpv), studieloopbaanbegeleiding, mentoraat, het afnemen van toetsen en examens. Deze opsomming is niet limitatief.
De 459 uren worden binnen de jaartaak o.a. besteed aan: individuele deskundigheidsbevordering (59 uur), teamontwikkeling (107 uur per fte per cursusjaar), ontwikkeling (innovatie) van het onderwijsprogramma, werkoverleg, teamoverleg, coördinatie en afstemming, peer-review, bedrijvenstage, open dagen. Deze opsomming is niet limitatief.
Uitgangspunt is dat de werknemers in het onderwijsteam met de leidinggevende en met inachtneming van het algemene inzetbaarheidskader zoals hierboven aangegeven de werkzaamheden verdelen in een werkoverleg van het onderwijsteam. Van de 1200 uur en 459 uur kan alleen afgeweken worden bij een unanieme beslissing van het onderwijsteam. Het algemeen inzetbaarheidskader is een individueel afdwingbaar recht. Er kan hierover bezwaar gemaakt worden bij de interne geschillencommissie.
Als het onderwijsteam er niet uitkomt om de werkzaamheden te verdelen dan hanteert de leidinggevende de toedelingsoptie. Uitgangspunt blijft het algemeen inzetbaarheidskader, zoals hierboven. De leidinggevende past daarbij een opslagfactor toe van ten minste 40 procent berekend over groepslessen. De ondernemingsraad kan een hogere opslagfactor vastgesteld hebben.
Je kunt de AOb per mail vragen om langs te komen bij je team voor meer uitleg en toelichting over het taakbeleid. Wij komen graag langs. Bel het Informatie en Advies Centrum via: 0900 – 463 62 62.