Alle

Zij-instromen is niet voor watjes

Meer dan drieduizend zij-instromers gingen afgelopen drie jaar meteen betaald voor de klas. Met een assessment op zak mogen ze al zelfstandig lesgeven, terwijl ze hun bevoegdheid halen. Vaak is het een harde leerschool.

Tekst Joëlle Poortvliet - redactie Onderwijsblad - - 5 Minuten om te lezen

amersfoort-zij-instromers-derk-gelling-het-zwaluwnest

Beeld: Angeliek de Jonge

Begin oktober schrijft een mbo-docent op haar facebookpagina: ‘Ik ben bezorgd. Na de zomer kreeg ik een nieuwe collega. Onervaren en nog in opleiding, vijftig jaar oud. Ze werd zwaar ingezet en dacht - in haar onervaren optimisme - dat ze dat varkentje wel even ging wassen. Na zes lesweken nam ze ontslag (..). Dikke tranen: het is veel teveel voor me.’ De docent* vervolgt: ‘Onderwijs geven is een complexe taak. Ik ga na zeventien jaar op routine, maar een startende docent heeft zo veel te doen, te verwerken, te leren. Een werkgever die dat niet ziet, verdient wat mij betreft een rode kaart.’

2017 2018 2019 totaal
po 71 355 853 1297
vo 99 118 189 406
mbo 325 427 930 1682
totaal 495 900 1972 3367
De goedgekeurde aanvragen voor de subsidie zij-instroom tot 15 oktober 2019, bron: OCW

Kostwinner

Ook Derk Gelling kon je naar eigen zeggen opvegen na zijn eerste lesweek in september 2018. Gelling startte met drie dagen groep 5 en een dag invallen. Dit gaat overigens tegen het advies van de pabo’s in om met twee, hooguit drie dagen per week lesgeven te beginnen. Maar Gelling is kostwinner en ging er vol in. “Ik kreeg een grote klas: dertig kinderen en de nodige problematiek. Een pleegkind, een depressief meisje met add, vier zwaar dyslectische leerlingen en zes hoogbegaafden die ik niet op hun niveau kon helpen, omdat ik niet wist hoe.” Aan het eind van de week zag een collega Gelling ploeteren. Er werd direct ingegrepen. De stichting maakte een invaller twee dagen in de week vrij om bij Gellings lessen te zijn en feedback te geven. “Toch heb ik pas dit schooljaar het idee dat ik écht ben begonnen. Nu weet ik bijvoorbeeld: ik moet starten met de groepsvorming, met klassenmanagement, niet met een taalles.”

Iedereen uit mn zij-instroomklasje is wel een keer op zn bek gegaan

Steile leercurve

Het is een dilemma. Vooral scholen waar het lerarentekort voelbaar is, zijn dolblij met mensen die direct voor de klas willen. Maar ga er maar aan staan. Docent Hélène de Jong geeft inmiddels drie jaar les aan zij-instromers op de Marnix Academie in Utrecht en verwoordt het als volgt: “Als je zo’n steile leercurve doormaakt, dan zal het wel een beetje pijn doen.” Zij-instromers voelen die pijn, maar hoe zit dat met hun leerlingen? Gellings groep 5 kreeg vorig jaar geen kerstrapport mee, omdat de Cito-scores zwaar tegenvielen. In de tweede helft van het jaar is dat overigens weer rechtgetrokken. Gelling: “Natuurlijk wist ik dat het beter kon. En achteraf concludeerde de school ook dat ze me beter niet die klas hadden kunnen geven. Zo is iedereen uit mijn zij-instroomklasje wel een keer - oneerbiedig gezegd - op z’n bek gegaan. Feit is: je doet ontzettend je best, maar je kunt nog niet alles.”

Het Landelijk Overleg Lerarenopleiding Basisonderwijs (Lobo) inventariseerde recent uitval onder de zij-instromers die direct voor de klas gaan en komt uit op ongeveer 10 procent*Sinds 2017 investeert het kabinet meer dan 50 miljoen euro in zij-instromers die direct aan het werk gaan. Het idee: een schoolbestuur test de zij-instromer op bekwaamheid, neemt hem in dienst en krijgt 20 duizend euro voor twee jaar lang scholing en begeleiding. Deze subsidieregeling bestaat al bijna twintig jaar en was ook in trek tijdens het lerarentekort eind jaren negentig. In 2012 deed de Onderwijsinspectie onderzoek naar dit type zij-instromer en stelde dat ongeveer 20 procent afhaakte tijdens de opleiding en dat betere begeleiding nodig is. De inspectie gaat in 2020 de regeling weer evalueren.. Dat is niet veel. Maar, waarschuwt Lobo-voorzitter Barbara de Kort: “Het gros is nog maar net van start gegaan, dus 10 procent zegt niet alles.” Van starters in het algemeen weten we dat ongeveer 8 procent (po) en 20 procent (vo en mbo) het onderwijs binnen een jaar alweer verlaat.

Zwoegen

Een eenduidig beeld van hoe het de zij-instromers vergaat, is sowieso lastig te vormen. Er zijn de hardwerkende enthousiastelingen, zoals de klas van Gelling aan de Marnix Academie. Ook zij ‘gaan op hun bek’, maar worden tijdig geholpen of zwoegen zich er doorheen. Daarnaast zijn er de vaak anonieme verhalen over afhakers. Zo zegt Femke Huvenaars, werkzaam in het mbo, op Twitter: ‘In mijn pdg-groep vol zij-instromers haakten er twee binnen zes maanden af, twee anderen hebben de eindstreep volgens mij (nog) niet gehaald. Lesgeven is hard werken, zeker in combinatie met studie. Ik heb het gehaald, maar de balans was volledig zoek.’ Martine de Geus overwoog het Rotterdamse basisonderwijs in te gaan, maar begon er niet aan. Zij tweet: ‘Meteen, of na een week of acht, alleen drie dagen voor de groep. Alsof het vak niet serieus wordt genomen. (..) Geen idee hoe je dat overleeft.’

Mijn manager zei: Als ik geen klachten krijg, is het goed. En daarmee was mijn begeleiding afgehandeld.

Rijpingstijd

Zij-instromen, concludeert docent De Jong van de Marnix Academie, is in ieder geval ‘niet voor de faint-hearted’. Vrij vertaald: niet voor watjes. De Jong: “Ik zou ze wel meer rijpingstijd gunnen, maar ik weet dat het kan. Zelf heb ik het ooit ook gedaan. In het voortgezet onderwijs. Hup, voor de klas en tegelijk je papieren halen. Mijn manager zei: Als ik geen klachten krijg, is het goed. En daarmee was mijn begeleiding afgehandeld.”

Veel teamleiders kennen de speciale cao-afspraken voor starters niet

Afspraken

Om begeleiding in het basisonderwijs beter af te dwingen, wil het Lobo dat afspraken hierover zwart-op-wit komen te staan in het contract dat zij-instromer, schoolbestuur en de pabo tekenen. Voor het mbo is vorig jaar in de cao afgesproken dat een beginnend docent 10 procent minder wordt ingezet. Maar, stelt mbo-docent Jet Idskes, die verhalen van afgehaakte zij-instromers verzamelt: “Dit functioneert nog niet goed. De afspraak zegt namelijk niet waar de uren vanaf moeten. Een bestuur mag bijvoorbeeld bepalen dat een starter geen open dagen hoeft te begeleiden, maar hem wel vol op de lessen inzetten. Bovendien kennen veel teamleiders deze afspraak niet.”

AOb-bestuurder voor het mbo, Tamar van Gelder, reageert: “We hebben elke startende docent keihard nodig en juist daarom hebben we deze cao-afspraak gemaakt, ze moeten worden ontzien. Als dit in de praktijk onvoldoende gebeurt, willen wij dat heel graag weten. Dan spreken we de werkgevers hierop aan.”

Ben je of ken je een zij-instromer? Lees dan hier zes tips.
*De namen van de docent die het facebookbericht plaatste en de zij-instromer die alweer is gestopt, zijn bekend bij de redactie van het Onderwijsblad.