De culturele diversiteit in het mbo is groot, en dat leidt volgens docenten tot spanningen. Hoe daarmee om te gaan? Kennedy Tielman, lerarenopleider bij Fontys Hogescholen en onderzoeker vanuit Wageningen Universiteit, geeft tips.
Vaak bepaalt je eigen houding of je met spanningen te maken hebt, blijkt uit Tielmans onderzoek. “Zie een voorval als een leermoment. Wees nieuwsgierig naar waarom iets gebeurt en maak het bespreekbaar.” Wijs een student die gedrag vertoont dat je niet begrijpt, niet meteen af, maar ga het gesprek aan. “Docenten vinden dat studenten voor een stageplek moeten kiezen waar ze wat aan hebben, niet omdat vrienden er ook naartoe gaan. Maar in sommige culturen gaat de groep voor op het individu, wat mogelijk verklaart waarom sommige studenten een keuze maken die niet direct in het belang van hun eigen leerproces is. Praat daarover en kom samen tot inzichten.”
Zodra je met studenten in gesprek gaat, word je je bewuster van je eigen normen en waarden en van je vooroordelen. “Niet om te stigmatiseren”, zegt Kennedy, “maar we kennen allemaal de verhalen over een zekere groep jongens met machogedrag. Sommige docenten refereren op die manier aan studenten die tot die groep behoren. Toen we in ons doorzoek doorvroegen, bleken deze docenten niet altijd uit eigen ervaring te spreken. Ze herhaalden het verhaal dat over deze groep gaat en dat beeld kleurde hun blik. Stel je het eens voor: door de vooroordelen zie je groepen en geen studenten.”
“Toen ik met mijn onderzoek begon, was het politiek incorrect om te praten over verschillen tussen mensen. Het idee was dat je geen verschil tussen mensen maakt, en het er dus niet over hebt. Maar wil je studenten gelijke kansen geven, dan moet je ze soms ongelijk behandelen. Bijvoorbeeld door te variëren in hoe je instructie geeft en leerstof aanbiedt. Probeer in te spelen op de specifieke interesses van de verschillende studenten.”
Wie veel kennis heeft van de verschillende culturen, krijgt een beter begrip van groepen en ervaart minder spanningen in de klas. Ook dat blijkt uit de studie van Tielman. Verdiep je daarom in de achtergronden van studenten. Daar ligt wat Tielman betreft ook een taak voor opleidingen. Zij zouden hun docenten hierin moeten trainen. “Veel trainingen zetten in op vaardigheden, maar investeer vooral ook eerst in culturele kennis. Die helpt docenten beter te begrijpen waarom sommige dingen gebeuren.”
Niet elke docent is een docent burgerschap in wiens programma het omgaan met cultuurverschillen ingebakken zit. “Praat daarom met collega’s over waar je tegenaan loopt in de klas. Beginnende docenten kunnen veel leren van ervaren collega’s.”
De ideeën van studenten over wat een professionele werkhouding is, verschillen vaak met wat docenten menen dat het bedrijfsleven vraagt. En vooral dat veroorzaakt spanningen. Dat bedrijfsleven zelf heeft trouwens ook andere verwachtingen. Tielman pleit daarom voor een betere integratie van onderwijs en beroepsveld. “In het mbo simuleert men de beroepspraktijk; men laat iets zien wat op de praktijk moet lijken. Maar als een student stage loopt, blijkt het er anders aan toe te gaan.” Studenten zijn bijvoorbeeld onvoldoende voorbereid op de hiërarchie in bedrijven. Ook het op tijd aanwezig moeten zijn, geeft soms problemen. “Een ander voorbeeld: op school kan een student aangeven dat ze geen mannelijke patiënten mag verzorgen, wat wel een vereiste vaardigheid is voor wie in de zorg aan de slag gaat. Waar de school zich nog verzachtend op kan stellen, stellen bedrijven harde eisen.” Tielmans advies: investeer meer in de driehoek student, docent en bedrijfsleven.