‘Vraag het de leraar zelf’
Lerarenopleider Amber Walraven is de motor achter online lerarenvraagbaak TeacherTapp. Haar droom: dat de goudmijn aan antwoorden onzinnig onderwijsbeleid voorkomt en leraren een spiegel voorhoudt.
Op de vraag welke vaardigheden - vanuit je onderwijsbaan - ook handig zijn in ander werk, vulde iemand in: dat je urenlang je plas op kunt houden. “Soms zijn de antwoorden grappig”, vertelt lerarenopleider en onderzoeker Amber Walraven vanaf de bovenste verdieping van het Erasmusgebouw van de Radboud Universiteit Nijmegen. En soms ook treurig. Een andere vraag luidde: Waarom gebruik je TeacherTapp? Iemand schreef: De app is de enige die vraagt hoe het met mij gaat op mijn werk.
Een minuutje van je tijd
Sinds juni 2020 beantwoorden ruim duizend leraren dagelijks vragen in de gratis TeacherTapp-app. Een minuutje van hun tijd kost het. De dag erop zien invullers wat hun collega’s door het hele land hebben aangetikt. En of ze zelf bij de grootste groep horen, of meer een uitzondering zijn. Ook krijgen ze een tip: een artikel of filmpje wat inspireert of professionaliseert.
Dat is de spiegelfunctie, legt Walraven uit: “Even een moment van reflectie in de dagelijkse hectiek.” Maar er zijn meer redenen waarom Walraven enthousiast werd over de Britse app, die ze destijds op Twitter (nu: X) ontdekte. “De basis is - en dat vind ik nog steeds: het is gewoon super om te weten wat leraren denken.”
Wat ook direct door haar hoofd schoot: hier hebben mijn studenten aan de lerarenopleiding iets aan. “Want die zitten met dat soort vragen. Is het bijvoorbeeld normaal dat je na een vakantie toch weer zenuwachtig bent voor de eerste les?”
Ze herkende zich bovendien in de uitgangspunten van TeacherTapp Groot-Brittannië. “Er wordt te veel over leraren gepraat en te weinig met hen. Vraag het de leraar eerst eens zelf.” Walraven doelt op de kloof tussen praktijk en plannenmakers, soms ook tussen praktijk en opleiding. “Studenten leerde ik bijvoorbeeld over klassenmanagement: zorg dat je bij de deur van je lokaal staat om de leerlingen te verwelkomen. Blijkt dat op veel scholen leraren zelf van lokaal naar lokaal rennen. Zij komen dan soms later dan hun leerlingen bij het lokaal aan. Dat is handig om te weten.”
Data als een soort munitie
De Nederlandse TeacherTapp-app draait op servers van de Britten en wordt momenteel bekostigd door het ministerie van Onderwijs. Walraven benadrukt dat OCW geen invloed heeft op de inhoud van de vragen. Wel kan ze niet afwijken van sommige keuzes die door TeacherTapp Groot-Brittannië zijn gemaakt. Bijvoorbeeld dat het elke dag drie vragen zijn: ook in de weekenden en vakanties. “Je ziet dat sommige leraren bijvoorbeeld alleen deelnemen op de dagen dat zij werken.”
(artikel gaat verder onder de foto)
De antwoorden op de ruim 1300 gestelde vragen sinds de start in Nederland zijn publiek toegankelijk. Een goudmijn aan data, waarbij het Walraven vaak aan tijd ontbreekt voor diepere analyses. “Eigenlijk is dit een baan naast een baan.” Sinds kort krijgt ze hulp van een postdoc. En maandelijks schrijft ze een blog, waarbij ze resultaten van recente vragen over hetzelfde thema naast elkaar zet en kruist.
Ze zou graag zien dat het hele onderwijsveld de gegevens weet te vinden. “Ook als een soort munitie, al vind ik dat een vervelend woord. Ik bedoel dat een leraar aan een leidinggevende kan laten zien: Kijk, op 80 procent van de scholen is dit wel geregeld. Op onze school niet en daar loop ik tegenaan.”
Ook de media mag er volgens Walraven vaker uit putten. Dagblad De Telegraaf, NPO-actualiteitenprogramma Nieuwsuur en het Onderwijsblad hebben TeacherTapp al wel eens geciteerd. Maar journalisten haken vaak af, omdat de aantallen invullers nog niet representatief zijn, vertelt Walraven. “Ze kiezen er dan voor om drie leraren te interviewen. Maar ja, als je het over representativiteit hebt… Ik denk dan geregeld: ik had je een beeld kunnen geven van hoe dit op veel meer scholen zit.”
Beroepsgroep laat haar stem horen
In Groot-Brittannië is de app inmiddels behoorlijk invloedrijk. Daar vullen meer dan 10 duizend leraren hem dagelijks in. De uitkomsten zijn in 2023 volgens de Britse TeacherTapp zelf in meer dan 150 ‘media stories’ gebruikt. De beroepsgroep laat zo collectief haar stem horen, ook richting politiek en beleidsmakers.
Dat is voor Nederland nog toekomstmuziek. Walraven: “Invloed meten is heel lastig. Een ambtenaar benaderde me eens met een plan voor een soort meldpunt ‘hulp zoeken in het onderwijs’. De ‘tapp’ers’ gaven massaal aan: ouders weten bij ons heel goed waar ze terecht kunnen. Ik geloof niet dat dat meldpunt er is gekomen.”
Intussen weet Walraven steeds beter welke kwesties in de app wel en niet werken. Te genuanceerde of beleidsmatige vragen zijn impopulair. Sowieso zorgt ze voor een mix tussen wat zwaardere en juist luchtige, vrolijke onderwerpen. ‘Heb je deze week al gelachen om iets dat een leerling of student deed?’ vroeg TeacherTapp bijvoorbeeld eerder dit jaar. Ja, meerdere keren, gaf 81 procent van de deelnemers aan.
En onbedoeld werd ze sterk in vragen formuleren. Iemand wilde weten hoe scholen omgaan met datalekken en privacygegevens. Best een droog onderwerp. Daar zit ze dan even mee te stoeien. “Je wil het zo concreet mogelijk maken en leuk om te beantwoorden.” Uiteindelijk werd de vraag: Stel, je laat je tas liggen in het ov. Wat ligt er dan allemaal op straat? Met als antwoordopties onder meer: namen van leerlingen, begrotingscijfers van de school, sollicitatiebrieven. “En hoppa: een nieuwe Tapp.”
Meedoen? Ga naar nl.teachertapp.com