Alle

Vergoeding na ontslag bij ziekte

Bij ontslag wegens ziekte krijgt onderwijspersoneel in het bijzonder onderwijs een transitievergoeding. In het openbaar onderwijs niet, daar geldt het ambtenarenreglement.

Tekst Jaan van Aken - Redactie Onderwijsblad - - 2 Minuten om te lezen

Bij ontslag wegens ziekte heeft een werknemer recht op een transitievergoeding sinds de Wet werk en zekerheid(Wwz) geldt. Werkgevers proberen soms onder deze ontslagvergoeding uit te komen.

Ontslagvergunning sinds 1 juli 2015

Een werkgever mag een zieke werknemer na twee jaar ontslaan. Een van de veranderingen door de Wwz, die sinds 1 juli 2015 geldt, is dat werkgevers in het onderwijs bij ontslag wegens ziekte voortaan ook een ontslagvergunning bij het UWV zullen moeten aanvragen. Het onderwijs vormt daarop niet langer een uitzondering. Overigens is het ook mogelijk met de werknemer afspraken te maken om het dienstverband te beëindigen zonder een ontslagvergunning aan te vragen. Dat bespaart beide partijen procedurele rompslomp, zonder dat het gevolgen heeft voor een eventuele uitkering. Bij ontslag wegens ziekte heb je volgens de Wwz doorgaans recht op een transitievergoeding (ontslagvergoeding). De werkgever van zieke docent X. had weinig zin in het
betalen van een transitievergoeding. Daarom bedacht hij het volgende: ruim voordat de Wwz op 1 juli 2015 in werking trad, werd een ontslagvergunning aangevraagd. Dat was toen voor onderwijspersoneel nog helemaal niet nodig, want de Wwz gold nog niet. Maar –vond de werkgever–op die manier heb je voordat de Wwz geldt, ontslag aangezegd en hoef je geen transitievergoeding te betalen. Het UWV verleende de ontslagvergunning, maar merkte fijntjes op:
deze vergunning hebt u helemaal niet nodig en daarom verlenen wij deze ontslagvergunning
‘voor zover vereist’.

Vervolgens besloot de werkgever later op grond van de vergunning alsnog het ontslag te verlenen. Inmiddels was de Wwz van kracht, maar zoals de werkgever van plan was, keerde hij de docent geen transitievergoeding uit. Het standpunt van de werkgever was immers dat door het aanvragen van de ontslagvergunning bij het UWV het ontslag al was verleend voordat de Wwz in werking trad en hij dus geen transitievergoeding verschuldigd was. De kantonrechter was het met de werkgever eens, zodat X. met steun van de juridische dienst hoger beroep bij het Hof aantekende.

Hoger beroep

Het Hof was snel klaar met de redenering van de werkgever. In het geval van X. was voor 1 juli 2015 namelijk helemaal geen ontslagvergunning nodig. Je kunt hem dan wel aanvragen, maar dat was overbodig. Daarom vond het Hof dat er geen ontslagaanzegging was gedaan voor het inwerkingtreden van de Wwz.

Het Hof constateerde dat uitsluitend de brief van de werkgever, die pas na invoering van de Wwz was uitgegaan, gold als ontslagaanzegging. En dat om die reden aan docent X. wel degelijk een transitievergoeding van ruim 30.000 euro verschuldigd was.

Deze rubriek is gebaseerd op ervaringen uit de praktijk van AOb-juristen.