Twee nieuwe hoofdbestuurders aan de slag bij AOb
Twee nieuwe hoofdbestuurders gaan voor de AOb aan de slag. De leden in de Algemene Vergadering hebben Arnoud Lagendijk en Mariam Mwinyimbegu afgelopen vrijdag gekozen voor de bestuursfunctie.
Beeld: Algemene Onderwijsbond
Hoofdbestuurders van de bond denken mee over arbeidsvoorwaarden en onderwijsbeleid. Ook bewaken ze de voortgang van de vakbond. Lagendijk is gekozen om de sector wetenschappelijk onderwijs en onderzoek te vertegenwoordigen. Hij werkt aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en is hoogleraar economische geografie. Hij ziet de AOb als een ‘strijdbaar thuis’. ‘Samen vechten we voor beter werk, onderwijs en beloning.’
Samen vechten we voor beter werk, onderwijs en beloning
Mwinyimbegu werkt in het mbo bij ROC TOP De Amsterdamse Plus en is docent Engels. Zij is door de Algemene Vergadering (AV) - een honderdtal AOb-leden die het beleid en de doelstellingen van de bond bepalen - gekozen om de groepen en netwerken te vertegenwoordigen bij de AOb. ‘Als hoofdbestuurder groepen en netwerken zal ik de diversiteiten binnen de groepen willen inzetten voor een gelijke waardering in ons onderwijs en in de beroepen. Laten we een afspiegeling zijn van de maatschappij zo als we die willen zien. De kracht van ons onderwijs zit in onze individuele verschillen en gezamenlijk belang.’
De kracht van ons onderwijs zit in onze individuele verschillen en gezamenlijk belang
Onbezoldigd
Deze twee hoofdbestuurders zijn in principe voor vier jaar aangesteld door de AV. Om de twee jaar kiest de AV de helft van het hoofdbestuur voor een zittingsperiode van vier jaar. Het hoofdbestuur bestaat in totaal uit twintig personen. Vijf daarvan, het dagelijks bestuur, zijn in loondienst. De overige vijftien -waaronder Mwinyimbegu en Lagendijk- zijn onbezoldigd en werken maximaal twee dagen voor de AOb naast hun baan in het onderwijs.
