Tellingen: vwo’ers kiezen vaker voor het hbo
Het lijkt voor vwo’ers normaler dan voorheen om naar het hbo te gaan. Afgelopen september zijn er bijna 8.900 aan een opleiding in het hoger beroepsonderwijs begonnen: 7,9 procent meer dan vorig jaar.
Beeld: Typetank
Minister Robbert Dijkgraaf moedigt jongeren graag aan om voor het hbo te kiezen en het lijkt erop dat de campagne zijn vruchten afwerpt. Er gingen minder vwo’ers naar de universiteit en juist iets meer naar de hogeschool.
Toch gaat het aan de hogescholen om een kleine groep, vergeleken met de havisten (zo’n 42.800 eerstejaars) en mbo’ers (zo’n 32.350 eerstejaars). Verder zijn er nog 7.560 nieuwe studenten die al een eerder een hogeronderwijsdiploma hadden behaald (en die zich bijvoorbeeld omscholen tot leraar).
Er gingen minder vwo’ers naar de universiteit en juist iets meer naar de hogeschool
Basisbeurs
In totaal begonnen er dit studiejaar 107.524 eerstejaars aan het hbo. Dat zijn er slechts 181 minder dan vorig jaar. Opmerkelijk, vinden de hogescholen, want er waren minder examenkandidaten. Ze vermoeden dat de herinvoering van de basisbeurs ermee te maken heeft. 'Deze maatregel kan schoolverlaters aangespoord hebben om de aanvang van hun studie een jaar uit te stellen.'
De instroom bij de bacheloropleidingen daalde met 3,1 procent, terwijl de – veel kleinere – associate degree- en masteropleidingen 20,8 en 7,6 procent meer nieuwe eerstejaars verwelkomden.
Internationaal
Van alle nieuwe aanmeldingen zijn er 12.265 internationaal: dat is één op de negen. Twee derde van deze internationals komt uit Europa en bijna één op de drie van daarbuiten. Die laatste groep is met enkele honderden gegroeid, terwijl het aantal Europeanen enigszins afnam.
De opleiding verpleegkunde trekt 10 procent minder eerstejaars, en is qua instroom nu bijna ingehaald door de pabo. Van de grootste hbo-opleidingen zit alleen commerciële economie in de plus.
Grootste hogescholen
Sommige van de grote hogescholen zagen het aantal nieuwe inschrijvingen toenemen, zoals de Hogeschool Rotterdam (7 procent erbij) en NHL Stenden (5 procent). Andere staan in de min, zoals Avans (3 procent minder), de Haagse Hogeschool (4 procent minder) en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (ook vier procent minder).
