VO
WO&O

Taalopleidingen schipperen om overeind te blijven

Universitaire talenstudies hebben het moeilijk door de kleine studentenaantallen. In het licht van bezuinigingen schaffen sommige universiteiten de studies Frans en Duits af, of ze kiezen ervoor die samen te voegen. 

Tekst Maaike Lange - redactie Onderwijsblad - - 8 Minuten om te lezen

Das Deutsch2

De universiteit Leiden overwoog te stoppen met de opleidingen Frans en Duits - want: te weinig belangstelling en daardoor te duur - maar gaf begin dit jaar aan hier voorlopig toch vanaf te zien. ‘Omdat het schooltalen zijn en we daar een maatschappelijke opdracht voor hebben’, verklaarde decaan Mark Rutgers in het universiteitsblad Mare. Wel wordt Italiaans opgeheven.

De Universiteit Utrecht kondigde ook aan te willen stoppen met de afzonderlijke talenstudies Frans en Duits. Eerder voegde Rijksuniversiteit Groningen talen samen in een brede bacheloropleiding. 

Strijd

Maaike Koffeman is opleidingsvoorzitter van de bachelor Franse Taal en Cultuur aan de Radboud Universiteit. Ook is ze woordvoerder van de Visiegroep Buurtalen, die strijdt voor het behoud van Frans en Duits. Koffeman is blij dat die twee talen in Leiden toch door mogen. Maar ze weet ook dat de talenopleidingen daarmee niet gered zijn: “Het is voor alle universiteiten schipperen om de taalopleidingen zo goed mogelijk overeind te houden."

Koffeman: "Voor alle universiteiten geldt dat vanwege de geplande bezuinigingen onderwijs aan kleine groepen niet meer houdbaar is. Wat we aan de Radboud Universiteit doen, is vakken zodanig aanbieden dat eerste- en tweedejaars studenten tegelijkertijd college krijgen. Zo’n keuze is niet ingegeven door didactische overwegingen, het is een noodgreep. Het is soms de vraag of eerstejaars studenten wel klaar zijn voor zo’n tweedejaars vak.” 

Universiteiten moeten bezien hoe het verder kan met de talen. “Grote opleidingen betalen mee aan de kleine, maar daar is ook een grens aan, die voor de talen - met soms maar vijf aanmeldingen per vak - steeds duidelijker wordt.” Nieuwe studieroutes moeten het tij keren. De Vrije Universiteit schrapte in 2019 bijvoorbeeld de studie Nederlands, maar kwam in 2024 met een nieuwe versie, de opleiding Creatief Schrijven Nederlands.

Geloofwaardig

Een andere route is de brede bacheloropleiding Europese talen en culturen, waarmee Groningen al is gestart en die Leiden overweegt. “Studenten kunnen dan bijvoorbeeld een half jaar of een jaar een pakket Frans doen” zegt Koffeman. “Dat is mooi, maar het is natuurlijk niet vergelijkbaar met een volwaardige studie. De vraag die nu speelt is: kun je deze studenten toelaten tot een lerarenopleiding? Hoe zorg je dat ze, met een minder specialistische opleiding, toch geloofwaardige eerstegraads docenten kunnen worden?”

Het lerarentekort op middelbare scholen is nu al zo hoog dat sommige scholen al geen Frans of Duits meer aanbieden. “En er zijn geen leraren om er tegen te protesteren. Terwijl de maatschappij natuurlijk wel mensen nodig heeft die de talen spreken en de cultuur kennen.” 

Koffeman roept beleidsmakers op om voor vakken die maatschappelijk belangrijk zijn het financieringssysteem los te laten, zodat de vakgroepen kunnen blijven bestaan met voldoende mensen en uren. “De Universiteit Utrecht wil stoppen met Frans en Duits, maar het levert haast niks op aan besparing, want het kost al niet veel, omdat het zo klein is.” Een ander idee is, zegt ze, dat studenten vrijgesteld worden van het betalen van collegegeld in een van de tekortvakken.

Cultuur

De motivatie om een taal te studeren moet volgens haar op de middelbare school worden aangewakkerd. De hoop is gevestigd op de curriculum herziening van Frans en Duits. Naast taalverwerving moet kennis over taal en cultuur een grotere rol krijgen, zodat de lessen op de middelbare school een beter beeld geven van wat een taalstudie kan inhouden. “De herziening kan in 2027 ingaan, als alles goed gaat.”

'Nederland loopt elk jaar miljarden mis vanwege gebrekkige kennis van Frans en Duits'

Alisa van de Haar is bestuurslid van het Platform Frans en docent bij de opleiding Franse Taal en Cultuur aan de Universiteit Leiden.

Alisa: “Mijn universiteit, Leiden, kwam in het najaar met het nieuws taalstudies te willen schrappen of samenvoegen vanwege financiële tekorten. Maar we bestaan nog steeds, en blijven voorlopig bestaan! Bij Frans hadden we lange tijd stabiel dertig eerstejaars. Nu zitten we rond de twintig, vijfentwintig studenten. We werken ontzettend efficiënt. Met 4 fte houden we de hele bacheloropleiding overeind. Ik geef alle colleges oudere Franse letterkunde, terwijl ik eigenlijk gespecialiseerd ben in zestiende-eeuwse letterkunde. 

Onze studenten worden meteen opgepikt omdat er veel vraag is naar gespecialiseerde kennis

We merken nu al overal de gevolgen van de terugloop in het aantal studenten. Er is een enorm lerarentekort op middelbare scholen. Het is belangrijk dat Frans een verplichte taal blijft in het middelbaar onderwijs. Nederland loopt elk jaar miljarden mis vanwege gebrekkige kennis van Frans en Duits. Onze studenten worden meteen opgepikt omdat er veel vraag is naar gespecialiseerde kennis. Ze gaan aan de slag op een ambassade of ministerie, in het bedrijfsleven, of in het onderwijs, zelfs al tijdens hun studie. 

Leerlingen op de middelbare school hebben vaak onterecht het idee dat de studie Frans alleen draait om woordjes leren en grammatica. Ze hebben geen idee dat ze echt wetenschappelijke vakgebieden als taalkunde, letterkunde en cultuurkunde gaan doen. Ze hebben vaak ook niet in de gaten dat Frans een wereldtaal is en door meer dan 230 miljoen mensen wordt gesproken, ook in Afrika en Canada.

Er komt een curriculumherziening aan die leerlingen hier beter op voorbereidt. Daar zitten we met smart op te wachten. Vo-docenten moeten worden bijgeschoold om het schoolvak Frans in deze nieuwe vorm te geven. De vraag is of er straks nog plaatsen zijn aan de universiteit om die bijscholing aan te bieden. 

In de hele maatschappij het idee opgekomen dat taal en cultuur softe dingen zijn die minder opleveren

De laatste twee decennia is in de hele maatschappij het idee opgekomen dat taal en cultuur softe dingen zijn waar je minder aan hebt en die minder geld opleveren. Alles wat ons mens maakt is secundair geworden.” 

 

'Mijn vader en opa waren beiden leraar Duits. Ben ik de laatste in deze lijn?'

Hilco Elshout (26) is eerstegraads docent Duits aan het Newmancollege in Breda.

Hilco: "Het nieuws dat universiteiten taal- en cultuuropleidingen willen schrappen, was een klap in mijn gezicht. Het voelde alsof alle moeite die ik voor mijn leerlingen doe, zinloos is. Mijn vader en opa waren beiden leraar Duits. Ben ik de laatste in deze lijn? 

Taal- en cultuuronderwijs is essentieel. Zonder diepgaand begrip van taal en cultuur blijven we steken in oppervlakkige communicatie en misverstanden. Maar in plaats van te investeren in goed taalonderwijs, sluiten we studies en nemen we genoegen met minder diepgang. 

Na jarenlange structurele onderfinanciering van de geesteswetenschappen worden in het hoger onderwijs nu al steeds vaker meerdere talen en culturen in één studiegang gecombineerd. Een soort appelmoes met van alles een beetje. Studenten krijgen een basis mee, maar echte expertise verdwijnt.

Deze oppervlakkigheid is niet uniek voor Nederland: wereldwijd richten we ons steeds meer op nationale grenzen en verliezen we de interesse in ‘de ander’. Het probleem zit echter dieper. In plaats van een duurzame visie op taal- en cultuuronderwijs te ontwikkelen, ligt de focus nu op het aanpassen van de vakinhoud in een nieuw curriculum. Maar zonder betere randvoorwaarden blijven de problemen bestaan.  

Zo krijgen wij, docenten, steeds minder lestijd en moeten leerlingen zich in flexroosters beperken tot de kern van het vak. De rijkheid van mijn vak Duits verdwijnt. Wat overblijft is ‘teaching to the test’, waardoor taalonderwijs onaantrekkelijk wordt voor leerlingen. Geen wonder dat ze niet kiezen voor deze studies.

Kortetermijndenken leidt zo telkens tot verkeerde conclusies. Zo blijft het onderwijs zichzelf in de staart bijten. Juist universiteiten zouden dit moeten doorzien. Daar waar de politiek onderhevig is aan wisselende Zeitgeist, zouden universiteiten juist een langetermijnvisie moeten hebben. Ik heb met overtuiging voor het onderwijs gekozen, maar hoe kunnen we leerlingen inspireren voor een vakgebied waarvan de toekomst onzeker is?"

Dit artikel stond in het Onderwijsblad. Wil jij het blad ontvangen? Word lid!

‘Ik probeer de liefde door te geven’

Joke Muller (links) is eerstegraads docent Frans aan de Open Scholen Gemeenschap Bijlmer in Amsterdam. Sara Keïta (rechts) loopt stage op deze school en volgt de lerarenopleiding eerstegraads Frans aan de Universiteit van Amsterdam.

Joke: “Ik ben zij-instromer en heb twintig jaar in Frankrijk gewoond en gewerkt. Sinds drie jaar ben ik docent. Ik heb de éénjarige docentenopleiding VHO in de Taal- en Cultuurwetenschappen aan de Vrije Universiteit gevolgd. Ik vind het aantrekkelijk om te werken met jongeren en daarbij komt mijn liefde voor de taal. Op school denken we als MVT-sectie samen met de vakgroep Nederlands na over hoe we literatuurgeschiedenis gezamenlijk kunnen aanbieden om er meer leven in te krijgen. De interesse voor taal kan hierdoor misschien groeien.

Middelbare scholen zouden meer moeten kunnen investeren in taalreizen, dat zou leerlingen helpen de taal beter te beleven. Ik heb een student in 6 vwo die uitblinkt in Frans en notaris wil worden. Ik geef hem mee na te denken over de combinatie met een studie Frans. Mijn enthousiasme en liefde probeer ik door te geven. Als talen gaan samenwerken, kun je ze aantrekkelijker maken. Zo blijven we denken in kansen."  

Ik schrok dat ze in Utrecht overwegen geen nieuwe studenten aan te nemen

Sara: “Ik heb in Utrecht mijn Bachelor Frans gedaan. Ik schrok dat ze in Utrecht overwegen geen nieuwe studenten aan te nemen. Ik maakte mij zorgen over de baan van mijn docenten. Ik schrok ook omdat het lerarentekort nu al zo groot is. Ik begon in 2020 samen met twintig studenten, twaalf studeerden er af.

Ik heb familie in Frankrijk en was altijd geïnteresseerd in het land en de taal. Ik studeerde eerst alleen economie, maar miste een taal, en ging Frans erbij doen. Meer studenten in mijn jaar maakten een combi van twee studies. Vanuit de opleiding krijgen we mee om meer te doen met taal- en cultuurbewustzijn, inspelend op het nieuwe curriculum. Lekker veel lezen, doen we al op school. Mijn scriptie gaat over waarom leerlingen wel of geen Frans kiezen. Met die kennis weet ik straks beter hoe ik leerlingen voor Frans kan motiveren.”

Wil jij ook voorkomen dat er meer dan een miljard wordt bezuinigd op het hoger onderwijs?  Kijk wat je kunt doen!