Auteurs: Mandy Pijl en Joëlle Poortvliet, redactie Onderwijsblad
Zij-instromen is al pittig genoeg. Met deze zeven tips kom je beter beslagen ten ijs.
Auteurs: Mandy Pijl en Joëlle Poortvliet, redactie Onderwijsblad
Je oriënteren op je nieuwe beroep behelst meer dan een uurtje meelopen in een klas. Zeker voor Zij-instromen in het Beroep (ZiB) moet je al wel eens les gegeven hebben. Anders kom je niet door het geschiktheidsonderzoek, aldus Heleen den Herder, assessor en coördinator van de zij-instroom aan de Christelijke Hogeschool Ede. “Zeker na corona hebben meer volwassenen het idee: wat een betekenisvol werk, misschien is dat wel iets voor mij? Wat super is. Maar investeer tijd om echt een indruk te krijgen van het beroep.”
Zij-instromen is pittig en intensief. Dat zeggen alle betrokkenen. Steun vanuit het thuisfront en het privé-netwerk is daarom cruciaal. Speelt er een mantelzorgsituatie? Of wil je in dezelfde periode graag een kind krijgen? Dan is het beter om deze ambitie uit stellen.
Jorien Termond heeft een eigen coachingsbedrijf en zit soms tegenover zij-instromers die er niet beter aan toe zijn dan een bang konijntje dat in de koplampen van een auto kijkt. “Veel zij-instromers worstelen”, zegt ze. “Ze worden als volwaardige collega beschouwd, terwijl ze dat nog niet zijn.” Een zij-instromer moet daarom van presteren naar leren durven gaan, aldus Den Herder. Lerarenopleider Nienke Smit van de Universiteit Utrecht vult aan: “Fouten maken mag, als je er maar van kunt leren. Het is normaal dat er dingen misgaan in de interactie met leerlingen bijvoorbeeld, of in de leerstof. Pas als iemand zegt: ik zie het probleem niet, gaan bij ons de alarmbellen af.”
Begeleiding en feedback is een must. “Vanwege het personeelstekort wordt al vroeg een beroep op je gedaan”, weet Termond. “En zij-instromers willen erg hun best doen voor de school. Daardoor wordt vaak niet zichtbaar dat ze zorg nodig hebben.” Ben je de eerste zij-instromer op een school? Waak dan voor overschatting, zegt Den Herder: “In het onderwijs kun je niet zeggen: ik ga even orde oefenen en daarna lesgeven. Het komt allemaal tegelijk. En je studie komt daar nog eens bovenop.”
Wees eerlijk tegen collega’s die een beroep op je doen. Termond: “Zeg nee waar je de kennis en ervaring nog mist. Wees ook duidelijk over wanneer je groepsverantwoordelijk bent en wanneer niet. Als jouw grenzen helder zijn, gaan mensen anders met je om.” Smit checkt bij geschiktheidsonderzoeken of potentiële zij-instromers hun grenzen kunnen bewaken. “Wat kan helpen, is de realisatie dat je veel waard bent voor het onderwijs. Er zijn veel kansen. Het is dus niet zo dat wanneer je nu nee zegt tegen een taak of baan, de optie niet opnieuw voorbijkomt.”
Laat je niet verrassen door wat de studie van je vraagt. Termond: “Ga na wat er van je wordt gevraagd en wat dat in uren betekent. Daar kun je een planning op maken, waardoor je niet wordt verrast. Komt er een pittige periode op school aan, dan doe je de schuif van de opleiding iets omlaag en andersom. Doordat je weet met welke variabelen je te maken hebt, kun je ermee spelen. Je weet dat het achter de streep goed komt, waardoor je minder snel leegloopt en gezonde tijd kunt inplannen voor jezelf en je gezin.”
Den Herder: “Ben jij zelf een heel innovatief en creatief persoon? Dan heb je wat open ruimte nodig zodat je nieuwe dingen kunt proberen. Het werkt niet wanneer je begeleider dan heel rigide is bijvoorbeeld. Probeer je daarom in het voortraject al open en kwetsbaar op te stellen, zodat een goede match gemaakt kan worden.”