Studenten stappen naar de rechter om tentamens met webcam
De centrale studentenraad van de Universiteit van Amsterdam spant een kort geding aan tegen de universiteit vanwege het gebruik van surveillancesoftware tijdens online tentamens. De zaak kan voor het hele hoger onderwijs gevolgen hebben.
De privacy-bezwaren tegen online proctoring stapelen zich sinds de start van de coronacrisis op. Jongerenorganisaties kwamen in opstand en ook de Tweede Kamer bemoeide zich ermee. Twee hogescholen namen al openlijk afstand van de omstreden methode.
De Universiteit van Amsterdam (UvA) deed dat niet. Daar staan tot de zomer nog ruim tweehonderd online tentamens met surveillanceprogramma Proctorio gepland. Hiermee worden studenten tijdens het tentamen via een webcam in hun kamer gefilmd.
Met surveillanceprogramma Proctorio worden studenten tijdens het tentamen via een webcam in hun kamer gefilmd
De centrale studentenraad stapt nu naar de rechter, schrijft universiteitsblad Folia. Studenten zouden het gebruik van Proctorio tijdens online tentamens moeten kunnen weigeren, vindt de raad – zónder studievertraging op te lopen.
Volgens de wet op het hoger onderwijs hebben de centrale raden en faculteitsraden instemmingsrecht op de vorm van tentaminering. In april bracht de centrale studentenraad al een negatief advies uit over het gebruik van Proctorio, maar het UvA-bestuur besloot de software toch te gebruiken. De raad hoopt dat ook medezeggenschapsraden op andere universiteiten en hogescholen baat hebben bij het kort geding.
Gevoelig
Het kort geding dient donderdag bij de rechtbank in Amsterdam. Of de studenten de zaak gaan winnen, is lastig te voorspellen, zegt de Tilburgse hoogleraar onderwijsrecht Paul Zoontjens. “Als de universiteit duidelijk kan maken dat ze het personeel en de faciliteiten niet heeft om tentamens op een andere manier af te nemen, dan zal een rechter daar gevoelig voor zijn. Maar als studenten kunnen aantonen dat andere instellingen wél een alternatief bieden, dan kan dat juist zwaar wegen.”
De vraag is wel of de studenten de juiste weg bewandelen. Er bestaat namelijk ook een landelijke commissie voor medezeggenschapsgeschillen, waar de raad zich eerst had kunnen melden. “Als ze dat niet hebben gedaan, maakt dat hun zaak niet sterker”, zegt Zoontjens.
Minister Van Engelshoven (D66) lijkt weinig gevoelig voor de privacy-bezwaren van proctoring. Ze zei eerder dit jaar dat de medezeggenschap tijdens de coronacrisis aanpassingsvermogen moet tonen en zich “daar waar nodig” flexibel moet opstellen.