Slob: onderzoek naar omvang en besteding lumpsum
Minister Arie Slob (Christenunie) wil onderzoeken of de bekostiging in het primair en voortgezet onderwijs toereikend is om goed onderwijs te verzorgen, en of schoolbesturen het geld op een doelmatige manier besteden. Dat bleek vanmiddag tijdens de behandeling van de onderwijsbegroting in de Tweede Kamer.
De uitkomsten wil Slob gebruiken bij de politieke discussie over de lumpsum, de zak met geld die schoolbesturen naar eigen inzicht mogen besteden. Het zal nog even duren voordat er een rapport ligt, het onderzoek wordt waarschijnlijk volgend jaar uitgevoerd.
Bij de vraag of onderwijsgeld effectief wordt ingezet, verwees Slob onder meer naar de reserves bij samenwerkingsverbanden en bij schoolbesturen in het primair onderwijs. Het Onderwijsblad berichtte daar eerder deze week over. De minister deelde de zorgen van GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld, die hem ernaar vroeg.
Over het doorgroeien van die reserves, bij bepaalde besturen echt in een behoorlijke omvang, ben ik uitermate kritisch.
“Over het doorgroeien van die reserves, bij bepaalde besturen echt in een behoorlijke omvang, ben ik uitermate kritisch. Ik heb begrepen dat de PO-Raad zelf — daar speelt het met name — ook al doorheeft dat er wel iets moet gaan gebeuren”, aldus Slob. De minister wacht de financiële jaaranalyse af die de Onderwijsinspectie de komende weken afrondt.
Lerarentekort
Zoals verwacht vormde naast de lumpsum het lerarentekort een belangrijk thema. De coalitiepartijen willen dat het budget voor begeleiding van zij-instromers en de regionale aanpak van het lerarentekort structureel wordt veiliggesteld. Onlangs werd bekend dat Slob eenmalig twintig miljoen heeft vrijgespeeld door een verwachte meevaller binnen zijn begroting van volgend jaar alvast in te zetten.
Extra geld om de lerarensalarissen in het primair onderwijs verder op te trekken, leverde het debat niet op. D66 en CDA kwamen met een verzoek aan Slob om samen met de sociale partners naar mogelijkheden te kijken om vanaf 2020 geld uit de zogenoemde prestatiebox te halen voor salarisverbetering. Paul van Meenen (D66), indiener van de motie: “Die prestatiebox is een zeer vage afspraak.” Volgens mede-indiener Michel Rog (CDA) komt het geld nu niet goed terecht.
Van deze middelen zijn mensen aangesteld. Wat u voorstelt, is een werkdrukverhoging.
Die prestatiebox is bedoeld voor onderwijsvernieuwing en wordt vooral ingezet om personeel aan te stellen. Het voorstel kwam beide partijen daarom op kritische vragen te staan van onder meer coalitiegenoot VVD. Rudmer Heerema: “Van deze middelen zijn mensen aangesteld. Wat u voorstelt, is een werkdrukverhoging.” SP-Kamerlid Peter Kwint ergerde zich vooral eraan dat de verwachtingen die gisteravond in een NOS-bericht werden gewekt, niet worden ingelost. “Een dooie mus”, vond Eppo Bruins van coalitiepartij Christenunie.
Titulatuur
Een karrenvracht aan voorstellen en moties was traditiegetrouw de politieke oogst van het debat. Sommige kansrijker dan andere. GroenLinks stelde voor om mbo’ers een titel te geven, net als afgestudeerden in het hoger onderwijs. Dat zou bijdragen aan hun maatschappelijke erkenning, betoogde Zihni Özdil.
Maar hij kreeg geen voet tussen de deur bij minister Ingrid van Engelshoven (D66). Zelfs niet voor een onderzoek naar het draagvlak ervoor. “Die maatschappelijke erkenning is belangrijk, maar titels staan daarbij niet bovenaan mijn prioriteitenlijst.” Ze zei geen signalen te krijgen dat er in het mbo gesnakt zou worden naar een titulatuur. Wel wil ze de internationale erkenning van mbo-diploma’s beter gaan regelen.
Reprimande
Ook gaat Van Engelshoven kijken naar de financiering van vastgoed bij universiteiten. D66-Kamerlid Van Meenen probeerde twee dagen terug een debat uit te lokken over de reserves in het wetenschappelijk onderwijs, maar concludeerde onterecht dat er 2,8 miljard aan geld op de plank lag. Een aanzienlijk deel van dat bedrag zit in vastgoed. Het kwam hem op een reprimande te staan van SP-kamerlid Frank Futselaar, die zelf ook de buffers ter discussie stelde. “Daarin vinden we elkaar, maar op deze manier zet u ons op achterstand.”
Het feit dat de Vsnu deze handreiking doet, geeft aan dat er ruimte zit.
Toch bleek dat reuze mee te vallen. Ook Van Engelshoven is het namelijk niet ontgaan dat universiteiten hun vermogenspositie de afgelopen jaren flink hebben zien groeien. Van de universiteitenkoepel Vsnu heeft ze vernomen dat die de reserves tegen het licht gaat houden, vertelde ze. “Het feit dat de Vsnu deze handreiking doet, geeft aan dat er ruimte zit.”
Verder wil de minister onderzoeken of het wel verstandig is als instellingen veel onderwijsgeld opzij zetten om verbouwingen en nieuwbouw helemaal uit eigen zak te betalen. U heeft wel een punt, zei ze tegen partijgenoot Van Meenen. “Hoe kunnen we komen tot meest doelmatige inzet van middelen?”