SchrijfLab maakt leerlingen trots op eigen taal
Schrijfoefeningen van het online platform SchrijfLab helpen leerlingen om woorden te geven aan wat ze werkelijk bezighoudt. “Een gedicht kan net zo krachtig zijn als een traditioneel gestructureerde beschouwing.”
Leerlingen van vwo-3 druppelen het lokaal binnen van het Drachtster Lyceum en gaan zitten aan de tafels die klaarstaan in groepjes van twee tot zes. AirPods verdwijnen in de broekzak, laptops verschijnen op tafel. Het is weer tijd voor een les Nederlands met gebruik van SchrijfLab. Op SchrijfLab.nl zijn allerlei oefeningen en leerlijnen te vinden voor schrijfvaardigheidslessen voor het vak Nederlands, bijvoorbeeld over het schrijven van een beschouwing, column, behoeftepeiling of gedicht (zie kader ‘Wat is SchrijfLab?’).
Het zijn telkens korte opdrachtjes, die in één les te doen zijn
Docent Miluz Wiersma neemt met de klas kort door waar ze de afgelopen lessen aan gewerkt hebben. Ze zijn bezig in de leerlijn ‘Betoog’ en zijn na de lessen over de anekdote, lofzang, woordspelingen en het pleidooi nu bij de laatste les beland, waarin de voorgaande lessen samenkomen en de leerlingen een betoog gaan schrijven. Wiersma vertelt dat ze hier erg enthousiast over is: “Het zijn telkens korte opdrachtjes, die in één les te doen zijn, maar wel binnen een lopende leerlijn waarin alles een geheel vormt.”
Bewuste keuze
Dit was een bewuste keuze, vertelt Els Stronks, hoogleraar Vroegmoderne Nederlandse letterkunde aan de Universiteit Utrecht en projectleider en medebedenker van SchrijfLab. “Het meeste schrijfonderwijs gaat nu over de vorm: goede taalverzorging en een goede tekststructuur, maar veel minder over de inhoud: wat de leerling zelf wil schrijven. Het meest ongrijpbare gedeelte van het schrijfproces gebeurt in het hoofd van de leerling: wat wil je eigenlijk zeggen, en hoe vind je daar woorden voor? Daar zijn alle opdrachten op gericht, en dat gebeurt heel stapsgewijs.”
Het meest ongrijpbare gedeelte van het schrijfproces gebeurt in het hoofd van de leerling
Om gedachten in woorden om te zetten en te vatten in een tekst, moet een leerling controle krijgen over zowel vorm als inhoud. Stronks legt uit hoe dat werkt: “We prikkelen de gedachten van leerlingen over een bepaald onderwerp door ze dingen te laten lezen, of iets te laten schrijven en zich dan te verplaatsen in iemand of iets anders. We proberen leerlingen een beetje uit hun eigen perspectief te halen, of het een beetje te draaien, waardoor er nieuwe gedachten op gang komen en ze dieper op een onderwerp in gaan.”
Beschouwing in dichtvorm
De leerlijnen zijn minder zakelijk, droog en saai dan Wiersma gewend was. Ze geeft een voorbeeld uit de leerlijn Beschouwing, waarin leerlingen oefenen met schrijven vanuit verschillende perspectieven en het bundelen daarvan in een beschouwing. In de laatste les van de leerlijn zit ter inspiratie een beschouwing in dichtvorm, over Joseph Meister, die als eerste genas van hondsdolheid door middel van een vaccin, en de indruk die dit op hem gemaakt heeft. “Toen ik dat gedicht liet zien in mijn klas waren alle 33 kinderen onder de indruk. Ik liet hen daarna de keuze wat voor versie van hun beschouwing ze wilden inleveren voor een cijfer, de normale of eentje in dichtvorm: de hele klas koos voor de dichtvorm, terwijl ze die andere al af hadden en klaar hadden liggen. Dat gedicht heeft mij helemaal enthousiast gemaakt over SchrijfLab en heeft zelfs mij nieuw perspectief gegeven op hoe een beschouwing in elkaar steekt. Het liet mij, en de klas, zien dat een gedicht van vier zinnen net zo krachtig kan zijn als een traditioneel gestructureerde beschouwing.”
Gebouwd op expertise
SchrijfLab is medeontwikkeld door een schrijver, Micha Hamel, en dat is vernieuwend, vertelt Stronks: “Hij bracht vanuit zijn ervaring als schrijver de focus op wat in alle vormen van kunstonderwijs centraal staat: wat komt er uit de maker zelf? We zijn het in Nederland niet gewend om schrijfonderwijs te maken samen met schrijvers, maar eigenlijk vonden we het juist heel logisch om hun deskundigheid hierin mee te nemen.”
Leerlingen zijn bewust bezig met het schrijfproces, scheppen daar plezier in en de aanpak heeft ook een pedagogisch aspect, want leerlingen schrijven soms over heel persoonlijke dingen die ze graag met een docent willen delen. “Iets wat we ook veel horen van docenten, is dat als leerlingen schrijven over waar ze zelf mee bezig zijn, ze ook heel graag willen dat een docent het leest. Dat kunnen hele persoonlijke dingen zijn. Dan gaat schrijven ook echt ergens over.”
We vonden het heel logisch om de deskundigheid van schrijvers mee te nemen
Vo-docenten zijn vanaf het begin betrokken bij de ontwikkeling van Schrijflab. Docent Nederlands Neelke Ebbelink is een van die docenten: “De oefeningen die ik nu nog het meest gebruik hebben te maken met het creatieve proces van leerlingen. Dat vinden zij vaak heel moeilijk en als docent kost het best veel tijd om elke leerling daarin individueel te begeleiden. De website geeft daarvoor met allerlei oefeningen veel houvast. Vooral voor het oriëntatieproces, het nadenken over verbeelding en voor het woorden kunnen geven aan je gevoelens en gedachten, vind ik de oefeningen erg fijn.”
SchrijfLab in de praktijk
Leerlingen van Wiersma zijn enthousiast over de ruimte voor creativiteit in de oefeningen. “Het is niet zo saai met alleen maar vragen die je moet beantwoorden, je kunt veel meer zelf aan de slag”, vertelt Nynke, een leerling met een streepjestrui die even vrolijk is als zijzelf. Trots laten zij en haar groepsgenoten een strip zien die ze voor een opdracht in de les Woordspelingen moesten maken. Zowel Wiersma als haar leerlingen vonden dit het leukste onderdeel van de leerlijn. Ook de wetenschappelijke onderbouwing wordt gewaardeerd. “Ik vind het fijn dat duidelijk blijkt uit de website dat er goed is nagedacht over de oefeningen”, zegt Ebbelink. “En mijn leerlingen, zeker in het vwo, vinden het ook interessant als er bijvoorbeeld wetenschappelijke artikelen worden aangehaald.”
Gedeeld document
Bij Wiersma in de klas werken de leerlingen in groepjes op hun laptops in een gedeeld document aan een gezamenlijke tekst. Wiersma moet drie rondjes lopen om te zorgen dat iedereen dat document open heeft staan en niks anders. Toch is iedereen enthousiast over het werken met laptops. Een leerling klaagt dat ze bij Engels alles nog met pen en papier moeten schrijven. “Stom hè!” beaamt Wiersma. Het werken op laptops is een goed voorbeeld van hoe docenten de oefeningen op SchrijfLab zelf kunnen inrichten, iets wat de makers erg stimuleren. Stronks: “Het staat docenten geheel vrij om het materiaal zo aan te passen dat het beter werkt in hun les. Het is een inspiratiebron, hopelijk wel met houvast, maar zeker geen lesplan of keurslijf.” Zo kijkt Wiersma de opdrachten na met een zelfgemaakte matrix, omdat ze die van SchrijfLab nog te beknopt vindt, en maakt Ebbelink geen gebruik van de matrix omdat zij vooral mondelinge feedback geeft terwijl ze in de les rondloopt.
Ik denk dat veel docenten het met ons eens zijn dat schrijfonderwijs een ondergeschoven kindje is
Opvallend is dat SchrijfLab ChatGPT omarmt. Op het platform staan meerdere lessen waarin leerlingen leren hoe dat computermodel werkt, wat ze ermee kunnen en ook hoe ze er verstandig mee om kunnen gaan. Stronks licht de keuze toe: “ChatGPT is behoorlijk dodelijk als je naar het huidige schrijfonderwijs kijkt, want op punten zoals spelling en tekststructuur presteert het model beter dan menig leerling en zelfs menig volwassene. Maar de inhoud blijven mensen wel zelf produceren. SchrijfLab raakt dat eigenlijk heel mooi, omdat het belang van die focus op inhoud juist extra onderstreept wordt door hoe ChatGPT werkt en wat dat model kan. We omarmen het bestaan van ChatGPT dus, maar willen leerlingen daarbij juist meteen een kritische blik meegeven.” Dit gebeurt bijvoorbeeld in de les ‘ChatGPT als denkhulp’, waarin leerlingen het tekstmodel een invulzin geven, en vervolgens de verschillende antwoordopties die het model geeft met elkaar moeten vergelijken. Op die manier kunnen leerlingen ontdekken of het model verschillend praat over bijvoorbeeld mannen en vrouwen, of witte en zwarte mensen, en zo ja, welke patronen en ideeën hier onder schuilen.
Aanrader?
Wiersma en Ebbelink beamen allebei enthousiast dat ze SchrijfLab zouden aanraden aan andere docenten. “Absoluut!”, aldus Wiersma. “Omdat er wat te kiezen valt voor de leerlingen, kunnen ze aan de slag gaan met iets wat hun zelf aanspreekt. Ook het creatieve aspect in veel van de oefeningen en dat ze minder zakelijk zijn dan ik gewend ben, spreken me heel erg aan.” En Ebbelink zegt: “Ik denk dat veel docenten het met ons eens zijn dat schrijfonderwijs een ondergeschoven kindje is. Ik zou het vooral aanraden aan docenten die hun onderwijs meer evidence based willen maken, en als docenten op zoek zijn naar hoe ze hun leerlingen kunnen begeleiden binnen bepaalde oefeningen. Als je zelf niet goed weet waar je moet beginnen, denk ik dat dit heel erg kan helpen.”
Wat is SchrijfLab?
Het platform SchrijfLab is sinds 2020 in ontwikkeling, en werd gefinancierd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap OCW. Voorheen heette het Schrijfakademie, maar in 2022 is het omgedoopt naar de huidige naam. Het is een van meerdere innovatieve onderwijsprojecten voor het schoolvak Nederlands die door Els Stronks en anderen zijn ontwikkeld, waaronder ook LitLab, een vergelijkbaar platform met oefeningen en leerlijnen voor literatuuronderwijs. Het platform is via SchrijfLab.nl volledig publiek toegankelijk en vrij inzetbaar in de les. Vorig jaar had de website zo’n 15 duizend bezoekers. Begin dit jaar kregen de makers een nieuwe OCW-subsidie om het platform uit te breiden om het ook in het voortgezet speciaal onderwijs inzetbaar te maken.