Alle

Schoolbel afschaffen brengt rust in de tent

De schoolbel verdwijnt op drie scholen voor voortgezet onderwijs in Nijmegen. “De leraar bepaalt wanneer de les is afgelopen. Niet de bel.''

Tekst Rob Voorwinden - Redactie onderwijsblad - - 6 Minuten om te lezen

hand_bel

Beeld: Nina Maissouradze

Rust, rust en nog eens rust: dat is het woord dat klinkt in elk gesprek met Nijmeegse scholen die de schoolbel hebben afgeschaft of die daar druk mee bezig zijn. “Heerlijk, die rust”, zegt dus ook Sil van Vegchel, docent aardrijkskunde op de Nijmeegse scholengemeenschap Groenewoud.
Deze school trok afgelopen voorjaar de stekker uit de bel. “Zo’n keiharde rinkelbel”, herinnert rector Hanneke Arpots zich nog maar al te goed. “Heel irritant.” En die ging al zestig jaar lang voor en na elke les. Zo automatisch dat niemand er meer vraagtekens bij zette.

Totdat er tijdens een verbouwing op Groenewoud een heleboel blokuren werden ingepland, om geloop en gereis te besparen. Toen bleef die bel gewoon gaan ook middenin de blokuren. “En wat gebeurt er dan: iedereen stopt”, zegt Arpots. “Want dat hoort zo, als de bel gaat. En ik snap best dat je even pauzeert in een blokuur. Maar dan wel graag op een moment dat de docent bepaalt en niet de bel.” Een school zonder schoolbel werd vanaf dat moment haar ideaal.

"Docenten werken vaak al heel lang met de bel, dus die hadden iets meer tijd nodig", rector Berni Drop van het Montessori College in Nijmegen

En Arpots is niet de enige. Op het Montessori College Nijmegen gaat ook geen schoolbel meer. Eigenlijk lag het afschaffen van die bel heel erg voor de hand, zegt rector Berni Drop. “Wij zijn een montessorischool, dus willen we dat leerlingen de regie pakken over hun leren. En niet dat ze, geconditioneerd door een bel, van lokaal naar lokaal sjokken.”

Die bel sneuvelde op het Montessori College het eerst op de vmbo-afdeling, in 2016. Drop: “In het vmbo zijn de leerlingen al heel vaak met de praktijk bezig. Dat motiveert hen heel erg, dus proberen we de school zo min mogelijk op een school te laten lijken en zoveel mogelijk op de beroepspraktijk. En in die praktijk is er ook geen bel.”

Gewend

Het afschaffen van de schoolbel ging in het vmbo vrijwel zonder slag op stoot. In elk geval bij de leerlingen. “Die waren er sneller aan gewend dan de docenten”, grinnikt Drop. “Docenten werken vaak al heel lang met de bel, dus die hadden iets meer tijd nodig. Logisch.” Maar echte problemen leverde het niet op.

Aan het begin van dit schooljaar verdween de bel ook op het havo/vwo van het Montessori College. En ook daar verliep het redelijk soepel. Want het grote voordeel is, zo bleek ook hier: rust in de tent. Drop: “Niet iedereen vertrekt meer dezelfde seconde uit de lokalen of uit de aula. Het scheelt soms maar een halve minuut, maar het maakt een enorm verschil in de drukte op de gang.” En ook in de lessen zelf heerst nu meer rust, zegt Drop. “De relatie tussen leerling en leraar wordt niet meer verstoord door een bel die ervoor zorgt dat iedereen, als pavlovreactie, alles uit z’n handen laat vallen.”

Het afschaffen van de schoolbel op het Montessori College ging vrijwel zonder slag of stoot. In ieder geval bij de leerlingen.

“Een bel werkt conditionering in de hand”, vindt ook Mariet van de Ven, directeur van vmbo Het Rijks in Nijmegen. Haar school is gestart met een nieuw onderwijsconcept, waarin ruimte is voor ontdekkend en vakoverschrijvend leren. En daar past een bel niet echt meer bij, vinden ze op Het Rijks. De brugklassers beginnen dit schooljaar daarom ‘s ochtends zonder bel.

Later op de dag gaat de bel nog wel, ook al omdat de rest van de school er nog aan gewend is. “Maar ik sluit niet uit dat we dit experiment volgend jaar verder doorvoeren, zeker met deze brugklasleerlingen”, zegt Van de Ven. “Ik hoop dat ze ook zonder de terreur van de bel aan de slag blijven gaan.”

De relatie tussen leerling en leraar wordt niet meer verstoord door een bel die ervoor zorgt dat iedereen, als pavlovreactie, alles uit z’n handen laat vallen.

Superirritant

Wanda Kasbergen, rector van het Karel de Grote College in Nijmegen, volgt de discussies belangstellend. Op deze vrije school heeft in pakweg dertig jaar tijd nog nooit een bel geklonken. “Als een docent nog drie zinnen wil zeggen of als er in de les een interessante discussie gaande is, het maakt niet uit: zodra de bel gaat, is het afgelopen. Dat willen we hier niet.” Kasbergen is wel eens op een andere school, voor een vergadering. “En dan vind ik het superirritant als er opeens middenin het gesprek een bel gaat.”

Maar als de bel wordt afgeschaft, hoe bepaal je als docent dan wanneer een leerling te laat is? “Toen ik die vraag hier hoorde”, zegt rector Arpots van nsg Groenewoud, “dacht ik: Nu wordt het echt tijd om die bel af te schaffen. Want docenten bepalen wanneer iemand te laat is en niet de bel.”

In de praktijk levert dat geen enkel probleem op, zegt leerkracht Van Vegchel van Groenewoud. “Ik sta bij de deur om iedereen te ontvangen. Als de les begint trek ik de deur dicht. Wie daarna nog binnenkomt is te laat. Echt, daar is totaal geen discussie over.”

Eigenlijk is dit juist makkelijker dan vroeger, toen er nog wel een bel ging. Van Vegchel: “Als de bel klonk en er drie seconden later nog snel leerlingen binnenkwamen, dán kreeg je discussie. Maar als ik nu zie dat leerlingen bijna bij de deur van mijn lokaal zijn, wacht ik nog even voordat ik hem dicht doe. Duidelijk toch?”

Wie voor de klas staat, heeft gevoel voor timing. Dus dan weet je wanneer je moet beginnen en afronden

Ook heeft Van Vegchel de bel niet nodig om hem te laten stoppen met zijn les. “Wie voor de klas staat, heeft gevoel voor timing. Dus dan weet je wanneer je moet beginnen en afronden. En als je te lang met je les doorgaat, zijn je leerlingen mondig genoeg om daar iets van te zeggen.”

Verzet

Toch waren die leerlingen op zijn school ook mondig genoeg om in verzet te komen tegen het afschaffen van de bel. Want zij zouden moeite hebben om zelf de tijd bij te houden. ‘Zonder bel kom je, voordat je het weet, te laat in de les’, verklaarde een leerling in dagblad De Gelderlander. ‘Dan moet je de volgende ochtend voor straf om acht uur ‘s ochtends bij de conciërge zijn.’
In overleg met de leerlingenraad is daarom nu voor een compromis gekozen: de bel gaat weer luiden, maar alleen aan het begin van de dag en aan het einde van de eerste en tweede pauze. En de leerlingenraad gaat een nieuwe bel uitkiezen. Want dat irritante gerinkel, dat wil echt niemand meer terug.