Reacties op het regeerakkoord
Niet alleen de vertegenwoordigers van het onderwijspersoneel, ook werkgevers in het basis- en voortgezet onderwijs oordelen scherp over het gisteren gepresenteerde regeerakkoord van VVD, CDA, D66 en Christenunie. Een rondje langs de velden.
Het aanstaande kabinet Rutte III presenteerde een regeerakkoord met 1,5 miljard euro aan structurele investeringen in het onderwijs. Tegelijkertijd zitten er een paar onverwachte addertjes onder het gras.
De al eerder bekend geworden 270 miljoen euro voor lerarensalarissen in het basisonderwijs blijkt te worden gekoppeld aan een verlaging van bovenwettelijke uitkeringen. En er komt 430 miljoen euro structureel beschikbaar voor werkdrukverlaging in het primair onderwijs, maar pas vanaf 2021, als het kabinet er dan nog zit. Tegelijkertijd moet er nog ergens binnen de onderwijsbegroting 183 miljoen euro worden bespaard door ‘doelmatiger’ te werken.
Vorige week legden meer dan zeventigduizend leraren het werk neer tijdens de grootste eendaagse onderwijsstaking ooit. 'We wilden het regeerakkoord afwachten voordat we een vervolg zouden plannen. Maar de koers lijkt mij duidelijk: snel met de andere bonden, PO in Actie en de werkgevers om de tafel om vervolgacties te plannen', aldus AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen.
PO in Actie
PO in Actie maakt zich op voor een nieuwe staking. ‘We zien terug dat Rutte III onze zorgen ziet en hoort, maar helaas nog niet voor vol aanziet. PO in Actie sprak vorige week al uit dat we slechts genoegen nemen met de volledige claim van 1,4 miljard euro. Dat is uiteraard nog steeds zo. We kondigden daarbij ook af dat we in november twee dagen het werk zullen neerleggen, mocht dat nodig zijn. Wat PO in Actie betreft is dat na dit regeerakkoord klip en klaar: twee dagen staken in november.’
Rinda den Besten, voorzitter PO-raad: “Het is goed om te merken dat het kabinet oog heeft voor de grote problemen in onze sector. Maar het probeert die met muizenstapjes op te lossen, dat werkt niet”
PO-raad
De PO-raad, de vertegenwoordiger van de basisschoolbesturen, heeft flinke kritiek op het regeerakkoord. De maatregelen om het lerarentekort terug te dringen gaan niet ver genoeg. Pas in 2021 trekt het kabinet 430 miljoen euro uit voor het verlagen van de werkdruk. 'Veel te laat, de nood is nú te hoog', aldus voorzitter Rinda den Besten in een persbericht.
Ook de 270 miljoen euro voor het verhogen van de lerarensalarissen in het primair onderwijs is lang niet genoeg voor een stevige eerste stap. “Het is goed om te merken dat het kabinet oog heeft voor de grote problemen in onze sector. Maar het probeert die met muizenstapjes op te lossen, dat werkt niet”, aldus Den Besten van de PO-raad.
De claim dat er ingezet wordt op gelijke kansen, maakt het kabinet niet waar: de vijftien miljoen euro die het onderwijsachterstandenbeleid erbij krijgt, valt in het niet bij de 140 miljoen die er de afgelopen jaren op bezuinigd is. Verder mist de werkgeversorganisatie maatregelen tegen de zogenoemde stille bezuinigingen op de materiële uitgaven. Positief vinden de werkgevers in het basisonderwijs dat ziektevervanging wordt uitgezonderd van de ketenbepaling in de Wet werk en zekerheid.
VO-raad
'Een grote tegenvaller', noemt voorzitter Paul Rosenmöller van de VO-raad het regeerakkoord. Het kabinet zegt de positie van leraren te willen versterken, maar vergeet volgens Rosenmöller de docenten in het voortgezet onderwijs: die hebben ook te maken met een hoge werkdruk. Ook in het vo is het bij bepaalde tekortvakken moeilijk om leraren te vinden. Dat er 150 miljoen euro bij komt voor techniekonderwijs looft de werkgeversvereniging, al betreft dat een relatief kleine groep leerlingen. De nog in te vullen doelmatigheids-bezuiniging van 183 miljoen hangt als een donkere wolk boven het onderwijs. Daarvan komt 50 miljoen bij het vo terecht, becijfert de koepel. Voor veel scholen zal dat een achteruitgang betekenen. Deze mogelijke bezuiniging is onverteerbaar, aldus Rosenmöller.
Paul Rosenmöller, voorzitter VO-raad: “Dit regeerakkoord is een grote tegenvaller. De mogelijke bezuiniging is onverteerbaar”
Vereniging Hogescholen
De Vereniging Hogescholen is blij dat de vrijkomende middelen uit het leenstelsel (dat in stand wordt gehouden) voor een kwaliteitsverbetering naar de instellingen voor hoger onderwijs gaan. De hogescholen willen met de nieuwe onderwijsminister om tafel om afspraken te maken over de investeringen in onderwijskwaliteit, betere begeleiding van studenten en professionalisering van docenten. Voorzitter Thom de Graaf in een verklaring op de VH-website: 'De hogescholen zullen keuzes maken die bij de eigen context passen en zullen zich vanzelfsprekend verantwoorden over hun prestaties en de te besteden middelen.'
VSNU
'Het regeerakkoord bevat de ambitie om jaarlijks 200 miljoen te besteden aan fundamenteel onderzoek en nog eens 200 miljoen aan toegepast onderzoek.' De universiteiten zijn positief over deze investeringen, aldus de VSNU. Dat de instellingen in het hoger onderwijs kunnen rekenen op de afgesproken middelen uit het leenstelsel, stemt de VSNU tevreden. Naast veelbelovende investeringen ziet VSNU-voorzitter Pieter Duisenberg ook een forse opgave voor de toekomst: 'Het regeerakkoord stelt ons als universiteiten voor de opgave om zo effectief mogelijk te investeren in wetenschap. Dat er geld bij komt is een goede eerste stap, maar om aansluiting te houden bij de internationale top is meer inzet nodig.' Ondanks de middelen uit het leenstelsel blijft de druk op de studentbekostiging aanhouden, aldus de VSNU.
Landelijke Studentenvakbond
De Lsvb is 'diep teleurgesteld' dat het leenstelsel gehandhaafd blijft. Volgens de studentenorganisatie breken het CDA en de Christenunie daarmee hun verkiezingsbelofte over een terugkeer van de basisbeurs. De verlaging van het collegegeld in het eerste studiejaar zal de toegankelijkheid niet verbeteren, stellen de studenten. Studenten die in 2015 tot en met dit jaar zijn begonnen, zijn helemaal 'de pineut’, stelt het persbericht. ‘Zij hebben nooit een basisbeurs gekregen, niet kunnen profiteren van de investeringen in de onderwijskwaliteit en hebben daarnaast nooit de duizend euro ‘korting’ gekregen.’