Pedagogisch educatief professional overbrugt grenzen
Steeds meer hogescholen bieden de tweejarige hbo-opleiding Ad Pep aan: de Associate degree Pedagogisch educatief professional. Studenten worden opgeleid om in hun vak grenzen te overbruggen tussen onderwijs, jeugdzorg, kinderopvang en sociaal werk. In Zwolle zijn al drie lichtingen afgestudeerd.
Zwollenaar Johan van Lenthe werkte na zijn mbo-diploma Sociaal cultureel werk jarenlang in de bso en als gastouder in de kinderopvang. Nu zijn eigen kinderen geen opvang meer nodig hebben, wilde hij eens wat anders. “Het onderwijs trok mij aan, maar ik ben 41 en een vierjarige pabo-opleiding leek me te veel”, vertelt hij. “De tweejarige opleiding Ad Pep past helemaal bij wat ik zoek: welzijn, kinderopvang en onderwijs komen hierin samen.”
Ad Pep staat voor associate degree Pedagogisch educatief professional en is een tweejarige deeltijdopleiding op niveau 5. Hogeschool KPZ startte deze opleiding in 2016, samen met hogeschool Viaa, de roc’s Landstede en Menso Alting en kinderopvang Prokino in Zwolle.
Studenten die we hiermee bedienen, waren anders niet op het hbo terechtgekomen
Anne Looijenga, directeur kennis- en innovatiecentrum bij Hogeschool KPZ, stond aan de wieg ervan: “We werken in een interprofessioneel team van mbo- en hbo-docenten en met gereformeerd, protestants christelijk, openbaar en katholiek als denominaties. Daar ben ik trots op, maar vooral ook op het perspectief: de studenten die we hiermee bedienen, waren anders niet op het hbo terechtgekomen en zijn een verrijking voor het werkveld.”
Dit artikel komt uit het Onderwijsblad van april. Wil je op de hoogte blijven van alles wat er in het onderwijs speelt? Word lid van de AOb en ontvang elke maand het Onderwijsblad.
CHECK ALLE VOORDELEN VAN HET LIDMAATSCHAP
De invoering van toelatingstoetsen voor de pabo in 2015 en een dreigende studieschuld door het leenstelsel schrikken veel mbo’ers namelijk af om door te studeren. Daarnaast vraagt het werkveld om breed opgeleide studenten. Looijenga: “In de kinderopvang moet nu op iedere locatie een hbo’er werken. De pedagogisch educatief professional kent de ontwikkeling van het jonge kind en is hiervoor bij uitstek bekwaam.”
Rollen
Studenten worden niet zo zeer opgeleid voor een specifieke functie, maar ontwikkelen zich in vier rollen: die van pedagogisch professional, verbinder, vormgever en initiator. Hierdoor zijn ze volgens Sandra Lugtenberg, teamleider en onderwijskundig leider van Ad Pep, in staat grenzen te overbruggen tussen onderwijs, jeugdzorg, kinderopvang en sociaal werk.
“Zij zetten het belang van het kind voorop, kunnen de regie pakken en professionals uit de leefomgeving van het kind samenbrengen om het gesprek te voeren over wat nodig is. Zij zijn pedagogisch goed onderlegd en hebben zicht op de ontwikkeling van kinderen.”
Daar zit precies de meerwaarde, vult Looijenga aan. “Deze professionals hebben meer oog voor de omgeving en het lef om achter de voordeur te kijken. Je kunt wel proberen om het taalniveau omhoog te krijgen, maar dat gaat niet lukken als het thuis niet goed gaat met een kind.”
It takes a village to raise a child. Het Afrikaanse gezegde staat op het bord van het lokaal waar zo’n veertien eerstejaars de les Ouderwijkbetrokkenheid volgen. “Dat omzien naar elkaar, wat we hier ook wel noaberschap noemen, mag wel wat meer terugkomen”, vertelt docent Janine Tromp. “Hoge betrokkenheid van ouders is bovendien een sterke voorspeller voor de ontwikkeling van kinderen.”
Vanaf de laptop vraagt een student die de les online volgt: “Soms zie ik dat ouders heel veel oefenen met hun kinderen, maar dat dit niet altijd resultaat geeft, hoe kan dat?” Tromp legt uit: “Ouderbetrokkenheid is meer dan de focus op leerresultaten. Als ouders gaan pushen en veel oefenen voor betere prestaties, dan kan dat zelfs averechts werken.”
De praktische inslag vind ik heel fijn. Dat wat ik leer, kan ik direct toepassen
De klas is een gemêleerd gezelschap van voornamelijk dames. De een komt met 19 jaar net van de havo, een ander is al jaren aan het werk. Alle studenten werken minimaal zestien uur per week en gaan een dag per week naar school.
Student Mariska Melenhorst heeft het naar haar zin op de opleiding. Na haar mbo-diploma onderwijsassistent in 2005 ging ze als pedagogisch medewerker in de kinderopvang aan de slag. Met de opleiding Ad Pep vindt ze de verdieping die ze zocht, bijvoorbeeld in een vak als ontwikkelingspsychologie of het thema leerrijke leeromgeving.
Verdieping
“Door bewust taal te gebruiken en echte materialen toe te voegen, merk ik dat het spelen voor een kind meer betekenis krijgt. Kinderen vinden het ook heel erg leuk om bijvoorbeeld met een leeg boterkuipje rond te lopen, al moet ik mijn collega’s nog wel eens uitleggen dat het geen afval is”, vertelt ze lachend. De verdieping vindt ze ook in het contact met klasgenoten. “Het is leuk en leerzaam om onze ervaringen te delen.”
Daar is Johan van Lenthe het mee eens. Hij werkt nu als onderwijsassistent op een basisschool. “Alles is nu nieuw voor me, zowel mijn werk als de opleiding, dat maakt het bij elkaar wel veel. Maar het bevalt heel goed. De praktische inslag van de opleiding vind ik heel fijn. Dat wat ik leer, kan ik direct toepassen.”
Voor het vak Beroepsgericht onderzoek gaan tweedejaars aan de slag met een eigen onderzoeksvraag. “Wat een mooie kans”, reageert docent Iris van Tellingen op het voorstel van een studente om de gewenste uitbreiding van haar basisschool met een peuterspeelzaal te gaan onderzoeken.
Op het digibord staan het doel, de hoofdvraag en deelvragen van het onderzoek uitgelegd. “Ik haak af hoor, alles dwarrelt in mijn hoofd”, verzucht een studente.“Voor sommigen gaan kwartjes vallen en anderen hebben meer tijd nodig”, zegt Van Tellingen geruststellend. “Dat is helemaal niet erg.”
Dat studenten veel verschillen van elkaar, is juist een verrijking in de klas, vertelt ze even later. “Ze leren van en met elkaar doordat ze voorbeelden kunnen noemen uit verschillende werkvelden. Die vertaalslag naar de praktijk is de kracht van deze opleiding.”
Dat studenten veel verschillen van elkaar, is juist een verrijking in de klas
En dat wordt op zich goed gewaardeerd, blijkt uit recent onderzoek van Hogeschool KPZ. Bijna alle afgestudeerden zijn tevreden over de opleiding en hebben een betaalde baan. Ongeveer de helft heeft andere taken, verantwoordelijkheden of een andere functie gekregen. Zo stromen onderwijsassistenten door naar de functie leraarondersteuner. Ongeveer 10 procent heeft een combinatiefunctie, bijvoorbeeld in een kindcentrum waar ze zowel werkzaam zijn in onderwijs als in de opvang. Verbeterpunten zijn er ook: zo doet 40 procent nog precies hetzelfde werk als voor de opleiding en zijn er grote verschillen in de beloning van ‘Pep’ers’.
Pabo
Nog geen 15 procent van de alumni stroomt door naar een hbo-opleiding, waarvan de helft naar de pabo die ze in 2,5 jaar kunnen halen. Anne Looijenga is er blij om: “We wilden met de Ad Pep niet een soort pre-pabo creëren, maar een opleiding met een zelfstandig profiel en dat is gelukt. Tegelijkertijd bestaat zo’n 15 procent van de studenten uit jonge havisten. Ik kan me voorstellen dat zij na een aantal jaar werken in de sector willen doorgroeien naar een leraarsfunctie. Daarmee draagt de opleiding op termijn bij aan een daling van het lerarentekort.”
De opleiding draagt op termijn bij aan een daling van het lerarentekort
Student Mariska Melenhorst weet nog niet wat ze na deze opleiding wil doen. “Misschien bevalt het leren wel zo goed, dat ik doorstroom naar de pabo.” Haar medestudent Johan van Lenthe zou het liefst een combinatiefunctie vervullen. “Het lijkt me mooi om de coördinatie te verzorgen tussen kinderopvang, school en externen en bijvoorbeeld de intern begeleider te ondersteunen. Maar die functie is er op mijn school nu niet. Als ik mijn diploma heb, ga ik met de directie in overleg over wat er mogelijk is.”
“Het kostte jaren om cao’s in de sectoren te doorbreken en dat is mede door deze opleiding gelukt”, zegt Looijenga. “De meesten starten in schaal 4, 5 of 6 als onderwijsassistent of pedagogisch medewerker kinderopvang en kunnen doorgroeien naar schaal 6 of 7. Leraarondersteuners B in schaal 8 zijn hbo-opgeleid. Zij kunnen zelfstandig onderwijs vormgeven en toetsen. Dit is één schaal onder die van leraar. Er zit nu een veel logischer opbouw in het opleidings- en carrièreperspectief, alleen weten veel werkgevers dit nog niet.”
Meer bekendheid wordt in het onderzoeksrapport als oplossing genoemd, een kwestie van tijd, denkt Looijenga. “Alleen onze hogeschool heeft al tweehonderd afgestudeerden die de omgeving beïnvloeden. Na drie jaar zijn dat er vierhonderd, dan is hun inbreng niet meer te negeren. Dit zijn ook studenten die hun eigen banen kunnen creëren.” Lugtenberg: “Ik hoop dat het werkveld nieuwsgierig raakt en hen de ruimte gaat geven. Dat kan de ontwikkeling van kinderen alleen maar ten goede komen.”
Associates degrees zijn in trek
In 2013 is de Associate degree (Ad) toegevoegd aan het hoger onderwijsstelsel. Deze tweejarige opleiding op hbo-niveau 5 wordt vaak samen met het werkveld en het mbo ontwikkeld. Daarnaast kent het hoger onderwijs de bachelor: een vierjarige hbo- of driejarige universitaire opleiding op niveau 6. En daarna volgt een hbo- of wo-master: een één- of tweejarige opleiding op niveau 7 of 8. In een groot deel van Europa wordt op deze manier gewerkt, waardoor graden en titels vergelijkbaar zijn. De Ad-opleidingen zijn populair. Tot nu toe groeit het aantal studenten elk jaar met zo’n 30 procent naar ruim 17.500 in 2020. Tegenover 475.000 studenten in het hbo en ruim 300.000 in het wo.
Kijk voor het onderzoek naar de inzet van Pedagogisch educatief professionals op kpz.nl/publicaties
Lees ook:'Het aantal ondersteuners in basisonderwijs groeit flink'