Alle

Onderwijsministers trekken geen extra geld uit voor stagevergoedingen

De onderwijsministers Robbert Dijkgraaf (D66) en Mariëlle Paul (VVD) trekken -ondanks dat ze het belang van de stagevergoeding erkennen- geen extra geld uit om het te financieren in het onderwijs. Ze negeren daarmee de dringende oproep van de onderwijsbonden en de schoolbestuurders.

Tekst Karen Hagen - Redactie Onderwijsblad - - 3 Minuten om te lezen

Stagevergoeding

De ministers willen geen extra geld vrijmaken voor het instellen van de stagevergoeding. Beeld: Typetank

Dat lieten de ministers onlangs in een brief aan de Tweede Kamer weten.

Morgen buigt de Kamer zich over de begroting van het ministerie van Onderwijs (OCW). De AOb stuurde daarom eerder al samen met de onderwijswerkgevers uit het primair en voortgezet onderwijs een brief aan de Vaste Kamercommissie onderwijs om Kamerleden op te roepen zich tijdens de begrotingsbehandeling in te zetten voor een sectorale stagevergoeding van 750 euro bruto per maand bij een voltijdstage.

Petitie

Uit een enquete van de AOb bleek namelijk dat ruim driekwart van de studenten aan een onderwijsopleiding geen stagevergoeding ontvangt. Daarna volgde een petitie en ook de schoolbestuurders sloten zich aan bij de oproep van de bond om 750 euro aan stagevergoeding in te stellen, zoals ook stagiairs uit andere sectoren zoals de politie en Rijksoverheid krijgen.

Onderstrepen 

De ministers schrijven dat ze het belang van een vergoeding in alle onderwijssectoren onderstrepen. ‘Het wordt aantrekkelijker en de prikkel om veel te werken naast de stage wordt verlaagd. Bovendien voorkomt het voortijdige uitstroom van studenten uit de opleidingen’, aldus de ministers. Alleen zien ze de oplossing liggen bij de schoolbestuurders. ‘Zij moeten hierin voorzien’, zo staat in de brief.

De prikkel om veel te werken naast de stage wordt verlaagd. Bovendien voorkomt het voortijdige uitstroom van studenten uit de opleidingen

Eerder deed Dijkgraaf al een oproep om het in de cao vast te leggen. In de brief verwijzen de ministers naar het mbo en hbo die al in de cao afspraken hebben gemaakt én het zelf financieren. De ministers willen dat ze in het primair en voortgezet onderwijs dat voorbeeld volgen.

225 miljoen

“Dijkgraaf vindt de stagevergoeding heel belangrijk en hij wil ook dat die er komt. Wat mij dan verbaast is dat hij vervolgens zegt: ik betaal de rekening niet”, zegt AOb-voorzitter Tamar van Gelder. “We hebben een enorm lerarentekort en een stage is een moment om mensen aan je te binden. De eerste kennismaking moet goed zijn.” De schoolbesturen en de AOb willen juist dat de minister extra geld vrijmaakt en de vergoeding niet haalt uit de reguliere loonruimte. Eerder berekende de AOb samen met de werkgevers dat er 225 miljoen euro nodig is voor een vergoeding in het po en vo.

De ministers vinden de stagevergoeding heel belangrijk en willen dat die er komt. Wat mij dan verbaast is dat ze vervolgens zeggen: ik betaal de rekening niet

Verkiezingsprogramma

Morgen tijdens het begrotingsdebat kunnen de partijen de minister oproepen om toch een stagevergoeding in te stellen. Meerdere partijen hebben in hun verkiezingsprogramma staan dat scholen verplicht een stagevergoeding gaan geven aan stagiairs alleen de hoogte van het bedrag verschilt. Zo wil GroenLinks/PvdA een minimale vergoeding voor het primair onderwijs van 750 euro per maand, Partij van de Dieren wil een verplichte vergoeding van 500 euro, Volt 550 euro en NSC 450 euro per maand. Ook D66 wil een stagevergoeding. De PVV, die de verkiezingen won en nu de grootste partij is, heeft niks over een stagevergoeding opgenomen in het programma.

Morgen debatteert de Tweede Kamer over de begroting van het ministerie van Onderwijs. Het debat begint om 16.15 uur. De tweede termijn is donderdag. 

Verder lezen in dossier: