'Nieuwe vergezichten passend onderwijs nu niet op zijn plaats'
Nieuwe ambities op het gebied van passend onderwijs hebben alleen zin als er aan de randvoorwaarden wordt voldaan. Dat zegt AOb-voorzitter Eugenie Stolk die Kamerleden oproept de minister een pas op de plaats te laten maken. Stolk: “Voordat we het hebben over een nieuw vergezicht, moeten de huidige voorwaarden in orde zijn en problemen worden opgelost.”
Binnenkort praat de Kamer over passend onderwijs en het evaluatietraject. Het ministerie wil daarvoor nieuwe ambities formuleren. De ambities die OCW voor zich ziet, moeten zorgen voor nog meer inclusief onderwijs. AOb-voorzitter Stolk vindt een “nieuwe stip aan de horizon” niet gewenst en hoopt dat de Kamer zich hiertegen zal verzetten.
Onmogelijke opdracht
“Door de oplopende lerarentekorten is de dagelijkse praktijk van passend onderwijs nu al een onmogelijke opdracht”, zegt Stolk. “Onze leden geven dat in elke enquête weer aan. Zij maken zich zorgen over passend onderwijs en hoe ze dit met de huidige lerarentekorten en hoge werkdruk goed moeten uitvoeren. De nood is al hoog.”
Nieuwe ambities gaan wat de AOb-voorzitter betreft dan ook voorbij aan de realiteit van alledag. “Laten we eerst alle problemen die er nu al zijn oplossen voordat we weer op nieuwe vergezichten overgaan. Wij zijn niet tegen inclusiever onderwijs, maar de realiteit van vandaag de dag gebiedt ons een pas op de plaats te maken.”
De realiteit van vandaag de dag gebiedt ons een pas op de plaats te maken
Volgens de AOb moeten eerst de randvoorwaarden voor passend onderwijs op orde zijn. Nu zijn er bijvoorbeeld verschillen in de zorg per regio en kan het daardoor per regio verschillen welke zorg leerlingen wel of niet krijgen. “Wij pleiten er al een tijdlang voor om vast te leggen welke basiszorg elk samenwerkingsverband in Nederland moet leveren”, zegt Stolk. “Passend onderwijs moet eerst in de dagelijkse praktijk werken voordat we na gaan denken over nieuwe vergezichten.”