Negentig procent van AOb-leden wil staken
‘Met gestrekt been er in! Staken tot er geluisterd wordt! Misschien gaat de politiek dan inzien dat het menens is. Het is schandalig dat het kabinet niet wil investeren in de toekomst van onze maatschappij.’ Dat zijn enkele reacties uit de enquête die de AOb afgelopen week onder zijn leden hield, en die door zo’n zevenduizend leden is ingevuld.
Ruim negentig procent van de ondervraagden vindt de onderwijsbegroting van het kabinet, die is gepresenteerd op Prinsjesdag, onvoldoende of volstrekt onvoldoende. Wat er vooral ontbreekt is geld voor een concurrerend salaris voor al het onderwijspersoneel. Dit onderwerp staat met stip bovenaan de wensenlijst. Wat lager op de lijst volgt geld voor de aanpak van de werkdruk en voor de vermindering van aantal lesuren per leraar.
Voor bedrijven loopt het kabinet voorop, schrijft een ander lid, maar onderwijs is blijkbaar geen investering waard
Ruim negentig procent van de ondervraagden wil doorgaan met actievoeren, waarbij het actiemiddel ‘staken’ bovenaan staat. ‘Nu dóórpakken’, schrijft een AOb-lid. ‘Laat voelen dat goed onderwijs een investering is in de maatschappij.’ Voor bedrijven loopt het kabinet voorop, schrijft een ander lid, maar onderwijs is blijkbaar geen investering waard. ‘Nu actie! Ik word er verdrietig van dat ze ons in Den Haag nog steeds niet serieus nemen. Ondertussen loopt het lerarentekort alleen maar verder op.’
Eén dag
De AOb wil dit keer geen 'allein-gang' zoals afgelopen maart. AOb-leden denken meer te kunnen bereiken als alle onderwijsvakbonden samen optrekken richting Den Haag, blijkt ook uit de laatste ledenpeiling. Het compromis met de andere bonden was wel dat het dan een staking van één dag zou worden. Al sluit de AOb voor de toekomst niets uit!
Concurrerend
Negentig procent van de AOb-leden in het basis- en voortgezet onderwijs laat weten mee te doen als de AOb oproept tot staking. ‘Wij leiden de verpleegkundigen, timmermannen en ict’ers van de toekomst op. Mag daar een salaris tegenover staan dat kan concurreren met salaris in het bedrijfsleven?’