Thomas is leraar geschiedenis. Sinds kort werkt hij bij zijn nieuwe werkgever. Op deze school wordt van hem verwacht dat hij enkele apps op zijn mobiele telefoon installeert. Dat is gemakkelijker voor de administratie van de lessen, roosters, cijfers etc.
Tekst
Redactie Onderwijsblad
-
-
Minder dan een minuut om te lezen
Beeld: Typetank
Thomas ziet dit niet zitten; zijn telefoon is van hem en niet van zijn werk. Hij vindt dat zijn werkgever niet zomaar kan bepalen dat hij zijn eigendom voor zijn werk moet gebruiken. Zijn werkgever pareert dit door te zeggen dat hij anders wél in whatsappgroepen zit met zijn sectie en ook met zijn andere collega’s. Dat is toch ook werk? Thomas neemt contact op met de AOb: hoe zit dit?
Met al jouw individuele vragen kun je als AOb-lid terecht bij het Informatie en Adviescentrum
Het is vanuit werkgeversoogpunt vooral een praktische oplossing om te verzoeken dat iemand een app downloadt, omdat werknemers hun privételefoon vrijwel altijd bij zich hebben. Er wordt zo een beroep gedaan op het gebied van zogenoemd ‘goed werknemerschap’. Dit houdt in dat een werknemer goed werk wil verrichten en soms taken uitvoert die niet op papier staan of weinig moeite kosten. Dit is een rekbaar begrip, maar heeft ook zijn grenzen. Zo kan iemand in dit geval vanwege privacy-redenen bezwaren hebben, of misschien zit iemand gewoon niet te wachten op werkgerelateerde zaken op zijn telefoon. En een chatgroep met collega’s is iets anders dan de administratie van je cijfers en lessen.
Een werkgever kan dan ook niet zomaar verplichten dat werknemers een app installeren op hun privételefoon. Hij moet alternatieven kunnen bieden. Te denken valt aan; programma’s via de laptop, een tweede simkaart, een vergoeding voor het gebruik van werkgerelateerde apps of zelfs een werktelefoon. De p(g)mr kan een rol spelen in het maken van beleid over dit onderwerp.
Verder lezen? Word AOb lid!
Als lid heb je toegang tot alle content van de website. Meer over alle voordelen vind je hier.