AOb stapt opnieuw naar rechter over geheime ruimtebrieven
De AOb stapt opnieuw naar de rechter om de geheime ruimtebrieven, waarin staat wat de loonruimte in een jaar is, openbaar te krijgen. De rechter bepaalde in mei dat het ministerie van Binnenlandse Zaken binnen acht weken met betere argumenten moest komen als het de brieven geheim wil houden, maar dat is tot op heden niet gebeurd.
Beeld: Pixabay
“Er wordt al maanden niet met ons gecommuniceerd. Ons geduld is op, we zetten een volgende stap”, zegt AOb-bestuurder Douwe van der Zweep.
Ons geduld is op, we zetten een volgende stap
De AOb probeert al een tijd om de ruimtebrieven, waarin duidelijk staat hoeveel loonsverhoging de overheid in een jaar over heeft voor de onderwijssector, in de openbaarheid te brengen. Op dit moment weten alleen de onderwijswerkgevers aan de onderhandelingstafel wat de loonruimte in een bepaald jaar is. Dat wil de AOb veranderen.
Afdwingen
Met een woo-procedure (Wet open overheid) probeert de bond af te dwingen dat in ieder geval de brieven uit de jaren 2011 tot en met 2021 openbaar worden. Ook alle documenten die in relatie staan tot deze brieven, zoals gespreksverslagen en mails, wil de bond boven tafel krijgen.
De rechtbank Midden-Nederland gaf de AOb hierin gelijk. In de uitspraak van mei 2024 staat dat de minister ‘onvoldoende aannemelijk’ heeft gemaakt waarom die brieven achter slot en grendel moeten blijven. Daarom kreeg het ministerie van Binnenlandse Zaken acht weken om tot een nieuw besluit te komen en dit vooral beter te motiveren.
Geld in de klas
Van der Zweep: “Het gaat hier niet om heel ingewikkelde informatie. Bovendien wachten we er al veel te lang op. Straks zijn we een half jaar verder en hebben we nog niets van het ministerie gehoord.” Daarom zet de bond nu de volgende stap: weer naar de rechter om te zorgen dat het ministerie de eerdere rechtelijke uitspraak uitvoert. Als de oude brieven openbaar worden, is het cao-overleg namelijk al een stukje minder schimmig, vindt Van der Zweep. Al blijft het voor de AOb ook een principieel punt. “Het is vreemd dat wij aan de onderhandelingstafel zitten, maar niet weten welk budget er beschikbaar is voor dat jaar. Het ministerie wil toch ook dat het geld in de klas terechtkomt? Zeker met lerarentekorten is het raar om de bonden achter te stellen met betrekking tot deze informatie.”
