Minder kansen voor kinderen laagopgeleide ouders
Kinderen van laagopgeleide ouders krijgen minder kansen in het voortgezet onderwijs, vindt bijna de helft van de schoolleiders in die onderwijssector. In het basisonderwijs denkt 30 procent van de directeuren en leraren dat dit het geval is.
Dat blijkt uit een rapport van Duo Onderwijsonderzoek onder 2203 leraren en schoolleiders uit het basis-en voortgezet onderwijs.
Op de vraag of de leraren en schoolleiders de ongelijkheid zien toenemen, geeft bijna een vijfde van de ondervraagden in het voortgezet onderwijs aan dat dit zo is bij hun op school. In het basisonderwijs ligt het percentage lager. De stelling dat de kansenongelijkheid oploopt, geldt voor 12 procent van de basisscholen, zo schrijven de onderzoekers in het rapport. Toch geven ook veel ondervraagden (40 procent in het vo, 37 procent in het po) aan dat de kansenongelijkheid op hun school gelijk is gebleven.
Eindtoets en selectie aan de poort
De docenten en schoolleiders wijten de toename van ongelijkheid in het basisonderwijs aan de nieuwe positie van de eindtoets. Het advies van de docenten weegt zwaarder en dat is nadelig voor kinderen uit kansarmere milieus.
"In het voortgezet onderwijs is de kansenongelijkheid vooral toegenomen", zegt onderzoeker Liesbeth van der Woud. "Dat komt doordat ouders die het financieel goed hebben hun kinderen naar bijles sturen waar ze individueel extra lessen krijgen. Veel middelbare scholen geven wel huiswerkbegeleiding, maar dat is nooit één op één, zoals een bijles." De toenemende selectie aan de poort draagt ook bij aan de groeiende ongelijkheid. Scholen selecteren strenger omdat zij op prestaties worden afgerekend.
Om kansenongelijkheid te verminderen is, volgens Van der Woud, maatwerk nodig, zodat je alle kinderen op zijn of haar niveau kan begeleiden. "Alleen er zijn ook grote klassen. Leraren en schoolleiders gaven in de open antwoorden aan dat dat een belemmering is. Er is daardoor minder tijd voor individuele hulp. Ze zouden meer handen in de klas willen", zegt Van der Woud. De invoering van passend onderwijs zorgde ook voor een toename van leerlingen met verschillende zorgbehoeftes, waardoor niet iedereen genoeg aandacht krijgt.
Gratis bijles
Bijna alle schoolleiders en leraren vinden dat zij iets kunnen doen aan kansenongelijkheid. Zo geeft 68 procent van de scholen in het voortgezet onderwijs gratis huiswerkbegeleiding aan leerlingen.