‘Lerarenromans zijn vaak aanklacht tegen onderwijsvernieuwing’
Het beeld dat van leraren wordt geschetst in romans doet hun imago weinig goed. Dat concludeert Ton Bastings, docent aan het Koning Willem I College in Den Bosch, die op dit onderwerp promoveerde. Ze hebben bijvoorbeeld vaak grote persoonlijke problemen. “In tien romans zitten zes zware drinkers, leggen zeven het aan met leerlingen en plegen er drie zelfmoord.”
Promoveren op het beeld van leraren in romans. Hoe kóm je er op?
“Ik ben zelf leraar en ik zag ons imago de afgelopen jaren kelderen. En een imago wordt gevormd door meningen, en die meningen vind je in romans.”
Hoeveel heb je er gelezen?
“Zo'n vijftig, en daaruit heb ik tien romans gekozen waarin de leraar centraal staat - die heb ik ‘lerarenromans’ genoemd. Die romans zijn allemaal geschreven in de periode dat het imago van het leraarschap begon te dalen, dus vanaf circa 1995. Het zijn ook boeken waarin onderwijsvernieuwing centraal staat, want die vernieuwingen hangen volgens mij samen met de statusdaling van het beroep. En het laatste criterium was dat de schrijvers krijt aan hun handen moesten hebben: ze moesten zelf voor de klas hebben gestaan.”
In veel boeken loopt een grens door de lerarenkamer: de vernieuwers tegenover de leraren met vakkennis
De hoofdpersonen uit die romans zijn geen types om vrolijk van te worden.
“Ze zijn allemaal boos over de onderwijsvernieuwingen. In veel boeken loopt er een grens in de lerarenkamer: aan de ene kant zitten de vernieuwers, die vooral zijn gericht op didactiek en pedagogiek, en aan de ander kant de leerkrachten met vakkennis. En die laatsten vinden dat er niets deugt aan leerkrachten zónder vakkennis. In alle tien de boeken verlaten de hoofdpersonages ook het onderwijs, omdat ze het gevoel hebben dat hun vak wordt afgepakt.”
Willen de schrijvers, die immers zelf leraar zijn of waren, hun gram halen over de onderwijsvernieuwingen?
“Ik ben ervan overtuigd dat dit een rol speelt, maar ik kan het niet wetenschappelijk bewijzen.”
Deuken en krassen zijn interessanter dan een perfect persoon
Afgezien van hun boosheid hebben de hoofdpersonages in de lerarenromans behoorlijk wat persoonlijke problemen.
“In de tien romans zitten zes zware drinkers, leggen zeven het aan met leerlingen en plegen er drie zelfmoord. Maar goed, als je een roman schrijft hoeft de hoofdpersoon geen perfecte persoon te zijn. Deuken en krassen zijn interessanter.”
Hoe heb je, voor je onderzoek, die hoofdpersonen geanalyseerd?
“Ik heb de personages - alsof ze van vlees en bloed zijn - beoordeeld aan de bekwaamheidseisen uit de wet BIO. In die wet, uit 2006, is overigens veel van het denken over onderwijsvernieuwing vastgelegd. In de eerste drie competenties komt steeds terug dat de leraar ‘een leeromgeving creëert waarin de leerling het eigen onderwijsleerproces vorm en inhoud kan geven’. Aan die competentie voldoen de hoofdpersonages doorgaans niet. Het draait in de romans steeds om de vraag wie er de baas is in het lokaal. Volgens de schrijver is dat toch echt de leraar.”
Wat is de belangrijkste conclusie van je onderzoek?
“Dat de lerarenroman geen positief beeld geeft van het leraarschap. En verder dat in deze romans de grens tussen fictie en non-fictie vervaagt. En lezers worden sterk beïnvloed door fictie, wat weer een pleidooi is om fatsoenlijk leesonderwijs terug in het curriculum te krijgen.”
Het niveau van de tweedegraadsopleiding vind ik verschrikkelijk
Waar sta je zelf in deze discussie over onderwijsvernieuwingen?
“Ik ben van de oude stempel: een voorstander van vakkennis. Het niveau van de tweedegraadsopleiding vind ik verschrikkelijk.”
Dus je geeft zelf les in bovenbouw gymnasium?
“Dat zou je verwachten, maar ik sta voor de klas op een roc. Deze leerlingen hebben me heel hard nodig. Ik heb veel leerlingen met een niet-Nederlandse achtergrond, en ik leer ze kritisch lezen zodat ze geen slachtoffer worden van reclamepraatjes en politieke propaganda. Dat is een soort ontwikkelingswerk waar ik heel veel voldoening uit haal. En als je híer les kan geven, kan je het overal.
Ik heb bij mijn promotie overigens de wetenschappelijke wereld en het roc dichter bij elkaar proberen te brengen; er was een livestream voor de leerlingen.”
Het boek Bint, van Bordewijk, is nog heel actueel
Welk boek moeten leraren in hun koffer stoppen, de volgende vakantie?
“Bint, van Bordewijk. Dat was in Nederland een van de eerste lerarenromans, en die zwengelde meteen een discussie aan. In die tijd kwam namelijk de reformpedagogiek op, onder andere met Maria Montessori, die stelde dat je het kind teder moest benaderen. Volgens Bint moest je de jeugd juist harder maken, om ze voor te bereiden op de maatschappij.
Elementen uit Bint vind je ook in vrijwel alle hedendaagse lerarenromans terug. ‘De leraar mag niet dalen, de leerling moet stijgen’ – die uitspraak wordt vaak letterlijk geciteerd. Ook de huidige genderdiscussie komt in Bint voor: er is een meisje dat eigenlijk een jongen wil zijn, en een jongen die zich als meisje manifesteert. Lees het boek, herlees het en zie hoe actueel het nog is.”
Wanneer ga je zelf een roman schrijven?
“Ik zou het eigenlijk eens moeten doen, maar ik heb nog geen plannen.”