Leraren werken langer door
In het onderwijs stijgt de gemiddelde pensioenleeftijd naar ruim 64 jaar. Ook werken steeds meer mensen door na de pensioengerechtigde leeftijd, blijkt uit cijfers van pensioenfonds ABP.
Iedereen die is geboren na 1 januari 1948 ontvangt pas na zijn 65ste aow, oplopend van 66 jaar in 2018 naar 67 jaar in 2021. De meeste onderwijswerknemers zijn op die leeftijd al met pensioen. In 2016 was de gemiddelde pensioenleeftijd volgens pensioenfonds ABP 64,09 jaar. In 2010 was dat nog 63,91. Net als de aow-gerechtigde leeftijd stijgt dus de leeftijd waarop onderwijswerknemers gemiddeld met pensioen gaan gestaag. Werknemers in het hbo gaan het laatst met pensioen, op een leeftijd van gemiddeld 64,49. In het basisonderwijs verruilen mensen met 63,66 jaar het snelst de school voor de hangmat.
Terwijl onderwijswerknemers überhaupt langer doorwerken, kiezen zij er ook vaker voor om door te werken na hun pensioen. In 2016 deden 3469 mensen dit. In 2007 waren dat er nog 143. Een forse stijging die vooral in het primair en voortgezet onderwijs opvallend is. In het basisonderwijs steeg het aantal doorwerkers van 51 in 2007 naar 1201 vorig jaar. In het voortgezet onderwijs steeg dat aantal van 44 naar 1164.
Aantal onderwijswerknemers dat doorwerkt na de pensioengerechtigde leeftijd
Bron: Pensioenfonds ABP