Alle

Leraren bedenken sportieve acties rondom staking

Drieënhalf uur lopen of 140 kilometer fietsen. Basisschoolleraren bedenken sportieve acties om extra aandacht te krijgen voor de staking van 5 oktober. “Ik ben een onervaren staker en dacht: moet ik dan thuis ’s ochtends koffie gaan drinken?”, zegt intern begeleider Fred Delhaas van de Rotterdamse Emmaschool. Lopend naar Den Haag gaan vindt hij een beter idee.

Tekst Karen Hagen - Redactie Onderwijsblad - - 2 Minuten om te lezen

illustratieludiekeacties

Beeld: Pixabay.

Delhaas is een ervaren wandelaar en een Pieterpadloper. Via sociale media verspreidt hij de poster: ‘Loop mee met de protestwandelmars’. Leraren uit de omgeving Rotterdam kunnen zich aanmelden voor de wandeling. Delhaas: “Ik wilde actief zijn en zei: collega’s zullen we gaan lopen?”

Het oorspronkelijke idee was om vanuit de Emmaschool te gaan, een tocht van 25 km. “De route heb ik iets verkort. Nu vertrekken we eerst met de metro en lopen we vanaf Pijnacker naar het Zuiderpark.” Afgelopen weekend liep Delhaas de route al, hij wilde vooral ook wandelknooppunten gebruiken zodat de stoet langs een mooie route loopt op weg naar de manifestatie.

Staken

“Ik wist gelijk: als je staakt moet je naar Den Haag”, zegt Delhaas. Ondertussen heeft hij acht aanmeldingen binnen van andere docenten die mee gaan lopen. “Ik staak vooral omdat ik mij zorgen maak over de aanwas van leraren. Ik hoor steeds over tekorten en dat er maar geen ziektegolf moet komen. We moeten het beroep leuk houden. En toen ik op het salarisverschil werd gewezen met het voortgezet onderwijs vond ik dat ook wel raar, omdat we allebei een hbo-vooropleiding hebben.”

Leraar Guy van der Klein: “In het onderwijs is het vaak heel liefelijk, maar wij willen dat de staking nog meer bekendheid krijgt. Zo van: hé hallo zo kan het niet langer."

In Eindhoven zijn twee meesters, Guy van der Klein en Frank Peeters, ook op een sportief idee gekomen. Zij worden op 4 oktober uitgezwaaid door de leerlingen van basisschool De Schakel en stappen dan op de fiets naar Den Haag. Het is een tocht van 140 kilometer met een tussenstop in de Biesbosch. “We wilden een statement maken”, licht Van der Klein toe. “In het onderwijs is het vaak heel liefelijk, maar wij willen dat de staking nog meer bekendheid krijgt. Zo van: hé hallo zo kan het niet langer. We merken allemaal dat we te weinig tijd hebben om alle leerlingen goed bij te staan. De werkdruk is echt probleem nummer één.”

In gesprek

Onderweg willen de twee leraren stoppen in steden om het gesprek aan te gaan. De megafoon gaat mee en de T-shirts zijn al gedrukt waarop staat dat het code rood is. Van der Klein: “We rollen zo vanuit de klas naar Den Haag.” Getraind hebben de twee meesters niet speciaal. “Maar, ik ben wel een sportief type”, zegt Van der Klein.