Langzaam werd de school een sterfhuis
De aangekondigde sluitingsronde bij de scholen voor Persoonlijk Voortgezet Onderwijs (PVO, voorheen SvPO) sloeg begin dit jaar in als een bom. De medezeggenschap werd op een zijspoor gezet, leerlingen in allerijl verdeeld over andere scholen. Terugblik op vijf roerige maanden.
Rechtbank Amsterdam, 28 maart 14.00 uur
Ze zitten voor het eerst van hun leven in de rechtbank. Een handjevol leerlingen van de Amsterdamse school voor Persoonlijk Voortgezet Onderwijs (PVO) vertellen deze donderdagmiddag eind maart aan de rechter waarom de school hun dierbaar is. “Ik heb met reden voor deze school gekozen. De kleine klassen en weinig huiswerk, dat sprak me erg aan”, zegt een van hen.
De Amsterdamse medezeggenschapsraad heeft een kort geding aangespannen tegen het eigen bestuur om te voorkomen dat de school in augustus dicht moet. Aangehaakt op persoonlijke titel is Jan Leijten, zijn zoon zit in 4 havo. Voor de leerlingen in de voorexamenklassen is de dreigende sluiting extra penibel. Ze moeten volgend jaar op een nieuwe school examen doen en onderweg overstappen op een ander programma van toetsing en afsluiting (pta). Mr-voorzitter Naadia Oulali heeft zelf een dochter in 5 vwo. Iedereen verkeert in een verlammende onzekerheid sinds het bericht over de sluiting in januari naar buiten kwam, vertelt ze tijdens de zitting. “Het nieuws kwam als een donderslag bij heldere hemel.”
Geldkraan
Die donderdag 18 januari staat bij iedereen in het geheugen gegrift. Minister Mariëlle Paul informeert de Tweede Kamer die namiddag per brief over de scholen voor persoonlijk vo. Voor vijf van de acht scholen zal het doek gaan vallen. In Kapelle en Utrecht omdat de minister de geldkraan dichtdraait. En in Amsterdam, Hoorn en Hengelo op gezag van het bestuur. Vanwege kritische inspectieoordelen en achterblijvende leerlingaantallen ziet het bestuur er geen toekomst meer in onder de PVO-vlag. Er wordt gewerkt aan sluiting of overdracht van de locaties, aldus de brief. “Ja, alle vijf scholen gaan dicht in augustus”, zegt een woordvoerder van de minister die avond telefonisch bij het nabellen van de informatie.
Achter de schermen is weken naar dit moment toegewerkt. Een maand eerder, half december, krijgt het Onderwijsblad een freelance communicatieadviseur aan de lijn. Ze blijkt door het schoolbestuur ingehuurd in verband met aanstaande inspectierapporten, waar met spanning naar wordt uitgekeken. In oktober en november heeft de inspectie vier PVO-scholen bezocht die eerder zeer zwak zijn verklaard: Kapelle, Amsterdam, Hoorn en Utrecht. De meeste zijn al langere tijd onder de maat. Als ze niet genoeg verbetering laten zien, trekt de minister de stekker eruit, heeft ze al laten weten. In januari zullen de inspectieoordelen openbaar worden. De dag staat al geruime tijd bij het ministerie in de agenda. Inspecteurs maken vaart met de rapporten zodat alles voor de kerstvakantie de deur uit is. Laatste in de rij is de school in Hoorn. Het conceptrapport - opnieuw zeer zwak - valt op 21 december bij het bestuur op de mat, ze krijgt twee weken voor een reactie. Alle oordelen worden uiteindelijk in sneltreinvaart vastgesteld tussen 21 december en 12 januari.
AOb-leden ontvangen tien keer per jaar het Onderwijsblad. Blijf op de hoogte? Word lid!
Oordelen
Sinds de zomer van 2023 leidt Anneke van der Schaaf als enig bestuurder de scholengroep. Ze onderhoudt regelmatig contact met ambtenaren in de Hoftoren. Op de ochtend van 5 december stuurt ze een mail aan de raad van toezicht waarin ze voor elk van de acht locaties kort de balans opmaakt over de levensvatbaarheid. Ze is dan al op de hoogte van de voorlopige oordelen over drie van de vier onderzochte scholen, mede dankzij een mondelinge terugkoppeling van de inspectie. ‘Bestuur reageerde gisteren ok. Wel geschrokken, maar leek niet geheel verbaasd’, mailt een inspectie-medewerker op 30 november, daags na dat gesprek, aan drie ambtenaren van het ministerie. Die dag en op 5 december gaan de eerste drie conceptrapporten eruit.
Met die informatie wordt de koers uitgezet. Begin december staat sluiting voor Kapelle en Utrecht per augustus 2024 al met potlood op de kalender. Ook over Amsterdam zijn er zorgen: er zijn te weinig leerlingen, de school zit financieel in de min. En de school krijgt een onvoldoende van de inspectie. Maar dat betekent ook dat de minister de tent nu niet kan sluiten, tot opluchting van de schoolleider en de docenten. Ze zien een stijgende lijn en denken dat ze nog een kans krijgen. Dat wordt gevierd met een borreltje.
De onvoldoende van de inspectie wordt gevierd met een borreltje, er is een stijgende lijn.
Voor vijf scholen is hier geen toekomst meer, zo horen de schoolleiders op dinsdag 16 januari van hun bestuurder. Ze moeten het bericht nog voor zich houden. Datzelfde moeten twee docentleden van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad beloven als ze de vrijdag ervoor een update krijgen. 'Een vertrouwelijk gesprek' waarin voor het eerst het scenario wordt geschetst dat mogelijk vijf scholen zouden moeten sluiten, zoals ze later in een mail aan de andere gmr-leden zullen schetsen. De gmr-vertegenwoordigers mogen vanwege een embargo ‘door het ministerie en door het bevoegd gezag' op dat moment nog niks met anderen delen.
Op donderdag de 18e ligt een draaiboek klaar voor de crisiscommunicatie: overdag lichten de schoolleiders van de vijf locaties het personeel in, eind van de middag staat er een mailing aan ouders gepland. Het ministerie houdt de regie. De e-mails mogen pas de deur uit als de brief van de minister is verstuurd, rond de klok van vijf. De Kamer moet eerst worden geïnformeerd. Uiteindelijk ontvangen sommige ouders de schoolmail door interne strubbelingen pas uren later. Ze moeten het nieuws uit de media vernemen.
Geschillencommissie WMS Utrecht, 22 april 12.30 uur
“Waarom bent u in januari eerst naar ouders en personeel gegaan en pas later naar de medezeggenschapsraad? Welke wezenlijke invloed kan een advies hebben dat u pas half februari heeft gevraagd?” Er valt een stilte in de zittingzaal, op de bovenste verdieping van een kantorencomplex in Utrecht Lunetten. Over het sluiten van een school heeft de medezeggenschap adviesrecht. Dat weegt extra zwaar bij zo’n ingrijpende beslissing. Maar het voorgenomen besluit valt pas op 16 februari bij de Amsterdamse medezeggenschapsraad in de bus. Ruim vier weken nadat het nieuws iedereen overviel. Het is bij de vragenronde al duidelijk hoe de leden van de Landelijke Geschillencommissie WMS aankijken tegen de zaak, die is voorgelegd door de Amsterdamse medezeggenschapsraad.
De ogen zijn gericht op Joost Eijkhout. Hij is een van de twee interim-bestuurders die het stokje hebben overgenomen nadat Van der Schaaf begin maart door de raad van toezicht is geschorst. “Ik kan alleen maar erkennen dat het proces niet goed verlopen is. Er is iets wereldkundig gemaakt met een stelligheid waarbij verschillende stappen zijn overgeslagen”, zegt hij. Maar tegelijkertijd, het is dan eind april: “We zijn nu al zo ver in het proces.”
(Het artikel gaat verder onder het kader)
Opheffingsnorm: te weinig leerlingen
Alle onrust in de afgelopen jaren heeft de leerlingaantallen op de meeste PVO-scholen geen goed gedaan. De scholen in Kapelle en Hardegarijp zitten nu drie jaar onder de opheffingsnorm van 358 leerlingen voor havo/vwo. De laatste heeft twee jaar respijt gekregen van de minister, maar Kapelle niet vanwege het inspectieoordeel ‘onvoldoende’. In Amsterdam en Utrecht zou de opheffingsnorm in de zomer van 2025 tot sluiting leiden. Ook Hoorn en Hengelo hebben veel te weinig leerlingen, maar die zijn later gestart en daar geldt deze norm nu nog niet. Lees meer hierover in dit en dit artikel.
Operatie
Is het wel verantwoord? Vijf vestigingen met ruim duizend leerlingen opdoeken of overdragen in nog geen half jaar tijd. Scholen met een eigen examenprogramma in de bovenbouw en een afwijkende vakkenindeling in de onderbouw. Leerlingen bij PVO krijgen vakken geclusterd, waardoor ze bijvoorbeeld extra veel taaluren krijgen de eerste jaren, maar achterlopen bij vakken als aardrijkskunde en geschiedenis. Een enorme logistieke en onderwijskundige opgave. “We zullen er alles aan doen om te zorgen dat leerlingen een goede plek krijgen”, belooft minister Paul tijdens een debat met de Tweede Kamer. Maar hoe soepel die overstap écht verloopt, zal pas na de zomer blijken.
In Zeeland heeft Eric Boerhout, rector van het Ostrea Lyceum in Goes, zijn handen er aan vol gehad. Samen met collega-schoolbesturen in de provincie en met een onafhankelijke plaatsingscoördinator, die het ministerie binnen een mum van tijd aanstelde. Liever had hij er een jaar voor gehad in plaats van een paar maanden, daar is hij eerlijk over. “Maar we zijn er klaar voor, dat is ook door de druk die erop zat.”
Het gros van de onderbouwleerlingen gaat volgend schooljaar naar het Goese Lyceum, bovenbouwleerlingen naar Ostrea. Die scheiding maakt de aansluitingsproblematiek per school nog enigszins te overzien, zo is de redenatie. Eindexamenleerlingen komen terecht bij het volwassenenonderwijs (vavo) van roc Scalda. Verder zijn er ook nog andere scholen die leerlingen opvangen.
Het is de minst beroerde van alle beroerde oplossingen, om Churchill te parafraseren
“Het is de minst beroerde van alle beroerde oplossingen, om Churchill te parafraseren”, vertelt Boerhout. “Op papier lijkt het dragelijk voor de ontvangende scholen, in de praktijk moeten we dat gaan zien. We gaan in augustus met het nieuwe schooljaar vol aan de bak om voor de leerlingen een mooi traject te maken. Dat doen we on the fly. Het zal in het begin even wennen zijn, voor iedereen. Maar leerlingen zijn flexibel, is mijn ervaring.”
Ook in Twente bereiden scholen zich voor. De meeste leerlingen van de Hengelose PVO-school zullen na de zomervakantie de overstap maken naar OSG of Carmel. Leerlingen die klassen van zestien leerlingen gewend zijn; op de nieuwe scholen zullen de groepen een stuk groter zijn. “We houden goed in de gaten hoe het met ze gaat. Leerlingen mogen niet de dupe worden van deze situatie. We gaan kijken wat leerlingen hebben gemist en hoe we dat het beste kunnen opvangen”, reageert rector Paul Metzemaekers van scholengroep Carmel Hengelo. Maar als een leerling een jaar achterstand bij een vak heeft, spijker je dat toch niet zomaar even bij? “Een gewetensvraag, maar dat zal niet gemakkelijk zijn, nee.”
(Het artikel gaat verder onder het kader)
Utrecht: een nieuwe school in een vertrouwd gebouw
Rond de jaarwisseling kreeg Muriëlle van der Voort een telefoontje uit het gemeentehuis. Of de bestuursvoorzitter van Nuovo Scholen, een stichting met vijftien scholen voor voortgezet onderwijs in Utrecht, wilde meedenken. Voor de Utrechtse school voor PVO zou eind dit schooljaar het doek gaan vallen. De school is al sinds 2019 zeer zwak, het langste van allemaal, en de havo-afdeling kreeg nu opnieuw dat oordeel van de inspectie. Grote vraag: waar kunnen de leerlingen straks naartoe?
“Utrecht is een groeistad, onze scholen zitten letterlijk en figuurlijk vol. In een paar maanden tijd een kleine tweehonderd leerlingen op andere scholen plaatsen is alleen al praktisch een hele opgave”, aldus Van der Voort. Daar komt de aansluiting op het afwijkende onderwijsprogramma van de PVO-scholen nog bij. “Een voorbeeld is dat de PVO-school geen practicumlokaal heeft. Er wel leerlingen zijn met een dubbel bèta-profiel die nog geen enkel practicum hebben gedaan.”
Met collega’s van stichting Willibrord, de andere grote scholengroep voor voortgezet onderwijs in de stad, kwam ze al snel tot dezelfde conclusie. De leerlingen verdelen over alle scholen had geen voorkeur. “Dan heeft iedere school een enorme opgave om hiaten weg te werken. Het is voor de scholen een ondoenlijke opgave om zo goed passend onderwijs te realiseren.” En dus kwamen alle betrokken partijen - met steun van gemeente en ministerie - achter de schermen uit bij een andere oplossing, die op 18 januari wereldkundig werd gemaakt. In het gebouw van de PVO-school aan de Wittevrouwensingel start Nuovo na de zomer een nieuwe school. Daar zullen zo’n 150 Utrechtse PVO-leerlingen hun middelbare school-loopbaan kunnen vervolgen.
Bijspijkerprogramma
Tegelijkertijd wordt het bestaande havo/vwo-aanbod voor zo'n dertig leerlingen uitgebreid met vmbo-tl. “PVO heeft leerlingen aangenomen met tl-advies vanuit het idee: we krijgen ze wel op havo-niveau. We moeten constateren dat een deel van deze leerlingen dat niet redt en veel beter op z’n plek is bij vmbo-tl”, aldus Van der Voort. Tot aan de zomervakantie krijgt een deel van de PVO-leerlingen een extra bijspijkerprogramma aangeboden. Zo kunnen de leerlingen in het voorexamenjaar, 4 havo en 5 vwo, onder meer practicumlessen volgen op een van de Nuovo-scholen. Ook een handjevol PVO-docenten maakt na de zomer de overstap naar de nieuwe Nuovo-school.
Waar PVO-leerlingen in Zeeland of Twente na de zomer op grotere scholen terecht komen, is dat in Utrecht anders. Van der Voort: “We zijn er in eerste instantie op gericht om deze leerlingen zo goed mogelijk naar hun diploma te loodsen. Voor deze leerlingen is dit nu de beste oplossing, maar zo’n kleine school is natuurlijk onbetaalbaar in the end.” Daarom wordt er gekeken hoe de nieuwe school op termijn levensvatbaar kan zijn, met een onderwijsconcept dat een aanvulling moet vormen op het bestaande aanbod in de stad. Het is de bedoeling om met dat nog te ontwikkelen concept met ingang van schooljaar 2025/2026 nieuwe leerlingen aan te trekken.
Ontslagbrief
In Amsterdam is een deel van de leerlingen al vertrokken. Voor de meeste van de ruim tweehonderd resterende leerlingen is op papier een andere school gevonden. De dreigende sluiting die sinds half januari boven de school hangt, heeft de sfeer geen goed gedaan. Sommige leerlingen komen niet meer opdagen, of voeren weinig meer uit. Ook het team laat de onzekere situatie niet onberoerd. Er is lange tijd veel onduidelijkheid hoe het nu verder moet. Sommige docenten gaan stilaan om zich heen kijken. Ze stellen zich erop in dat ze voor 1 mei een ontslagbrief in de bus krijgen. Een sociaal plan dat intussen met de vakbonden is opgesteld ligt klaar.
En dan zet de Geschillencommissie op dinsdag 23 april per spoedvonnis een dikke streep door de sluiting. Een zeldzaam verstrekkend oordeel. “We beraden ons op de uitspraak”, reageert een PVO-woordvoerder die middag aan de telefoon. “Uiteraard is het bestuur doordrongen van de ernst."
Ondanks de uitspraak gaat een ouderbijeenkomst de volgende avond op het Hyperion Lyceum wel gewoon door. De school wil zich ontfermen over een groep 5 vwo-leerlingen. ‘Het bestuur van PVO blijft meewerken aan de overstap’, horen de ouders tijdens de presentatie. ‘Datzelfde geldt voor het ministerie van OCW.’ Na de meivakantie is die overstap een feit. Het schoolbestuur gaat intussen in beroep bij de Ondernemingskamer. Daarmee sleept de onzekerheid zich weer weken voort.
Ondernemingskamer, 23 mei 9.30 uur
Magnifiek is het uitzicht over het IJ vanuit het Amsterdamse Paleis van Justitie. Maar veel oog voor het panorama hebben de aanwezige delegaties niet deze donderdagochtend eind mei. De Ondernemingskamer buigt zich over de sluiting van de Amsterdamse school voor persoonlijk onderwijs (PVO). Het is de derde keer in twee maanden dat het PVO-bestuur en de medezeggenschapsraad tegenover elkaar staan. “Wat er nu gebeurt, is het overhevelen van leerlingen. Er is in elk geval nog recht op financiering. Als de school nog een jaar open blijft, kunnen leerlingen zich beter voorbereiden op een nieuwe school”, betoogt mr-voorzitter Oulali. Haar dochter is als een van de weinige 5 vwo’ers gebleven.
De vraag is alleen wat er na de zomer van de school over is; het is een sterfhuis geworden. Van de achttien docenten in vaste dienst hebben er zeven al een andere baan na de zomer, vertelt schoolleider Petra Kok tijdens de zitting. “En drie andere gaan het onderwijs uit. Mensen zijn maandenlang heen en weer geslingerd. Iedereen is er helemaal klaar mee.”
Ik was het verschrikkelijk oneens met de sluiting, maar inmiddels zijn we ingehaald door de tijd
Zelf was ze ook boos en verdrietig toen ze het nieuws te horen kreeg in januari. “Ik was het verschrikkelijk oneens met de sluiting, maar inmiddels zijn we ingehaald door de tijd. Ik had nooit gedacht dat ik dit over mijn eigen school zou zeggen. Het is niet meer in het belang van leerlingen en personeel om hem open te houden. Aan een dood paard kun je niet trekken.”
Daar komen nog de financiële zorgen bij, stelt interim-bestuurder Eijkhout tijdens de zitting. Alleen al de eerste drie maanden van 2024 schoot de stichting anderhalf miljoen euro in de min. Er gaat bij de scholengroep veel meer geld uit dan er binnenkomt, vooral aan extern ingehuurd personeel.
Veronachtzaamd
Niet vaak doet de Ondernemingskamer nog dezelfde dag een uitspraak. Deze keer wel, na een kort beraad. De medezeggenschap is ‘zeldzaam fundamenteel veronachtzaamd’, maar open houden van de Amsterdamse school is “inmiddels praktisch niet meer mogelijk”. Daarmee is er in elk geval eindelijk duidelijkheid.
Dezelfde dag later komt die er ook voor de ‘zeer zwakke’ vestiging in Hoorn. Die school houdt het bestuur wel nog een jaar open. Voor de overdracht van leerlingen zou daar nog een heleboel moeten gebeuren. Ze gaan aan de slag met de onderwijskwaliteit in de hoop dat een andere organisatie de school wil overnemen. Lukt dat niet, dan valt het doek in de zomer van 2025 alsnog. Het schoolbestuur belooft alle stappen in samenspraak met de Hoornse medezeggenschapsraad te doorlopen.
“Er is een selffulfilling prophecy gecreëerd. Door naar buiten te brengen dat de scholen dicht gaan, hebben ze naar de sluiting toegewerkt. Het ministerie wil deze scholen dicht”, reageert de Amsterdamse mr-voorzitter Oulali. Ze houdt er een bittere nasmaak aan over. “Wat is nu de boodschap? Je kan over de medezeggenschap heen lopen en ermee wegkomen. Dat vind ik schokkend.”
De sluitingsronde bij PVO is een casus om van te leren. “Er is in dit hele verhaal veel misgegaan, qua communicatie, volgorde en timing”, besluit rector Boerhout.
'Een school te lang afbouwen, is niet in het belang van leerlingen'
‘De afgelopen jaren is er veel werk verzet om de scholen te helpen en te voorkomen dat ze zouden moeten sluiten. Maar ondanks extra geld van het ministerie van OCW en de inzet van eerst een interim bestuur en daarna een nieuw vast bestuur is het niet gelukt om de kwaliteit en het aantal leerlingen op orde te krijgen’, laat een woordvoerder van minister Paul weten in een schriftelijke reactie. ‘Alle leerlingen verdienen kwalitatief goed onderwijs. Een school te lang gefaseerd afbouwen, is niet in het belang van de leerlingen. Zij hebben dan lang te maken met onderwijs dat van onvoldoende kwaliteit is of mogelijk zelfs zeer zwak. Dat vinden we onacceptabel.’