Kleuters mogen weer kleuter zijn
Kleuters mogen vanaf 2021 geen ‘schoolse’ toetsen meer maken. En een jaar langer kleuteren geldt niet meer als zittenblijven. Deze politieke beloften zijn een doorbraak in een jarenlange discussie over het jonge kind.
Een kind mag pas naar groep 3 als het zestien letters kent, van 0 naar 20 kan tellen, en weer terug, en een half uur stil aan een tafeltje kan zitten. Als het daar niet aan kan voldoen, moet het nog maar een jaartje kleuteren.
Dit is de mores onder veel leerkrachten van groep 3, weet Rienkje van Boekel, pedagoog en docent aan de post-hbo opleiding jonge kind specialist bij de hogeschool NHL Stenden. “Als een kind in het vroege voorjaar nog niet voldoet aan deze criteria, start de discussie in het team, met name over herfstleerlingen: is het kind dan na de zomervakantie wel toe aan groep 3?”
Boosdoener is het leerstofjaarklassensysteem, vindt zij. Uitgangspunt van dit systeem is dat aan dezelfde groep kinderen, methode gebonden, dezelfde prestatie-eisen worden gesteld. Bij de hogere leeftijdsgroepen is dat mogelijk, maar niet bij kleuters. Die ontwikkelen zich namelijk sprongsgewijs. “Ineens kunnen ze dan iets”, aldus Van Boekel, terwijl ze het een week of maand daarvoor nog niet konden. Dat ‘iets’ kan zijn: een bal opvangen, hinkelen, rijmen, maar ook woorden herkennen en letters aan elkaar rijgen.
Kleuters onderling kunnen enorm verschillen. Zelfs als ze op dezelfde dag jarig zijn. Ieder kind ontwikkelt zich anders afhankelijk van de wisselwerking tussen hersenontwikkeling en stimulans uit de omgeving. Aan het bewegen, praten en spelen merk je waar hij aan toe is.
Valkuilen van verschoolsing
De ontwikkeling van het jonge kind gaat sprongsgewijs. Hoe kan je daar als leerkracht bij aansluiten?
1. Het kind kleurt niet binnen de lijntjes
Binnen de lijntjes kleuren is een fijn-motorische vaardigheid die kinderen beheersen als ze hun pols en vingers kunnen besturen. Als een kind begint met tekenen, maakt het eerst krasbewegingen vanuit de schouders. Meer ronde bewegingen komen een fase later vanuit de elleboog en het sluitstuk van die ontwikkeling is tekenen vanuit pols en hand.
Valkuil: Van een kind dat nog vanuit de schouders tekent, kan je niet verwachten dat het letters maakt of binnen de lijntjes kleurt. Dat leidt enkel tot frustratie.
Wat dan wel: Moedig het kind aan om activiteiten te doen die de sensomotorische vorming, de ontwikkeling van de zintuigen, stimuleren, zoals spelen met ongevormd materiaal: zand, water en klei. Tekenen met waskrijt, dikke stiften, in schelpenzand of scheerschuim. Spelen met blokken en constructiemateriaal, met de spoorbaan, kralen rijgen, poppen aan en uitkleden, enzovoort.
2. Het kind kan niet stilzitten
Een jong kind heeft een natuurlijke bewegingsdrang. Beweging ondersteunt de brede ontwikkeling, waaronder het denkvermogen. De mate van beweegdrang verschilt per kind. Jongens bewegen over het algemeen meer dan meisjes. Lang gedwongen stilzitten is onnatuurlijk. Alleen als het kind zelf door iets gebiologeerd is, bijvoorbeeld door een acrobaat in het circus, kan het een hoge concentratieboog opbrengen en langer stilzitten.
Valkuil: Vraag een beweeglijk kind niet continu om stil te zitten en laat een kleuter nooit een pauze overslaan omdat het zijn ‘werk’ niet af heeft.
Wat dan wel: Jonge kinderen moeten dagelijks tweemaal minimaal drie kwartier binnen of buiten vrij kunnen spelen. Geef een bijzonder beweeglijk kind een taak: Loop jij even naar meester Arie om een doos papier op te halen?
3. Het kind kan nog geen letters of cijfers schrijven
Gemiddeld kunnen kinderen rond hun vijfde à zesde jaar functioneel letters en cijfers herkennen en ‘tekenen’. Bijvoorbeeld hun eigen naam en hun huisnummer of hun leeftijd. Dit is echter nog geen schrijven. Leren schrijven is een complexe bezigheid waar een kind neurologisch aan toe moet zijn. Tijdens het schrijven worden in de hersenen verbindingen gemaakt als gevolg van het samenspel van bijvoorbeeld de oog–handcoördinatie en de beheersing van de fijne motoriek. Andere voorwaarden zijn: gevoel voor ritme, ruimtelijke oriëntatie, lateraliteit, handvaardigheid, lijnvorming, auditieve en visuele analyse en synthese.
Valkuil: Begin niet te jong met leren schrijven. Methodisch schrijfonderwijs bij kleuters is ongewenst. Het kind leert hooguit dat hij er niet goed in is.
Wat dan wel: Doe de lees- en schrijfproef. Als een kind geen andere woorden kan maken van de letters die het al kent, kan je ervan uitgaan dat het de letters ‘tekent’, en niet schrijft.
Meer weten over kleuters en het belang van spel? Kom naar de kleuterconferentie ‘Spel verbindt’ die de AOb samen met vakblad De wereld van het Jonge Kind organiseert op woensdag 3 april in ’t Spant in Bussum.
Het hele artikel lees je in het Onderwijsblad van februari 2019.