Idee: Meetbare vaardigheden
Hoe beoordeel je 21ste eeuwse vaardigheden? Mbo-docenten Debby Peter en Jac Rijnen bedachten een digitale leeromgeving die de student de regie geeft.
“De arbeidsmarkt verandert zo snel dat opleidingen het nauwelijks kunnen bijhouden”, vertelt Jac Rijnen, docent bij de opleiding maatschappij en gezondheid aan het Summa College in Eindhoven. Zijn collega Debby Peter: “De noodzaak om studenten vaardigheden aan te leren waardoor ze kunnen meebewegen met die veranderingen, is dus heel groot.”
De noodzaak om studenten vaardigheden aan te leren waardoor ze kunnen meebewegen met die veranderingen, is dus heel groot
Tijdens hun master leren en innoveren besloten ze onderzoek te doen naar deze 21ste eeuwse vaardigheden, zoals creatief denken, samenwerken en problemen oplossen. In de praktijk blijken scholen verschillende definities te hanteren en er nog maar beperkt aandacht aan te besteden. Rijnen: “Het is belangrijk dat we allemaal dezelfde taal spreken, zodat helder is wat studenten moeten kunnen en waar ze aan moeten voldoen.”
Samen met een groep docenten en studenten stelden ze daarom een set van elf vaardigheden samen, die qua titel overeenkomt met die van leerplanontwikkelaar SLO. Elke vaardigheid heeft vier indicatoren, die elk een start-, midden- en eindniveau kennen. “We hebben studenten van opleidingen op alle niveaus bevraagd naar hoe zij een vaardigheid zouden beschrijven. Op basis daarvan zijn algemene definities ontstaan die elke student kan begrijpen”, vertelt Debby Peter. “Het prettige daarvan is dat deze definities passen op elke opleiding en elk niveau. Iemand die wil overstappen naar een andere studie kan daardoor meenemen wat hij al behaald heeft.”
Innovatieprijs
Met hun concept om de 21ste eeuwse vaardigheden meetbaar en zichtbaar te maken, wonnen ze in 2017 de onderwijsinnovatieprijs. Vervolgens konden ze met een innovatiebudget de leeromgeving ‘21education’ ontwikkelen. In het online dashboard staan alle vaardigheden op een rij, met daarbij de uit te voeren opdrachten per indicator. De student kan snel en eenvoudig zien wat hij heeft gedaan en hoe hij ervoor staat. Iedere opleiding kan in de leeromgeving de vaardigheden koppelen aan bestaande opdrachten. “Door de arbeidsmarkt bij dit proces te betrekken, worden de opdrachten betekenisvol voor studenten”, vertelt Rijnen. “Dat verhoogt de intrinsieke motivatie, helemaal doordat ze hun eigen leerroute kunnen bepalen.”
Door de arbeidsmarkt bij dit proces te betrekken, worden de opdrachten betekenisvol voor studenten
Dat gaat als volgt: met de docent bekijkt de student eerst welke kennis, vaardigheden en competenties hij al heeft opgedaan en in welke mate. Starten op een hoger niveau is dus ook mogelijk. Vervolgens bepaalt hij in overleg welke kennis en vaardigheden hij wil vergaren en hoe hij dat wil doen. Het eindresultaat kan een mindmap, fotocollage, presentatie of scriptie zijn, net wat de voorkeur van de student heeft. Hij levert het werk in bij een medestudent die deze als critical friend beoordeelt, ook wel peer feedback genoemd. Op basis daarvan past de student zijn werk aan, waarna hij het inlevert bij de docent. Jac Rijnen: “Doordat studenten elkaar feedback geven, ontstaat er een krachtige leeromgeving. Ze leren beter samenwerken en leren van elkaar. Sommige studenten ontwikkelen zich als expert in bepaalde vaardigheden. Daarbij krijgt de docent veel meer de rol van coach die adviseert en ingrijpt als dat nodig is.”
Omdenken
Inmiddels werken drie opleidingen en ruim driehonderd studenten binnen het Summa College ermee. “Studenten worden er heel enthousiast van”, merkt Debby Peter. “Bij docenten is vaak iets meer tijd nodig, maar zodra ze het traditionele lesgeven kunnen loslaten, komen er mooie resultaten. Zo is er al een aantal studenten aan het versnellen.”
Zodra docenten het traditionele lesgeven kunnen loslaten, komen er mooie resultaten
De weerstand van docenten zit vaak in de vraag waar hun vak blijft en hoe je kwaliteit meet, merkt Rijnen. “Het is een kwestie van omdenken en dat vergt tijd. Het is fijn dat de inspectie positief is en vindt dat ons concept voldoende houvast biedt om de kwaliteit te borgen.”
Begeleiden
Beide docenten geven nog enkele dagen per week les, daarnaast begeleiden ze teams in het werken met 21ste eeuwse vaardigheden. “Dit is superleuk om te doen, omdat veel docenten al snel enthousiast raken”, vertelt Debby Peter. “Ons systeem is een goed hulpmiddel, maar het kan ook zonder. Het belangrijkste is dat mensen bewust worden hoe belangrijk deze vaardigheden zijn.”
Inmiddels zijn ze bezig met het vertalen van hun concept naar andere sectoren. Debby: “We geven ook workshops in het primair onderwijs. Jonge leerlingen kunnen al heel goed meebewegen, dus het is eerder een kwestie van bewustwording dan dat je ze iets moet aanleren. Als we dit in stand kunnen houden, dan zullen we heel eagere studenten krijgen.”