Expositie geeft vso-leerlingen stem
Leerlingen van een vso-praktijkafdeling in Rotterdam worden te weinig betrokken bij hun onderwijsplannen, wat hun ontwikkeling belemmert. Dat blijkt uit onderzoek van docent Marion van der Burg, die met haar expositie de leerlingen een stem geeft. “Er is een emancipatiegolf nodig.”
Behendig schopt Matheus (19) met zijn voet op de witte knop aan de muur. Direct hoor je zijn stem: ‘Met mijn protheses kan ik heel goed voetballen en hardlopen. Ze zeggen dat ik veel talent heb voor sport, zelfs voor de Paralympics. Ook heb ik een creatief talent, maar ik heb geen loopbaanbegeleiding.’
“Ik heb dit wel eens vaker uitgesproken, maar daar is niet zoveel mee gebeurd”, vertelt de leerling terwijl hij met zijn korte armen zijn bril rechtzet. “Dat is jammer.” Het betekent dat zijn sportmogelijkheden niet verder zijn onderzocht en hij inmiddels ‘gewoon’ is doorgestroomd naar het mbo.
Ze kunnen het toch niet’ is een veelvoorkomende gedachte om leerlingen niets te vragen
Matheus is een van de deelnemers aan het project ‘Van geen stem naar inspraak’ op de praktijkafdeling van De Brug, school voor voortgezet speciaal onderwijs (vso) in Rotterdam. Hier volgen scholieren met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking of een chronische ziekte onderwijs, waarna zij uitstromen richting beschut werk, dagbesteding of vervolgopleiding.
Docent Marion van der Burg onderzocht voor haar studie stadspedagogiek in hoeverre deze leerlingen betrokken worden bij hun onderwijsplannen. Ze ontdekte dat de leerlingen hierin weinig tot geen inspraak hebben en dat dit hun ontwikkeling belemmert, omdat ze hierdoor niet goed leren de regie over hun eigen leven te voeren.
“Vaak worden ze pas betrokken vanaf hun zestiende als ze stage moeten lopen en sommigen zelfs dan niet eens. Het is echt schokkend”, zegt Van der Burg, die zelf al meer dan 27 jaar lesgeeft. De vso-afdeling kampte de afgelopen jaren met veel personeelsverloop, ook in de leiding, wat volgens haar een oorzaak kan zijn. “Collega’s doen wat ze kunnen, maar formats voor inspraak of richtlijnen om individuele afspraken officieel vast te leggen, ontbreken.”
Betuttelen of negeren
Haar onderzoek laat zien dat de leerlingen vaak te maken hebben met validisme; een vorm van discriminatie zoals het stelselmatig betuttelen, verkeerd inschatten of negeren. ‘Ze kunnen het toch niet’ is een veelvoorkomende gedachte om leerlingen niets te vragen, aldus Van der Burg. Met als gevolg dat leerlingen dit zelf ook gaan denken en geen initiatief meer nemen: verinnerlijkt validisme. “Je conformeert je aan hoe er met jou wordt omgegaan.”
Een voorbeeld is Jay-Jay (14). Onlangs startte ze op de theoretische afdeling van het vso. “Dat is een beter niveau voor mij. Ik wil niet alleen rekenen en taal, maar ook geschiedenis en andere vakken leren. Ik ben heel dankbaar dat dit project dat duidelijk heeft gemaakt. Ik had anders niet geweten dat ik kon overstappen.”
Van der Burg koos in haar onderzoek voor de capability-benadering die zich richt op kansen en keuzemogelijkheden. “We moeten van het medische model waarin de beperking centraal staat, naar het sociale model waarin gekeken wordt naar wat iemand kan en wil.”
Ze onderzocht hoe de inspraak van leerlingen verbeterd kan worden met de Photovoice-methode. De kunstdocent liet de leerlingen foto’s maken om hun ervaringen en wensen vast te leggen en besprak deze in de onderzoeksgroepen. Ze liet leerlingen hun verhaal inspreken in een ‘stemknop’ zoals die voor ergotherapie wordt gebruikt. Sommige leerlingen gebruiken een spraakcomputer, waardoor zij hiermee letterlijk een stem kregen. “Dat die knoppen op batterijen werken, vind ik symbolisch ook passend: als je er geen energie instopt, hoor je ze niet.”
Sommige collega’s voelen zich aangevallen en zetten hun hakken in het zand
Precies dat raakt afdelingsleider Ilse Roebroek, die vorig jaar de overstap maakte vanuit het reguliere voortgezet onderwijs. “Ik heb nog nooit met zulke positieve, geduldige leerlingen als op deze school gewerkt. En dan blijkt nu dat zij hun leven lang al wachten omdat alles door anderen wordt bepaald, ze geen inspraak hebben en nooit geleerd hebben om op te komen voor zichzelf. Dat moet echt anders.”
Niet iedereen in het team is daar even enthousiast over. Roebroek: “Sommige collega’s voelen zich aangevallen en zetten hun hakken in het zand. Daar schrik ik van, want het is niet persoonlijk bedoeld, het gaat om de leerlingen.” Van der Burg is wel gewend aan wat tegengas. “Zonder weerstand geen verandering, dus dat hoort er gewoon bij. Deze leerlingen moeten zelf aan zet komen en dat vraagt een omslag in denken en doen. Gelukkig zijn er ook veel collega’s die dit project omarmen en direct met ouders gaan kijken wat beter kan voor leerlingen.”
De eerste verandering is dat leerlingen zelf hun voorkeur voor hun stageplek uitspreken. “Het is belangrijk om hun interesses serieus te nemen”, zegt Roebroek. “Misschien komt de één er dan achter dat de horeca toch niets voor hem is, of een ander verwezenlijkt juist zijn droom. Allemaal prima om zelf te ontdekken. Het is hun leven en wie zijn wij om bij voorbaat al te zeggen dat iets niet kan of dat een andere plek beter is?”
Realistisch kijken naar wat kan
Na uitleg in begrijpelijke taal en picto’s kozen de leerlingen voor inspraak op alle niveaus. Dus niet alleen individueel, in de klas, maar ook op school en bestuurlijk niveau en in de gemeentelijke jeugdraad willen ze hun stem laten horen. Willen is één ding, kunnen een tweede. “Realistisch blijven kijken naar wat kan, zit ook in die capability-benadering”, legt Van der Burg uit. “Volgens het VN-verdrag Handicap moeten kinderen vanaf twaalf jaar inspraak krijgen. Dus dat betekent dat we ook verplicht zijn om naar mogelijkheden te zoeken. Het ontwikkelen van methodes hiervoor is een nieuw project waarvoor ik gevraagd ben.”
De praktijkafdeling gaat volgend jaar samen met de so-basisschool, die al verder is op het gebied van de inspraak. “Daar zijn alle leerkrachten hierin geschoold en beginnen ze met de kleuters al met high five-gesprekken om zichzelf te leren kennen. Wij hebben hierin een inhaalslag te maken en het is fijn dat het bestuur dit ondersteunt.”
Als je niet aan de norm voldoet, word je letterlijk buitengesloten
Voor haar studie was ze in Berlijn, waar het speciaal onderwijs nog verder gesegregeerd is, en ze voerde ook gesprekken op andere vso-scholen in Nederland. “De inspraak verschilt per school, maar wat opvalt is dat de meeste scholen heel afgelegen liggen. Als je niet aan de norm voldoet, hoor je er niet bij en word je letterlijk buitengesloten. Zolang die denkwijze niet verandert, is inclusie is een illusie.”
Voor Van der Burg is het project hiermee niet klaar. De expositie is onder de titel ‘Tour de Participation’ nu te zien bij de Hogeschool Rotterdam en vanaf 9 oktober in het Rotterdamse gemeentehuis. Ook deed ze deze maand met leerlingen mee aan de Vlaams-Nederlandse conferentie Onderzoek Sociaal werk en Pedagogiek in Rotterdam. “We willen de wetenschappers wakker schudden”, zegt ze lachend. “Dat activistische zit in me en er is echt een emancipatiegolf nodig.”
‘Ik wil zelfstandig worden en mijn leven leiden zoals ik dat zelf wil’, klinkt de stem van Nemanja (17) krachtig onder zijn foto. “Dit is best confronterend voor anderen”, zegt hij. “Mijn moeder regelt veel voor me en dan probeer ik uit te leggen dat ze me ook moet proberen los te laten, want hoe ga ik dat doen als ze er straks niet meer is?”
Hij hoopt dat de tentoonstelling veel mensen zal bereiken. “Zonder Marion was dit allemaal er nooit geweest, ik ben haar zo dankbaar”, zegt hij ferm. “In deze maatschappij wordt vooral over ons gesproken. Dat je in een rolstoel zit, betekent niet dat je niet kan meedenken over hoe dingen beter kunnen. Wij tellen ook gewoon mee!”
Mail voor meer informatie over het onderzoek of de expositie 'Tour de Participation' naar Marion van der Burg