Eerste uitwerking pensioenakkoord bekend voor ABP-deelnemers
De bonden en werkgevers hebben in een eerste uitwerking voor een pensioenregeling bij het ABP voorlopig gekozen voor het nieuwe pensioencontract en daarmee om collectief te blijven beleggen. Alle ABP-deelnemers krijgen daar vervolgens een afzonderlijk aandeel in. Deze keuze was de inzet van de AOb.
“Het zorgt voor de meeste solidariteit en de meeste collectiviteit”, zegt Roelf van der Ploeg, AOb-beleidsadviseur pensioenen, die onderhandelt over de ABP-regeling.
Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken sloot in 2019 met de bonden en werkgevers een pensioenakkoord. Vervolgens kwam er op dat akkoord vorige zomer nog een uitwerking met meer details. Daarna waren de bonden en werkgeversorganisaties aan zet om een start te maken voor een nieuwe pensioenregeling bij het ABP die in 2026 moet ingaan. “Het pensioenakkoord gaf keuzes om verder uit te werken”, zegt Van der Ploeg.
Zo kon er gekozen worden voor een pensioencontract waarin pensioenfonds ABP collectief blijft beleggen en gaat werken met een solidariteitsreserve of voor een pensioencontract dat uitgaat van een individueel potje met individuele keuzes voor beleggingen per deelnemer (de verbeterde premieregeling).
Collectief
Van der Ploeg: “De keuze voor het nieuwe pensioencontract betekent dat er één grote pot geld collectief wordt belegd en dat vervolgens deelnemers ieder afzonderlijk een aandeel krijgen. Dit geldt dus voor iedereen die bij het ABP aangesloten is, zo’n miljoen mensen die werken bij de overheid en in het onderwijs.” De AOb en FNV waren hiervan voorstander en hebben tijdens de onderhandelingen hierop ingezet. “Bij deze keuze is sprake van solidariteit en worden ‘pech- en gelukgeneraties' zoveel mogelijk voorkomen. Collectief beleggen levert ook meer op dan individueel beleggen”, zegt de onderhandelaar.
Bij deze keuze worden pech- en gelukgeneraties zoveel mogelijk voorkomen
Over de andere mogelijkheid waarbij niet collectief, maar afzonderlijk wordt belegd, was de FNV minder enthousiast en daar is dan ook niet voor gekozen. “Een reserve voor solidariteit past hier minder goed bij”, zegt Van der Ploeg. Bovendien is het gevolg van deze keuze dat er grotere uitschieters naar boven en beneden zullen zijn.
Voorlopig
Van der Ploeg benadrukt dat het nog gaat om een voorlopige keuze. “Een definitieve keuze kunnen we nog niet maken, want de wetgeving is nog niet definitief.” Voor nu gaan de bonden en werkgevers verder aan de slag op dit spoor. “Vanaf nu kijken we hoe we deze regeling verder gaan invullen in de pensioenregeling van het ABP. Dan gaat het over vragen als hoe risicovol we willen beleggen en welke premie betaald moet worden en afspraken om van het oude systeem naar het nieuwe pensioensysteem te komen.”
Lees ook onze veelgestelde vragen over het pensioenakkoord of kijk naar ons eerdere artikel over vervroegd met pensioen gaan.