Doorzetter Melle wil via vmbo-basis naar de universiteit
Stapelaar Melle Kampstra slaagde cum laude voor het vmbo, de mavo en de havo. Nu zit hij in 5-vwo en gaat hij voor een kwartet aan ‘met lof’ gehaalde schooldiploma’s. De universiteit ligt binnen handbereik.
Hij moet nog een nieuwe lijst kopen. Zodat zijn voor de zomer behaalde havo-diploma een plekje kan krijgen aan de muur naast zijn andere twee diploma’s. Een havo-diploma leek ooit een lastig haalbare kaart, maar de negentienjarige Melle Kampstra begon afgelopen september zelfs aan een studie bestuurskunde bij de Hogeschool van Amsterdam. Hij wilde zijn propedeuse binnen één jaar halen en door naar de universiteit.
Maar hij kwam er snel op terug. “Ik dacht dat het een theoretische studie was die me goed zou voorbereiden op de universiteit, maar de colleges vielen inhoudelijk tegen”, zegt Melle. “Het tempo lag laag, we hadden weinig contacturen en ik vond dat ik niet genoeg werd uitgedaagd.” En dus belde de kersverse student zijn oude middelbare school, het Keizer Karel College in Amstelveen, met de vraag of hij nog kon instromen op het vwo. Dat mocht. “Dit voelt veel meer als een uitdaging. Ik pas mijn route naar de universiteit gewoon aan.”
De onderwijsweg van Melle is bijzonder. Hij begon met vier jaar vmbo-basis. Daarna deed hij één jaar mavo-4 en vervolgens twee jaar havo. Alle opleidingen rondde hij cum laude af. Melle: “De docenten hebben mij gestimuleerd en waardering gegeven. Ze hebben aandacht voor me gehad en me altijd alle mogelijkheden voorgehouden. Hun invloed is groot geweest. *
Niels Jongkind, docent Nederlands op scholengemeenschap Panta Rhei: “In het vierde jaar vmbo-basis wist ik dat Melle veel meer kon, zijn schriftelijk taalgebruik was heel goed. Daarnaast werkte hij hard. Hij distantieerde zich ervan dat het ‘cool’ zou zijn om geen huiswerk te maken en volgde zijn eigen pad. Vooral het persoonlijk contact om hem meer zelfvertrouwen te geven, was belangrijk. Dan sprak ik hem even aan in de pauze of na de les om te benadrukken dat hij in zichzelf moet geloven.”Ze leerden mij mijn angst los te laten en ervoor te gaan.”
De docenten hebben aandacht voor me gehad en me altijd alle mogelijkheden voorgehouden. Hun invloed is groot geweest
Dat stimuleren ging subtiel. Soms door docenten die maar een paar zinnen zeiden. “Bijvoorbeeld: ‘Melle, jij gaat zo goed met je cijfers, je haalt het vwo.’ Of ze vroegen aan mij hoe het zat met mijn havo-ambities.” Zijn docent Duits in mavo-4 van scholengemeenschap Panta Rhei in Amstelveen motiveerde hem ook. ‘Wat goed! Een 4!’, riep ze uit nadat Melle zijn eerste toets maakte voor dat vak. “Als je aan het begin van het schooljaar een 4 haalt voor een vak dat je nooit hebt gehad, dan komt het goed, zei ze.” Daarnaast hielp persoonlijk contact Melle verder. “Dat was belangrijk. Altijd namen mijn leraren tijd voor gesprekken over de toekomst en mogelijke routes.” Wat ook hielp waren de fijne klassen. “Het voelde als een tweede thuis en daar doe je je best voor.”
Schuchter
Het schooladvies vmbo-basis in groep 8 viel zijn ouders destijds tegen. “Ze wilden dat ik naar een hoger niveau ging, maar de Nio-toets (Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau, red.) wees vmbo uit. Daarnaast vond de basisschool dat ik schuchter was en zeker moeite zou hebben op de middelbare school.” Hoewel Melle zich meteen thuis voelde in zijn vmbo-klas en nieuwe vrienden maakte, was hij de eerste twee jaar onzeker. “Ik deed weinig aan school, maar ik ontwikkelde mij wel op sociaal gebied. Ook dankzij mijn mentor, meneer Bouamrani. Hij was heel relaxed en ik voelde mij thuis door hem.”
De basisschool vond dat ik schuchter was en zeker moeite zou hebben op de middelbare school
Het omslagpunt kwam toen Melle een richting moest kiezen vanaf het derde leerjaar. “Ineens moest ik nadenken over de toekomst en besefte ik dat ik nog ‘maar’ twee jaar op school zat.” De opmerkingen van docenten die zeiden: ‘Kom op, doe je best er zit meer in je’, kwamen ineens wel binnen. Vanaf dat jaar sprongen zijn cijfers omhoog en noteerden docenten negens en tienen. Hij slaagde glansrijk voor zijn vmbo-basis.
Na vmbo-basis is het normaal om één jaar vmbo-kader te doen of naar het mbo te gaan. Bij Panta Rhei vond het docentteam unaniem dat hun leerling gelijk door kon naar mavo-4 zodat hij geen jaar zou ‘verliezen’.
“Daar hebben mijn vader en ik wel voor gelobbyd”, geeft Melle toe. De docenten schreven een brief aan de schooldirecteur die vervolgens de Onderwijsinspectie om advies vroeg. “Aanvankelijk zeiden ze daar dat het niet zou lukken. Ik moest namelijk ook schoolexamens maken van het derde jaar mavo en dus twee schooljaren in één jaar doen. Panta Rhei maakte daarvoor een aangepast lesprogramma.”
Mij is vroeger altijd verteld dat klimmen van vmbo-basis naar de universiteit absoluut onmogelijk is
De kans om in één keer door te stomen, greep Melle met beide handen aan. Mavo-4 was wel het meest zware jaar uit zijn schoolcarrière tot nu toe. “Melle had voor Duits een enorme achterstand in mavo-4, omdat hij het vak nog nooit had gehad”, vertelt zijn oud-docent Duits Caroline Puttenstein. “In de zomer is hij toen al begonnen om het in te halen. Dat zegt veel. Als docenten faciliteerden we zijn route. Maar dat Melle zo kon opstromen is vooral aan hemzelf te danken. De weg die hij binnen het theoretisch onderwijs heeft afgelegd, zie je niet vaak.”
In mavo-4 maakte Melle na schooltijd vaak nog drie uur lang huiswerk. Hij kon dat opbrengen omdat zijn leraren in hem geloofden. “Ik wilde ze niet teleurstellen, ook omdat de havo op het Keizer Karel College binnen bereik lag. De school waar ik van atletiek-vrienden mooie verhalen over hoorde.”
Onmogelijk
Nu de diploma’s binnen zijn, ziet Melle goed de verschillen tussen de onderwijsniveaus. “Bij de
havo op het Keizer Karel* Elly Driessen, docent Nederlands op het Keizer Karel College: “Tweehonderd procent interesse, doorvragen en alle kennis opzuigen. Melle is de ideale leerling. Ik vergeet ook nooit de 10 die hij haalde voor het eerste schoolexamen in de vijfde klas. Ik geef bijna nooit tienen, want alles goed hebben in een toets lukt bijna nooit. Onze ‘klik’ zat in de interesse in politiek. In mijn lessen probeer ik altijd te zorgen dat leerlingen ook maatschappijbewust worden en probeer ik actuele, politieke kwesties mee te nemen. Dat vond Melle leuk en dat zei hij dan. Dat hoor je niet elke dag van een leerling. was alles veel meer gericht op kennis en presteren. Het ging meer om inzicht en verbanden zien. Op die school moest ik meer zelfstandig zijn en was er minder persoonlijk contact dan op het vmbo. Je kon natuurlijk wel alles vragen, maar dat moest je dan wel uit jezelf doen. Dat was wennen. Op de mavo was het veel meer lesstof stampen, maar stonden docenten wel meer naast je.”
Net als op zijn andere schoolniveaus bleef Melle doorzetten toen hij eenmaal op de havo zat. “Soms zat ik tussen minder gemotiveerde leerlingen, terwijl het voor mij een eer was dat ik eindelijk op de havo zat. Zeker omdat mij vroeger altijd was verteld dat opklimmen van vmbo-basis naar de universiteit absoluut onmogelijk was."
Het was voor mij een eer dat ik eindelijk op de havo zat
Wat onmogelijk leek, de universiteit, ligt nu binnen handbereik. Melle wil politicologie studeren. “Van jongs af aan ligt daar mijn interesse. De politiek is de plek waar de macht ligt. Alles wat daar wordt besloten is van invloed.” De scholier wil zich inzetten voor het onderwijs. “Ik heb zelf veel schoolniveaus doorlopen en heb er dus ervaring mee. Er zijn weinig politici die op het vmbo hebben gezeten.”
Als leerling vmbo-basis voelde hij best vaak dat beroepen buiten zijn bereik lagen. “Het vmbo heeft een slecht imago. Veel mensen vroegen aan mij: Doe je havo? En dan vond ik het toch stom om te zeggen dat ik vmbo deed. Het voelde alsof dat minder is. Vmbo-leerlingen lopen vaker tegen muren op en worden echt niet altijd als even kansrijk gezien.”
Hij helpt nu wel eens andere vmbo-leerlingen om hun route te bepalen. “Ik zeg dan: Met vmbo-basis is alles mogelijk.”