PO
VO

Doe je voordeel met intervisie in de klas

Vind je intervisie in de klas spannend? Als de meekijker leren, en niet beoordelen, vooropstelt, kun je er als leraar je voordeel mee doen. Raffel vooral het nagesprek niet af.

Tekst Bea Ros - Onderwijsblad - - 6 Minuten om te lezen

Meekijken in de klas 2

beeld: Nanne Meulendijks

Hij heeft het nooit vervelend of spannend gevonden als iemand in zijn klas meekijkt. “Ik had al vroeg het vertrouwen dat ik het wel kon, lesgeven”, vertelt Aldo Rooijendijk, leerkracht op basisschool Pro Rege in Amsterdam. Al maakt het wel uit wie er achter in zijn klas zit. “Bij een collega ben ik meer ontspannen dan als een leidinggevende komt kijken. Bij die laatste ben ik me bewuster van mezelf en wil ik laten zien wat ik in huis heb.” En als er een inspecteur op bezoek komt, staat hij ‘extra aan’: “Dan wil je ook presteren voor je school.”

Feedback

Tegenwoordig is Rooijendijk steeds vaker zelf de meekijker. Binnen het Onderwijskennis Netwerk Amsterdam geeft hij samen met een collega trainingen in effectief leesonderwijs aan collega’s van andere basisscholen binnen het netwerk. Onderdeel daarvan is zelf een leesles ontwerpen en uitvoeren in de eigen klas. Rooijendijk geeft feedback op het ontwerp én kijkt mee in de les. 

Ik  vertel ook waar ik zelf in het begin tegenaan liep

Het eerste wat hij altijd zegt: Ik kom je niet beoordelen, ik kijk hoe je je leesles geeft en geef je tips ter verbetering. “In het begin zie ik spanning, maar vooral een gezonde spanning. Ze willen het geleerde in praktijk brengen en zijn heel gefocust. Het maakt uit dat het om intercollegiale coaching gaat en dat we vertrouwen hebben opgebouwd. Mijn collega Bo Gemmel en ik stellen onszelf kwetsbaar op door ook te vertellen waar we zelf in het begin tegenaan liepen. Daardoor weten onze cursisten dat het niet meteen perfect hoeft.” 

Veiligheid is belangrijk

Precies wat Lieve Schoofs, intern begeleider op basisschool Klimop in Rijkevoort, altijd tegen haar collega’s zegt. “Ik kijk juist mee om jullie te helpen. Of om jouw les als voorbeeld aan andere collega’s te kunnen laten zien.” Veiligheid creëren is heel belangrijk, zeggen ook Zooey Sternheim en Maame Hammond. Ze begeleiden vanuit het landelijke programma De Transformatieve School schoolteams in po, vo en mbo om te werken aan een inclusieve schoolcultuur. Onderdeel daarvan zijn lesobservaties. Ook zij zeggen altijd: dit is geen beoordeling. “Ook maken we duidelijk dat alles onder ons blijft. We delen niets met anderen en lopen echt niet naar de directeur om door te brieven wat we gezien hebben”, vertelt Sternheim. Bovendien is het traject gericht op het functioneren van het team als geheel. “Het hele team is verantwoordelijk voor wat er gebeurt in een klaslokaal”, legt Hammond uit. “Als een les goed gaat, is dat een compliment voor het team, en als een leraar onzeker is of worstelt met een les, is dat een opgave voor het hele team. In het nagesprek is een van onze vragen dan ook: Wat heb jij nodig van je collega’s?”

We zien dat dit gebeurt, herken je dat?

Dat nagesprek, zo benadrukken alle meekijkers, is essentieel. Trek daar tijd voor uit. Sternheim en Hammond besteden er gemiddeld een uur aan, zodat je echt de diepte in kunt. “We zeggen niet ‘we zien dat je dit niet goed doet’, maar ‘we zien dat dit gebeurt, herken je dat?’”, vertelt Sternheim. Hammond vult aan: “We stellen vooral veel vragen om leraren te prikkelen na te denken over de eigen les, en vooral over de leerlingen: wat hebben zij van jou nodig en waar in jouw les zaten hun succeservaringen?”  

Waslijst aan tips

Rooijendijk heeft al doende geleerd om meer te luisteren en minder zelf te vertellen in het nagesprek. “In het begin gaf ik altijd een waslijst aan tips, dat vonden mensen overweldigend. Nu maak ik een selectie van de belangrijkste dingen en stel ik vooral veel vragen.” Wees helder over wat je komt observeren, stelt Schoofs. “Meestal gebruik ik een kijkwijzer, die biedt focus tijdens het observeren en het nagesprek. Ik heb daarbij geleerd om vooral eerst te benoemen wat er allemaal al goed gaat.” 

Denk niet: ik word afgerekend 

Meekijken bij elkaars lessen zou veel gewoner moeten worden, vinden alle geïnterviewden. “Dan wordt het ook minder spannend en kun je je openstellen om iets te leren”, zegt Rooijendijk. “Als je alleen maar denkt ‘ik word afgerekend’ is die lerende houding weg.” 

Dat is precies wat Sternheim en Hammond merken: op scholen die al gewend zijn aan een open-deurenbeleid, ontmoeten ze veel minder weerstand. “In andere landen is dit veel gewoner”, zegt Sternheim. “Maar in Nederland is ons hele idee van onderwijs vormgeven nog heel erg: dit is jouw vak en jouw klas, succes ermee.” Hammond vult aan: “Het zit niet in onze schoolcultuur om regelmatig bij elkaar te kijken. Daar is ook geen tijd voor ingeruimd met ons hoge aantal lesuren.” 

Zenuwachtig

Schoofs ziet dat dit bij jonge leraren anders is. “Ze zijn het nog gewend van de opleiding om bekeken te worden. Dus die zeggen altijd tegen me: Tuurlijk, kom maar kijken hoor. Maar ik merk dat de bijna gepensioneerden in onze school het moeilijk vinden en zenuwachtig zijn.” Hammond herkent die openheid bij jonge leraren. “Helaas zie je die ook weer snel verdwijnen.” Toch komt ze ook leraren tegen die de feedback van anderen missen. “Een leraar zei tegen me: ‘Na dertien jaar kijkt er voor het eerst iemand mee.’ Ook een ervaren leraar heeft behoefte aan bevestiging.”  

Je kunt mooie gesprekken hebben over wat er goed gaat

Er is nog te veel de cultuur dat leraren alleen iemand in de klas krijgen als er iets niet goed gaat. “Terwijl je mooie gesprekken kunt hebben over wat er goed gaat en waarom en hoe je dat dan kunt uitbreiden. Leraren zouden nieuwsgieriger naar elkaars lessen mogen zijn”, stelt Hammond. En Sternheim noemt het wel eens gekscherend de ‘privatisering’ van het onderwijs: “De beroepsgroep is zo solistisch, terwijl ze zoveel van elkaar kunt leren.”

Op haar school probeert Schoofs dat meer te doen. Bijvoorbeeld door samen tijdens teamdagen video’s van elkaars lessen te bespreken. “Goed onderwijs bereik je door in gesprek te gaan met elkaar over wat, hoe en waarom je iets doet.” 

Audit: inspectie in eigen huis

Een nieuwe vorm van meekijken is de audit. Hierbij beoordeelt een team van schoolleiders en leraren binnen een bestuur de kwaliteit van een school. Lieve Schoofs bevroeg tijdens een stage bij de PO-raad voor haar master onderwijswetenschappen elf schoolbesturen over hoe ze de audit inzetten. “Het merendeel gebruikt die als instrument voor verantwoording en voor schoolontwikkeling. Daarbij gebruiken ze het inspectiekader als onderlegger en net als tijdens een inspectiebezoek doet het audit-team een documentanalyse, praat men met leraren, leerlingen, ouders en zijn er lesbezoeken.” 

Het is vaak een top-downinstrument, constateerde Schoofs. “Het initiatief ligt bij het bestuur, het komt nog nauwelijks voor dat een school zegt: Kom eens kijken bij ons.” Dat kan leiden tot dezelfde spanning bij leraren als tijdens een inspectiebezoek: vreemde ogen die ons komen beoordelen. “Soms is er weerstand, maar uiteindelijk vinden de meeste scholen dat de audit goed zicht geeft op hun ontwikkeling”, aldus Schoofs. “Of een audit ook tot actie leidt, hangt af van onder meer de teamcultuur en de directie.”