AOb: ‘Leraar moet grip op kwaliteit leermiddelen krijgen’
Meer regie over de keuze voor leermiddelen, grip op de kwaliteit van methoden en het indammen van de stijgende kosten voor materialen. Daartoe roept de AOb samen met andere onderwijsorganisaties op in een manifest.
“Het is een zorgwekkende ontwikkeling dat de macht van de uitgeverijen zo groot is geworden”, vertelt AOb-bestuurder Thijs Roovers. “Vroeger gebruikte je voor een vak als aardrijkskunde acht jaar lang hetzelfde boek en maakten leerlingen opdrachten in schriftjes. Tegenwoordig koop je jaarlijks een boek en moeten er acht werkboekjes én een licentie per kind worden afgenomen. Het onderwijs betaalt zich scheel aan lesmethoden, en het onderwijs is daar niet beter op geworden.”
De voorgenomen btw-verhoging op studieboeken is een doorn in het oog
Roovers maakt zich zorgen over de kwaliteit van de leermiddelen. Volgens hem bevatten ze te veel stof en een te grote digitale component. “Ook is de voorgenomen btw-verhoging op studieboeken ons ook een doorn in het oog.” Volgens de onderwijsorganisaties betekent de btw-verhoging een kostentoename van 60 miljoen euro per jaar voor het primair en voortgezet onderwijs.
Het is bizar dat we de onderwijsinhoud overlaten aan private equity-partijen
Al met al is de macht van de uitgeverijen te groot, vindt Roovers. “Het is bizar dat we de onderwijsinhoud overlaten aan private equity-partijen - want dat zijn uitgeverijen veelal.” De AOb wil de regie over de keuze voor leermiddelen bij de onderwijsprofessional leggen. Ook moeten leraren meer invloed krijgen op de inhoud van methoden. “Ook nu hebben leraren daar gelukkig wel invloed op of ontwikkelen ze leermiddelen zelf, maar door de hoge werkdruk in het onderwijs is daar vaak te weinig tijd voor en dat willen we anders.” Vandaar dat de AOb samen met andere onderwijspartijen hiertoe oproept in een manifest. Roovers: “Wat mij betreft komt er een kwaliteitskader of keurmerk voor leermiddelen zodat scholen ook weten welke middelen voldoen aan de voorwaarden die collega’s hebben gesteld. De komende tijd willen we hierover in gesprek met leden.”