Een werkgever mag een verzoek tot onbetaald verlof niet zo maar afwijzen met het argument dat daardoor de bedrijfsvoering in het gedrang komt. Dat blijkt uit een zaak waarin de AOb het belang van een mbo-docent met succes heeft verdedigd.
Tekst
Rodney Trustfull
-
-
Minder dan een minuut om te lezen
Een werkgever mag een verzoek voor onbetaald verlof niet zomaar afwijzen en moet dit goed motiveren. Beeld: Typetank
Willem werkt op een mbo-school in het Noorden van het land. Sinds enkele jaren heeft hij last van winterdepressies. Dit is bevestigd door de bedrijfsarts. In deze periodes heeft Willem behoefte aan een zonnige omgeving en een warmer klimaat, waardoor hij min of meer kan aansterken en zich beter gaat voelen. In de cao mbo is een regeling opgenomen voor onbetaald verlof en Willem deed daarvoor een aanvraag bij zijn werkgever.
Bedrijfsvoering
Die antwoordde dat hij geen verlof kon verlenen omdat de bedrijfsvoering van de organisatie dan in het geding zou komen. Wat in de basis inhoudt dat een leerkracht nooit een beroep zou kunnen doen op deze regeling. De bedrijfsvoering vormt immers een statisch element binnen een school dat bij toekenning van onbetaald verlof steeds in het geding komt.
Willem liep tegen een muur op bij de werkgever en meldde zich bij de Algemene Onderwijsbond voor advies.
Weten hoe de AOb dit oploste?
Ik als behandelaar van dit dossier attendeerde Willem er allereerst op dat het onbetaalde verlof in de cao mbo geen absoluut recht betreft. Dit betekent dat dit verloftype door de werkgever kan worden geweigerd. Het punt is dat een werkgever een deugdelijke afweging moet maken op basis waarvan hij een aanvraag voor onbetaald verlof weigert.
Een werkgever moet een deugdelijke afweging maken op basis waarvan hij een aanvraag voor onbetaald verlof weigert
Eerst heb ik Willem geadviseerd om het verlof nogmaals schriftelijk in te dienen met inachtneming van alle vereisten die in cao-mbo staan beschreven. Hierop volgde wederom een afwijzing met dezelfde teneur. Daarop heb ik contact opgenomen met de werkgever van Willem.
Gebrekkig
In lagere rechtspraak is bepaald dat werkgevers een onbetaaldverlofregeling die in de cao staat alleen mogen afwijzen op basis van een gemotiveerde belangenafweging. Zo’n aanvraag afwijzen zonder enige motivering is volgens de kantonrechter een gebrekkig besluit. In de casus van Willem was er naar mijn mening sprake van een soortgelijke situatie als in de beschikking van de kantonrechter en ik heb de werkgever van Willem ermee geconfronteerd dat het afwijzen van zijn aanvraag voor onbetaald verlof, met als argument dat de bedrijfsvoering in het gedrang zou komen, een gebrekkig besluit betreft.
Goed voelen
De advocaat van de werkgever heb ik geschreven dat het in het belang is van Willem en zijn werkgever dat hij zich goed voelt en dat een langere verlofperiode daar zeer waarschijnlijk bij helpt. Willems bedrijfsarts onderschreef dat. Ik schreef ook dat het een voordeel is voor de werkgever dat Willem zich niet ziekmeldt, omdat geen loonkosten betaald hoeven te worden over de periode dat Willem onbetaald verlof geniet.
Overstag
De werkgever ging uiteindelijk overstag en samen met Willem is er een onbetaald verlof periode vastgesteld. Kortom, indien in een cao een optie is opgenomen voor werknemers om onbetaald verlof op te nemen, dan kunnen werkgevers zo’n verzoek niet zondermeer afwijzen. Er zal door de werkgever een belangenafweging moeten worden gemaakt waarbij het belang van de werknemer wordt afgezet tegen dat van de werkgever. Zo’n afweging kan ertoe leiden dat een aanvraag wordt afgewezen als het bedrijfsbelang als zwaarwegend genoeg kan worden aangemerkt. Het argument dat de bedrijfsvoering in het gedrang komt is an sich onvoldoende toereikend. Een werkgever zal moeten onderbouwen of- en in hoeverre daar werkelijk sprake van is.
Verder lezen? Word AOb lid!
Als lid heb je toegang tot alle content van de website. Meer over alle voordelen vind je hier.