‘Aanpak lerarentekort gaat voor discussie over bevoegdheden'
De aanpak van het lerarentekort moet niet worden gehinderd door de discussie over het stelsel van bevoegdheden. Dat verklaarde ‘aanjager aanpak lerarentekort’ Merel van Vroonhoven vandaag in de Tweede Kamer.
“Ik word zo boos over kansenongelijkheid in het onderwijs. In de armste wijk in Den Haag, het Laakkwartier, is het lerarentekort 21 procent. Daar is een soort gelatenheid over ontstaan. We zijn het bijna normaal gaan vinden dat er geen leraar voor een klas staat. We zijn het bijna normaal gaan vinden dat leerlingen naar huis worden gestuurd, of dat ze de hele middag naar Schooltv kijken. En dat klassen zo groot zijn dat er van differentiëren geen sprake kan zijn. Ik hoop dat u als Tweede Kamer die boosheid vasthoudt.”
Merel van Vroonhoven wond er vandaag in de Tweede Kamer geen doekjes om. Als bekendste zij-instromer van Nederland - ze was voorzitter van de Autoriteit financiële markten – werd zij ook ‘aanjager aanpak lerarentekort’. En afgelopen zomer presenteerde ze haar aanbevelingen, waarop ze de Tweede Kamer vandaag een toelichting gaf.
Dat lesgeven in het basisonderwijs makkelijker is dan in het voortgezet onderwijs, durf ik echt te betwijfelen
De "niet heel vrolijke" conclusies van haar onderzoek zijn, in een notendop, dat de aanpak van het lerarentekort te beperkt en te versnipperd is, en te weinig gebaseerd op feiten. Een van haar aanbevelingen is dat de pabo-opleidingen meer maatwerk moeten bieden. “Als zij-instromer krijg je de gecomprimeerde opleiding voor zeventienjarigen. Terwijl je als volwassene inmiddels toch ook wel wat levenservaring hebt opgedaan. Dat vergt een andere didactiek.”
Salaris
Verder moet volgens Van Vroonhoven het ‘salarisprobleem’ worden opgelost: het probleem dat leraren basisonderwijs minder verdienen van hun collega’s in het voortgezet onderwijs. “Dat lesgeven in het basisonderwijs makkelijker zou zijn dan lesgeven in het voortgezet onderwijs, durf ik echt te betwijfelen.”
Ook zou de concurrente moeten worden aangepakt tussen scholen onderling en tussen besturen en opleidingen. “Ik maak wel eens de grap dat er in het onderwijs meer concurrentie is dan in de financiële wereld. Er is geen enkele incentive om samen te werken. En dan kan het gebeuren dat leerlingen van één school naar huis worden gestuurd omdat er geen leraar is, terwijl een school even verderop helemaal geen lerarentekort heeft.”
Tafel
Tot slot zou ook de beroepsgroep, leraren zelf, nauw betrokken moeten worden bij de ontwikkelingen. “Hoe kun je bijvoorbeeld opleidingen vormgeven zonder dat er vertegenwoordigers vanuit het beroep aan tafel zitten? Ik ken geen enkele andere professionele beroepsgroep waarin dat het geval is.”
Taskforce
Van Vroonhoven roept op een taskforce op te richten, waarbij vertegenwoordigers van alle betrokken organisaties samen het lerarentekort gaan oplossen. De deelnemers aan die taskforce zouden ‘over hun schaduw’ moeten stappen. “Je zit er niet in voor je eigen belang, maar voor het belang van de kinderen.”
Beslis ergens anders wat je met de bevoegdheden wilt, haal het pas binnen de taskforce als je er uit bent
De taskforce zou zich verder alleen moeten richten op het oplossen van het lerarentekort, en niet moeten worden belast met andere discussies. Zoals de discussie over de bevoegdheden van leraren. “Trek niet alles binnen zo’n taskforce, want dan ben je lang bezig met praten in plaats van met actie. Daar is het lerarentekort echt een te groot probleem voor. Beslis ergens anders wat je met de bevoegdheden wilt, haal het pas binnen de taskforce als je er uit bent.”
Starters
Dat is ook de wens van AOb-bestuurder Henrik de Moel, die op dit moment vanuit de AOb betrokken is bij het voorbereiden van de taskforce. “We kunnen het gelukkig als vakbonden, werkgevers, het lerarencollectief en lerarenopleidingen goed vinden op een heleboel punten. Zoals de begeleiding van starters en maatregelen om de zij-instroom te stimuleren.”
Hangijzer
Een heet hangijzer blijft de discussie over de bevoegdheden. “Ik ben het helemaal met Van Vroonhoven eens: die discussie moet ergens anders gevoerd worden”, zegt De Moel. “En dat gebeurt ook. Bij sommige partijen leeft de gedachte dat aanpassing van het bevoegdhedenstelsel een oplossing is voor het tekort. Maar hoeveel zorgen wij ons als AOb ook maken over het lerarentekort: wij denken dat met het aanpassen van de bevoegdheden de status van het beroep en de kwaliteit van de leraren omlaag gaan. Dat gaat de kansenongelijkheid van leerlingen echt niet verminderen. Dat doe je alleen met goedopgeleide, bevoegde en normaal betaalde leraren, die lesgeven in niet te grote klassen.”
Lees het interview dat het Onderwijsblad had met Merel Vroonhoven: 'Met de huidige aanpak gaan we het lerarentekort niet oplossen'